|
|
|
NIEUWSSELECTIE
|
Gesprek met het Rotterdams kunstenaarscollectief
CuCosa
'Gezamenlijk onderzoeken we de ruimte'
ROTTERDAM, 8 SEPT. De bouwvakkers, die al een paar maanden hard werken om de expositieruimte TENT.CBK gereed te maken voor de opening morgen, snapten er lange tijd niets van. Als ze 's ochtends het pand aan de Rotterdamse Witte de Withstraat binnengingen, waren de door hen wit geschilderde muren behandeld met grondverf en viltstiften en lag de vloer bezaaid met lege bierflesjes en zwerfhout. Na de hiervoor verantwoordelijke kunstenaars een paar dagen te hebben zien timmeren, muziek maken en discussiëren, stapte de voorman op ze af met de mededeling: "Nu heb ik het door. Het gaat in jullie kunst gewoon om dolheid en blijheid." Een jaar geleden kraakte het kunstenaarscollectief CuCosa (Cumulatief en Collectief Samenwerken) een bouwvallige kelder onder station Hofplein. De vijf twintigers wilden er een 'open atelier' van maken, maar een dag voor de publieke opening metselde de politie het pand dicht. Het collectief bleef echter niet lang dakloos. Centrum Beeldende Kunst Rotterdam vroeg het vijftal een tijdelijk atelier in te richten in de centrale hal van zijn nieuwe expositieruimte. Al meer dan een maand slaapt, eet en werkt het collectief, bestaande uit een mode-ontwerper, een dj/geluidskunstenaar en drie beeldend kunstenaars, in de oorspronkelijk smetteloos witte tentoonstellingsruimte. Deze onconventionele manier van exposeren past precies in de plannen van Ove Lucas, algemeen coördinator van TENT.CBK, die de expositieruimte in een eerder interview typeerde als 'meer werkplaats dan museum'. "De eerste paar dagen hebben we hier gevoetbald en zijn we overal op geklommen. We moesten de ruimte verkennen", vertelt CuCosa-lid Olaf Brandt. "Het eerste echte idee dat we hadden was om de zaal onder water te zetten zodat bezoekers op vlondertjes er doorheen konden gaan." Dit plan werd later verworpen, maar het idee van beweeglijkheid bleef gehandhaafd. De ruimte staat inmiddels vol met, van afvalhout gebouwde, mobiele 'eilanden' met daarop onder andere video-installaties, een geluidsstudio en een podium. Alle onderdelen zijn samen bedacht en gebouwd. "Onze doelstelling is het onderzoeken, stimuleren en bevorderen van samenwerking tussen de verschillende disciplines", verklaart Brandts collega Dwight Marica plechtig. "Als de één ergens aan begint te bouwen, dan gaat de rest vanzelf meebouwen en ontstaat er iets dat niemand vooraf kon bedenken." Voordat het collectief een eigen atelier had, bestonden de activiteiten van CuCosa voornamelijk uit nachtelijke 'wandelingen' door de stad waarbij individuele impulsen de leidraad vormden voor gezamenlijke ontdekkingstochten, die op video werden vastgelegd. Zo slopen ze over daken, beklommen de Millenniumtoren om op het dak te barbecuen en namen ze een nachtelijk bad in de fontein van het Hofplein. Op een gegeven moment was het 'brengen van kunst naar de straat' niet meer voldoende en voelden de kunstenaars de behoefte de 'man van de straat' bij hun spel te betrekken. "Dat willen we hier in TENT doen. De bezoekers kunnen niet alleen een kijkje nemen in de keuken van CuCosa maar ook meekoken", zegt Brandt, leunend tegen een pontificaal in het midden van de zaal geplaatst tweepits fornuis. "We nodigen mensen uit om op de stellages te klimmen of met ons te jammen. Dat wordt allemaal gefilmd, gefotografeerd of verwerkt in stripverhalen en tekeningen. En die kunnen weer gebruikt worden als materiaal waar volgende bezoekers op kunnen reageren." CuCosa haalt de stad binnen de muren van de expositieruimte. Performancekunstenaar Erik Hombrink was zo enthousiast over dit idee dat hij zich een maand geleden bij het gezelschap aansloot. "Ik ga drie dagen in een PTT-tent voor de deur liggen en wat ik zie verwerk ik in gedichten die via een 27 MC naar binnen worden geseind en daar worden versterkt." De presentatie van CuCosa in TENT lijkt in niets op een conventionele expositie met kunstwerken aan de muur of achter glas. Voor het collectief zijn de van het plafond hangende loopbruggen, lichtprojecties en soundscapes niet meer dan een aanleiding voor interactie met het publiek. Hombrink: "We zitten niet zo te wachten op echt museumpubliek dat met de handen op de rug langs de schilderijen loopt. Nee, wij willen een jong, rauw publiek trekken, dat in is voor ons soort gein en dat zin heeft in een avontuur." "We willen ze toetsen, bevragen en informeren", voegt Brandt toe. Waarna zijn gedachtegang wordt afgemaakt door Marica: "Zolang het maar niet geprogrammeerd is. We gaan niet een bord neerzetten met instructies en pijlen." Ter illustratie van wat CuCosa voor ogen staat laat Brandt nog een video-opname zien. Op een zandvlakte in Katendrecht staan de vijf jongens een beetje te niksen aan de oever van de Maas. Totdat één van hen een kiezeltje oppakt en het met een plons in het water laat verdwijnen. Al snel volgen meer kiezels, bakstenen en enorme blokken beton. "Gezamenlijk onderzoeken we de ruimte", licht Brandt toe. "Het is een spel dat iedere keer een andere vorm krijgt; de ene keer door een gat te graven, de andere keer door stenen te gooien. Het leuke is dat in het Sanskriet het woord voor 'spelen', divyati, oorspronkelijk werpen betekende." In TENT wordt niet gegooid met stenen, maar eigenen de kunstenaars zich de ruimte toe door te overnachten in een wankele hoogslaper, de muren te beschilderen en 's nachts te musiceren. Divyati betekent hier spelen. Maar het is niet uitgesloten dat een andere beteke nis van het woord net zo geldig is: voor de gek houden. TENT.CBK opent op 9/9, 16.59u. Witte de Withstraat 50, Rotterdam.
|
NRC Webpagina's
8 SEPTEMBER 1999
|
Bovenkant pagina |