|
|
|
NIEUWSSELECTIE
|
Keith Loveard: Suharto, Indonesia's
Last Sultan. Horizon Books (Singapore), ISBN 981-04-1478-1, 408 blz. 45,35
Geoff Forrester (red.):Post-Suharto Indonesia Renewal or Chaos?. St. Martin's Press (New York) ISBN 0-312-22374-9; 255 blz. 146,50 Geoff Forrester en R.J. May (red.):The Fall of Suharto. Select books (Singapore), ISBN 981-4022-04-7; 261 blz. 70,20 Drie boeken over Indonesië na Soeharto Archipel op drift
Frank Vermeulen
'Mega' In Indonesië werd er op dat moment algemeen vanuit gegaan dat de strijd om het presidentschap ging tussen twee kandidaten: zittend president Habibie en Megawati Soekarnoputri, dochter van Soekarno en leider van de nationalistische Democratisch Partij van Indonesië (PDI). Van Wahid werd verwacht dat hij haar kandidatuur zou steunen met de door hem opgerichte islamitische Partij van het Nationaal Ontwaken (PKB). Maar Wahid zag ook voor zichzelf kansen. "Dit is misschien de laatste keer dat ik Nederland als burger bezoek. De volgende keer zit ik misschien opgesloten in de protocollaire regels die bij het ambt van president behoren", zei hij tegen deze krant. Lange tijd gingen waarnemers ervan uit dat dit soort opmerkingen tactisch bedoeld waren en dat hij op het laatste moment 'Mega' op het pluche zou helpen. Dat hij dat uiteindelijk niet deed, en gewoon zelf president werd, was op zijn minst verbazingwekkend. De geestelijk leider die zelfs toen hij door anderen als presidentskandidaat naar voren werd geschoven, bleef zeggen dat hij op Megawati zou stemmen, liet zich toen het er op aan kwam door een combinatie van zijn eigen PKB, de islamitische partijen van de zogeheten Centrale As en door Golkar uitroepen tot president. Megawati kreeg als troostprijs het vice-presidentschap. Deze week bezocht Wahid Nederland opnieuw, inmiddels alweer ruim 100 dagen staatshoofd van Indonesië, en zoals hij in september voorspelde "opgesloten in de protocolaire regels" van zijn ambt. Wahids onwaarschijnlijke gang naar het presidentschap is slechts één van de verbluffende wendingen in de jongste geschiedenis van Indonesië. Het land lag gedurende de afgelopen 33 jaar vast aan de ankers van de dictatuur van ex-generaal Soeharto. Stabiliteit, economische groei, met hier en daar een schending van de mensenrechten, zo luidde jarenlang het politieke weerbericht voor Indonesië. Maar nadat president Soeharto op 21 mei 1998 zich genoodzaakt zag het veld te ruimen, raakte de archipel in een angstaanjagend tempo op drift. Boeken die intussen zijn verschenen over de val van Soeharto zijn daardoor steeds momentopnamen die vaak al ingehaald zijn door nieuwe gebeurtenissen. Zo heeft de voormalige Australische diplomaat Geoff Forrester al twee bundels opstellen door kenners doen verschijnen. Zij beogen een samenhangende neerslag te geven van de actualiteit en een verklaring van de ontwikkelingen. De eerste bundel The Fall of Suharto, die Forrester uitgaf samen met de Australische politicoloog R.J. May, is binnen twee maanden na Soeharto's aftreden geschreven en die korte productietijd is een prestatie op zichzelf. Het boek poogt een antwoord te geven op vragen als: hoe was het mogelijk dat Soeharto, die zolang met ijzeren hand had geregeerd, elf weken na zijn herverkiezing in maart 1998 ten val kwam, wie waren de hoofdrolspelers en wat zijn de vooruitzichten voor politieke hervormingen en economisch herstel? Naar aanleiding van die laatste vraag komt de Australische hoogleraar in Aziatische en internationale politiek Richard Robison, niet verder dan drie oppervlakkige scenario's: meer van hetzelfde, chaos of doorvoering van hervormingen. In de bundel is ook het kale toespraakje opgenomen waarmee Soeharto afstand deed van zijn macht. Het is veelzeggend in zijn beknoptheid. De heerser vraagt formeel vergiffenis voor mogelijke fouten die hij heeft gemaakt, en benadrukt de grondwettelijkheid van de haastige machtsoverdracht aan zijn vice-president Habibie. De gebrekkige legitimatie van zijn macht bleef Habibie echter achtervolgen en zorgde er ook voor dat zijn positie voortdurend werd ondermijnd.
Slordig Dat de bundel een 'basistekst zal zijn voor studenten bij de bestudering van het Indonesië na Soeaharto', zoals de achterflap meldt, is onwaarschijnlijk. Daarvoor zijn de bijdragen te wisselend van kwaliteit. Het boek bevat bijvoorbeeld een dagboek dat Forrester zelf bijhield gedurende de dagen in mei 1998 die leidden tot Soeharto's vertrek. Onderhoudend maar geen studiemateriaal. Het boek bevat een 'chronologie', die echter zo willekeurig en slordig is dat ze beter achterwege had kunnen blijven. De auteur, een politicoloog, Ikrar Nusa Bhakti laat de chronologie beginnen met een enquête onder studenten in Yogyakarta in december 1997, waaruit bleek dat de meeste studenten niet wilden dat Soeharto in maart 1998 nog een keer zou worden herkozen als president. Op zichzelf was dat natuurlijk een veelbetekend moment in het Indonesië van de Nieuwe Orde, waar kritiek op de president taboe was. In zijn artikel over de studentenbeweging elders in de bundel schrijft dezelfde Nusa Bhakti overigens foutief dat deze enquête in februari 1988 plaatshad. Bovendien maakt het een willekeurige indruk te vermelden dat moslimleider Amien Rais zich in februari 1998 beschikbaar stelt voor het presidentschap terwijl hij dat, blijkens een artikel in het boek, ook al had gedaan in september van het jaar daarvoor. Rais stelde zich in mijn eigen herinnering zo vaak kandidaat dat het nieuwe er al gauw afging. De feilen van willekeur en slordigheid zijn de samenstellers van de bundel aan te rekenen, maar Forrester had het dan ook druk met de voorbereiding van de jaarlijkse Indonesia Update, een conferentie in Canberra. Vier maanden na het vertrek van Soeharto op 25 en 26 september 1998 zijn de lezingen gehouden die gebundeld zijn in Post-Suharto Indonesia, renewal or chaos? Het vraagteken achter de titel geeft al aan dat de journalisten en analisten zelf beseffen dat het te vroeg is voor echte antwoorden. Soms hangt dat ook samen met de keuze van de bijdragen. Zo krijgt Dewi Fortuna Anwar, onderzoekster aan het Indonesische instituut van Wetenschappen, maar op dat moment de spreekbuis van Habibie, de gelegenheid een oratio pro domo te houden. In zijn voorwoord stelt Forrester vast dat in korte tijd het tempo van veranderingen in de politiek aanmerkelijk is versneld en dat de ontwikkelingen eerder in de richting van chaos gaan dan van vernieuwing, zoals de titel van de bundel suggereert. 'Indonesia's social, ethnic and religious diversity is opening into division and conflict. Bloodshed and instability are growing as a consequence.' Die tendens eind 1998 zette het daaropvolgende jaar alleen maar door met ongeregeldheden en bloedbaden verspreid door het hele land. Veelzijdiger dan deze bundels, en aangenamer om te lezen, is de monografie Suharto the last sultan, van Asia Week-correspondent Keith Loveard. Doordat het al uit juli 1999 stamt, ontbreken wel de ontknoping van het drama in Oost-Timor of de uitslag van de presidentsverkiezingen, maar wat Loveards boek zoveel interessanter maakt, is dat hij probeert het tijdperk-Soeharto te vatten in verhalen, anekdotes, en niet in antwoorden op academische vragen. Waar Forresters Renewal or chaos? komt met door (twijfelachtige) statistieken doorspekte economische randvoorwaarden, wijdt verteller Loveard uit over de wereld van de oorspronkelijke volken in de provincie Kalimantan op het eiland Borneo of over het alledaagse mysticisme in Java en legt hij verbanden met de denkwereld van de Javaanse boerenzoon Soeharto, die zijn heerschappij modelleerde naar de enige vorm van almacht die hij van jongsafaan kende: die van de sultan van Yokyakarta.
Tutut Loveard laat de teloorgang van de macht van Soeharto dan ook niet beginnen bij het wegglijden van de koers van de roepia in juli 1997, maar bij de dood van Soeharto's echtgenote, Ibu Tien, in het voorjaar van 1995. Toen verloor de heerser volgens het populaire Javaanse abangan-geloof zijn wahyu, zijn goddelijke aanspraak op de macht. Loveard weet aannemelijk te maken dat Soeharto zelf en zijn kinderen hiervan in elk geval overtuigd waren. Om het verlies van Ibu Tien te compenseren begon Soeharto's oudste dochter Siti Hardyanti Rukmana 'Tutut' naast hem te verschijnen; zijn zoon, de eeuwige vrijgezel Hutomo Mandala Putra, trad plotseling in het huwelijk. Loveard kan zijn verhaal ook alleen maar afsluiten met vraagtekens over hoe het verder zal gaan. De vraag blijft: winnen de hervormingsgezinden of de autoritairen of zinkt het land weg in chaos. President Wahid wil het beeld creëren dat het hervormingsgezinde kamp wint; al was het maar omdat het IMF, de Wereldbank en andere westerse geldschieters dan met hun fondsen loskomen. In dit kader heeft hij sinds zijn aantreden generaal Wiranto langzaam ontmand: eerst nam Wahid Wiranto zijn functie als chef-staf af, vervolgens werd vorige week bekend dat Wahid Wiranto per decreet zijn militaire rang zal ontnemen en afgelopen maandag kondigde Wahid in Davos aan dat hij Wiranto bij terugkeer zal afdanken als coördinerend minister voor Politieke- en Veiligheidsaangelegenheden. Wordt vervolgd.
|
NRC Webpagina's 4 FEBRUARI 2000
( a d v e r t e n t i e s )
|
Bovenkant pagina |