|
|
|
NIEUWSSELECTIE \ Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen
|
Laatste fase
Nu, ruim zestien maanden later, mag ze dan ook beoordeeld worden op haar werk als executeur-testamentair. Dat stemt somber. Met de regelmaat van de klok heeft Adelmund zich vanuit het ministerie in Zoetermeer met tweede fase en studiehuis bemoeid. Zelden werd echter een consistente lijn zichtbaar. Dit zwalken bereikte zijn climax op het Malieveld. De staatssecretaris zegde rumoerig demonstrerende scholieren eerst toe dat de exameneisen zouden worden afgezwakt. Vervolgens deelde ze de concessies zonder dralen aan de eveneens opgezweepte Tweede Kamer mee. Maar toen scholen en onderwijsbonden verbijsterd reageerden en zich opmaakten voor een harde confrontatie, krabbelde ze terug en nodigde ze alle partijen uit voor een goed gesprek in een rustiger ambiance. Het resultaat daarvan heeft ze gisteren in een brief aan de volksvertegenwoordiging bekendgemaakt. Het vakkenpakket van de tweede fase blijft intact. Maar het wordt over de hele linie een onsje minder terwijl de scholen op hun beurt juist wat meer vrijheid van handelen bij hun onderwijskundige aanpak krijgen. De staatssecretaris geeft daarmee gehoor aan de roep om rust, die in het onderwijs al jaren klinkt. Dat is verstandig. Adelmund zelf is daarmee echter niet gevrijwaard van de plicht tot zelfreflectie. Ze heeft anderhalf jaar namelijk geen orde kunnen houden. In engere zin zal haar dat niet euvel worden geduid. De fracties in de Tweede Kamer hebben zich immers geen haar beter gedragen. De chaos op het departement in Zoetermeer werd door veel onderwijswoordvoerders aan het Binnenhof naadloos gekopieerd. Ze zijn derhalve niet de eersten om de staatssecretaris ter verantwoording te roepen.
TOCH ZOU DAT ergens in een politiek gremium wel moeten gebeuren. Sinds vijftien jaar wordt er bij het aantreden van elk willekeurig kabinet door de fractieleiders dapper geroepen dat falende bewindslieden rekenschap moeten afleggen, ook als ze zich niet schuldig hebben gemaakt aan een parlementaire doodzonde als het onjuist informeren van de Kamer. De voorlieden van de huidige paarse coalitie hebben daarop in 1998 wederom gevarieerd. Ze zouden zich nu derhalve twee dingen moeten afvragen: óf staatssecretaris Adelmund nog wel genoeg gezag heeft binnen het onderwijs (van ouders tot leerkrachten en schoolbesturen) om de tweede fase verder te begeleiden en óf hun eigen wispelturige specialisten niet evenzeer gecompromitteerd zijn. Als het waar is dat het onderwijs nu eindelijk in alle rust kan gaan werken en niet meer om de haverklap zal worden gestoord door oekazes van boven, dan hebben de politieke partijen ook de tijd om in eigen huis tot bezinning te komen. Functieroulatie is geen schande. Ze hoort een vanzelfsprekend aspect te zijn in het leven van elke politicus.
|
NRC Webpagina's
15 JANUARI 2000
( a d v e r t e n t i e s )
|
Bovenkant pagina |