U kijkt naar de website van NRC Handelsblad gedurende de periode 1995-2001. Bezoek ook de de huidige site.
   S P O R T
NIEUWS  | TEGENSPRAAK  | SUPPLEMENT  | AGENDA  | ARCHIEF  | ADVERTENTIES  | SERVICE 

  NIEUWSSELECTIE  
  KORT NIEUWS  
  RADIO & TELEVISIE  
  MEDIA  

Een doelpunt voor het communisme

Door Robèrt Misset
De machtsstrijd in de Vereinigung der Vertragsfussballer (VdV) is onlangs in zijn nadeel beslist en de afgetreden voorzitter van de Duitse spelersvakbond zegt vooral opgelucht te zijn. De beschuldigingen aan het adres van Jürgen Sparwasser logen er niet om. Zo zou de voormalige Oost- Duitse aanvaller als directeur van de zakelijke tak van de VdV een sponsor hebben aangebracht (American Communications Network) en tevens twintig procent van de inkomsten hebben bedongen. Spelersvertegenwoordiger Preetz van Hertha BSC en penningmeester Pudell dwongen Sparwasser zijn functie bij de VdV neer te leggen. "Ik was te groot voor ze geworden", constateert Sparwasser. Met een wegwerpgebaar reageert de 51-jarige oud-voetballer op het verwijt dat hij zijn deel van de Westerse welvaart te opzichtig wilde opeisen. En wie hem na lang zoeken weet te vinden in een kleurloze nieuwbouwwijk in Bad Vilbel - ongeveer tien kilometer buiten Frankfurt - beseft meteen dat Sparwasser een flink offer heeft moeten brengen voor zijn tweede leven ná de DDR. Het is verleidelijk zijn pijnlijke aftocht bij de VdV af te schilderen als de ultieme wraak op die vervloekte speler van FC Magdeburg die met zijn legendarische doelpunt op het WK van 1974 West- Duitsland voor schut zette.

Zo hoeft het van Sparwasser ook niet te worden uitgelegd. Hij verwijst naar de invoering van een ziektekostenverzekering voor profvoetballers in de Bundesliga en de volledige acceptatie van de VdV door de Duitse voetbalbond. Verder ontkent Sparwasser de aantijgingen van zijn medebestuursleden en vermoedt hij dat jaloezie een grote rol heeft gespeeld. "Want ik ben 25 jaar lang ongrijpbaar gebleven", zegt hij met een stem die bijna twee uur lang een verstilde melancholie verraadt.

Hij heeft een vergeeld krantenknipsel van de zolder gehaald; een verslag van de interland Jong DDR tegen Jong Oranje uit 1965. De Oost-Duitsers wonnen met 3-0, daar kon zelfs een zekere 'Cruf' in de opstelling bij Nederland niets aan veranderen. Negen jaar later trof Sparwasser zijn idool in het Westen opnieuw, tijdens het WK in 1974. "Johan rookt niet meer hè", zegt hij lachend. "In 1965 zag ik Cruijff in de kleedkamer al stiekem een sigaretje roken. In die wedstrijd was al zichtbaar hoe groot hij als voetballer zou worden. Ik bewaar mijn slechtste herinneringen aan het WK-duel in 1974 met Nederland. We verloren met 2-0, maar we werden volledig van de mat gespeeld. Ik snakte naar het eindsignaal, want ik heb geen bal gezien."

Maar voor Sparwasser kon het WK in het toenmalige West-Duitsland al niet meer kapot. Al kijkt hij ruim 25 jaar later met gemengde gevoelens terug op het roemruchte doelpunt, dat door de regering van de DDR politiek werd misbruikt. , ,Ik voelde dezelfde nationale trots als waarmee Franz Beckenbauer het West-Duitse shirt droeg", zegt Sparwasser. "Wij voelden slechts een sportieve rivaliteit. Ik kon niet voorzien dat aan mijn doelpunt een complete ideologie werd opgehangen. Ik vond het een mooie goal en een verdiende overwinning. Volgens de machthebbers in de DDR hadden we niet alleen West-Duitsland, maar vooral het kapitalisme verslagen.

"Van mijn goal tegen West-Duitsland werd een politieke karikatuur gemaakt, alsof ik het verlossende antwoord had gegeven op een verderfelijk systeem. De bevolking in de DDR heeft dat heel anders ervaren, want de affiniteit met West-Duitsland was juist heel intens. Hoe verder je in de DDR kwam, des te sterker was de identificatie met het Westen. De Oost-Duitsers hebben hun buren dan ook hartstochtelijk aangemoedigd in de finale tegen Nederland."

In het Westerse kamp werd al even extreem gereageerd op zijn doelpunt. In West-Duitsland werd Sparwasser beschouwd als de vuile communist, die een heel volk vernederde. "Twee jaar na het WK ontmoette ik de man die mijn beste vriend zou worden. Hij biechtte op dat hij vloekend en tierend een stoel door zijn tv-toestel had gesmeten, toen ik tegen West- Duitsland had gescoord. Ik kan me nog herinneren dat we onze overwinning wilden vieren in Sankt Pauli, de uitgaanswijk van Hamburg. Maar ik mocht niet mee! Volgens de politieagenten was ik door dat doelpunt een risicofactor geworden, ze zeiden niet voor mijn veiligheid te kunnen instaan. Terwijl mijn ploeggenoten de ene pils na de andere bestelden, zat ik gefrustreerd op mijn hotelkamer.

"Onbedoeld had ik mijn eigen legende gecreëerd, want na 25 jaar geld ik nog steeds als de man die West-Duitsland op de knieën heeft gekregen. Op mijn grafsteen hoeft later alleen te staan: 'Hamburg, 1974', dan weet iedereen meteen wie in de kist ligt. Ik heb ondervonden dat de Duitse voetbalbond niet meer aan die wedstrijd wenst te worden herinnerd. Met enkele collega's heb ik getracht een reünie te organiseren. Ik wilde de spelers van het toenmalige West-Duitsland 25 jaar na het WK de kans geven zich te revancheren op Oost-Duitsland. Het is er niet van gekomen, er bleek onvoldoende belangstelling. Maar de DFB heeft er dan ook niets aan gedaan."

Sparwasser was de definitieve ondergang van het communistische regime in de DDR ruim een jaar voor. Hij vluchtte in 1988. "Ik werkte tien jaar als docent aan de sportacademie, toen ik door het sportcomité werd opgedragen hoofdtrainer te worden van mijn vroegere club FC Magdeburg. Toen pas realiseerde ik dat elke burger in de DDR een speelbal was van het systeem, ook de zogenaamd beroemde Jürgen Sparwasser. Vergeet niet dat ik als voetballer vrij mocht reizen, mij werden geen beperkingen opgelegd. Maar de gedachte dat ik mezelf zou verloochenen door te buigen voor het systeem vond ik onverdraaglijk. Het is cynisch te bedenken dat ik bij FC Magdeburg de plaats had moeten innemen van Heinz Krüger, die geestelijk kapot is gegaan aan die Wende. In de DDR gold hij jarenlang als topcoach, na de val van de Muur werden zijn foto's op straat verbrand en is hij verketterd als een Stasi-zwijn. Dat had mij ook kunnen overkomen."

Sparwasser wachtte mogelijke sancties niet af en vluchtte met zijn vrouw naar Frankfurt. "Onze dochter van achttien jaar bleef achter in de DDR, omdat ze al bijna ging trouwen. Het heeft maanden geduurd voor we in Frankfurt een woning konden vinden. Ik ontdekte meteen dat de in Oost- Duitsland op handen gedragen Sparwasser in West-Duitsland niets voorstelde. Ik was al veertig jaar, maar mijn vrouw en ik moesten een nieuw leven opbouwen. Ik kon als trainer aan de slag bij de amateurs van Eintracht Frankfurt en vanuit die anonimiteit heb ik een nieuw bestaan opgebouwd."

Ruim een jaar na zijn vlucht werd Sparwasser tijdens een training bij Eintracht plotseling weggeroepen. De Muur was gevallen en er was bezoek voor hem. De hereniging met zijn dochter maakt ook na tien jaar nog emoties los bij Sparwasser. Met een brok in zijn keel: "Daar stond mijn kleine meid, eindelijk in vrijheid. Ik was verbijsterd. Ze nodigde mijn vrouw en mij meteen uit de kerst in Maagdenburg te vieren, maar dat durfde ik nog niet. Ik kon niet geloven dat het systeem zo snel zou afbrokkelen.

"Begin 1990 zijn we toch gegaan en ik zweer het je, ik werd bij de grens meteen uit mijn auto gehaald. Het stelde niets voor, volgens mij was het een pesterijtje. Maar tot 1993 ben ik tijdens routinecontroles nog vier keer aangehouden en moest ik mijn paspoort laten zien. Dat kon geen toeval zijn. Hoewel het systeem formeel was uitgeroeid, woekerde het ondergronds voort. Ik kon me niet aan het gevoel onttrekken dat ik nog een tijdje in de gaten werd gehouden.

"Het heeft mijn vrouw zeker drie jaar gekost voor ze mentaal in staat was afscheid te nemen van het verleden. Vooral het idee dat ze haar vaderland als een dief in de nacht had verlaten heeft aan haar gevreten. Het kostte haar na de val van de Muur aanvankelijk veel moeite door steden als Potsdam, Maagdenburg en Dresden te wandelen. Ze heeft symbolisch haar eigen grens moeten overschrijden alvorens ze daartoe in staat was. Maagdenburg is ook ons Maagdenburg niet meer, zoals Duitsland ons Duitsland niet is. We hebben onze draai gevonden in het Westen, maar een Heimat hebben we eigenlijk niet." Zijn kleinzoon van tien jaar legde tijdens een wandeling door Frankfurt feilloos de vinger op de wonde. Sparwasser: "Hij zei: 'Opa, hoe kan het toch dat niemand u hier herkent? Als we in Maagdenburg door de stad lopen, wordt u voortdurend door mensen begroet'. Zo was het trouwens niet de eerste keer. Toen voelde ik de ogen van mijn voormalige landgenoten in mijn rug. Mijn vrouw had het meteen in de gaten. Ze zei: 'Jürgen, ze durven niet, ze schamen zich, ze zijn bang voor je'. Ik heb het ze niet gevraagd, ik begreep het wel. Door mijn komst naar Maagdenburg werden die mensen in feite met zichzelf geconfronteerd, ze konden niet geloven dat ik zo snel de moed had gevonden om terug te keren."

Gretig luistert Sparwasser naar de verhalen over het gala van Johan Cruijff bij Ajax en zijn voornemen het Oranje van de Eeuw samen te stellen. Nostalgie verkoopt in de voormalige DDR slecht als het om sport gaat. "We slaagden er dit jaar wel in een jubileumwedstrijd te organiseren met het elftal van FC Magdeburg dat 25 jaar geleden in de Rotterdamse Kuip de Europa Cup 2 veroverde door AC Milan te verslaan", vertelt Sparwasser. "We speelden tegen het toenmalige elftal van Carl Zeiss Jena, alle oude sterren uit de voormalige DDR waren aanwezig. Maar toen we het stadion betraden, zaten nog geen 400 mensen op de tribunes. Ik was verbijsterd. Ik vroeg me af waar die andere 40.000 toeschouwers waren gebleven die ons in de jaren zeventig hadden aangemoedigd. Moesten wij ons schamen voor onze prestaties van weleer?"

Sparwasser heeft elke vorm van schaamte bij voorbaat willen uitsluiten. "Ik weet zeker dat ook van mij een Stasi-dossier bestaat. Maar ik heb het nooit willen inzien. Ik heb na de val van het regime onmiddellijk verklaard dat mijn dossier mag worden verbrand. Ik hoef niet te weten wie over mij heeft geklikt en welke details uit mijn leven zijn geregistreerd."

Misschien bevindt zich wel een verrader onder zijn vrienden bij FC Magdeburg, die hij onlangs nog de hand heeft gedrukt.

Sparwasser, geagiteerd: "Word ik gelukkiger door het te weten? Ik koester nu het beeld van vroeger, van dat geweldige team waarin ik tien jaar heb gespeeld. Waarom zou ik die warme gevoelens laten bezoedelen? We praten nooit meer over het systeem en wat het met ons gedaan heeft, het is geschiedenis. Voor mij zal 9 november een dag als alle andere zijn, ik ben in het reine gekomen met mezelf. Ik voel geen bitterheid, geen rancune. Ik ben klaar met het verleden. "

NRC Webpagina's
6 NOVEMBER 1999


( a d v e r t e n t i e s )

    Bovenkant pagina

NRC Webpagina's © NRC HANDELSBLAD (web@nrc.nl)