U kijkt naar de website van NRC Handelsblad gedurende de periode 1995-2001. Bezoek ook de de huidige site.
    M E D I A  
NIEUWS  | TEGENSPRAAK  | SUPPLEMENT  | AGENDA  | ARCHIEF  | ADVERTENTIES  | SERVICE 

  NIEUWSSELECTIE  
  KORT NIEUWS  
  RADIO & TELEVISIE  
  MEDIA  

De eerste Palestijnse reisgids is uit

Door onze correspondent CAROLINE DE GRUYTER
JERUZALEM, 31 JULI. Telefoneren is duurder in Palestina dan in Israel, ziekenhuizen zijn goedkoper. Pakjes van meer dan 100 gram mogen alleen vanuit Jeruzalem worden verstuurd. En vanaf Jeruzalem kun je Bethlehem op twee manieren inkomen: via de grote weg langs het Israelische checkpoint, en door de Vuurvallei, een omweg zónder checkpoint die veel Palestijnen nemen omdat ze geen geldige reispapieren van Israel krijgen.

Inwoners van Gaza en de Westelijke Jordaanoever wisten dit allang. Maar voor een geïnteresseerde buitenstaander was deze informatie tot op heden niet beschikbaar. Een Palestijnse reisgids bestond niet. Israelische gidsen vermelden over Gaza bijvoorbeeld enkel dat er resten van een oude synagoge liggen. Geen Israelische reisgids die je meevoert naar de monumentale, 250 jaar oude zeepfabriek in Nablus. De enige gids die wél min of meer fair (maar beknopt) aandacht besteedt aan Gaza en de Westelijke Jordaanoever, was Israel and the Occupied Territories The Rough Guide, die niet in Israel te krijgen is. Deze gids heeft deze week, ook in die boycot van Israelische boekhandels, gezelschap gekregen van de eerste Palestijnse reisgids aller tijden: de Peace Tour Guide of the West Bank and Gaza Strip - PALESTINE.

Sommigen zagen deze Palestijnse reisgids met angst en beven tegemoet: zij waren bang dat het een anti-Israelische inhaalmanoeuvre zou worden, een poging om Palestina meer politiek dan toeristisch op de kaart te zetten. Maar het bijna 300 pagina's dikke boek, geschreven door Palestijnse archeologen en anderen die al enige tijd kleine groepjes buitenlanders rondleiden in Palestina, is degelijk en serieus. Natuurlijk, in een goede reisgids kan niet onvermeld blijven dat de meeste goede wegen in de Westelijke Jordaanoever speciaal gebouwd zijn voor de kolonisten en niet door Palestijnen gebruikt mogen worden. De reiziger kan maar beter weten wat hem boven het hoofd hangt als hij op zo'n kolonistenweg door een Israelische legerjeep wordt aangehouden. Israeliërs die in Palestijns Oost-Jeruzalem wonen, worden in de gids 'kolonisten' genoemd - een term die veel Israeliërs liever omzeilen. Maar de overal zichtbare Israelische presentie in Palestina is nu eenmaal een feit. Zo behandelen de auteurs het ook: als fait accompli. Nergens proberen zij politiek gelijk te halen.

Het boek spitst zich toe op oudheidkundigebeziens waardigheden, al gaat het ook in op zaken als eten, transport en kleding (alles kan, "except maybe shorts"). Achterin is een lijst opgenomen van hotels, café's, taxi's en dergelijke. Het doel van dit boek is "om de rijkdom van het erfgoed en de cultuur van de Palestijnse gebieden te onthullen en internationale bezoekers meer op hun gemak te stellen als ze die bezoeken".

Dat er een paar dagen na verschijning al tientallen exemplaren zijn verkocht, bewijst wel dat dit een leemte vult. Het boek bevat een schat aan informatie die tot nu toe slechts beschikbaar was voor geïnteresseerde bewoners, die toevallig weleens op een vrije dag door een van de auteurs op sleeptouw zijn genomen naar hun laatste 'vondst' - zoals de Byzantijnse mozaïek in Gaza, die laatst ongeschonden onder het zand vandaan kwam toen iemand de fundamenten voor een huis wilde slaan. Voor de nieuwkomer was er geen manier om zelfs maar uit te vinden waar hij was: er waren geen plattegronden, veel Palestijnse straten hebben - behalve in de grote steden - geen naam, historische gebouwen zoals Turkse badhuizen waren vervallen en weggemoffeld achter een haag hoogbouw. De meeste hotels waren tot enige jaren geleden ranzig. Zij zetten soms een bord aan de weg met een pijl naar links of rechts, maar na twee afslagen waren de borden kennelijk op en werd je weer aan je lot overgelaten. Dat gevoegd bij soms om de paar kilometer een checkpoint en de herinnering aan de laatste tv- beelden over Hamas, en zelfs de meest avontuurlijke reiziger kon zich in Yasser Arafats autonome gebieden knap verloren voelen. Nu zijn sommige monumenten met hulp van buitenlandse donoren opgeknapt, de wegen zijn beter en de hotels ook. In Bethlehem komt zelfs een Intercontinental. Maar enige handleiding voor de nieuwkomer ontbrak nog - als hij al wilde komen, dan wist hij nog niet wat er te doen was.

Deze zomer kwam daar al enige verandering in door een wekelijkse brochure, This Week in Palestine, vol informatie over tentoonstellingen in Gaza, concerten in het conservatorium van Ramallah en toneelstukken in Jericho. Ook staan er plattegronden en Palestijnse recepten in, weetjes van het Bureau voor de Statistiek ("aantal auto's: 162.680"), en worden er galeries en cafés vermeld waar de art- scene zich ophoudt. Ingewijden hadden ook in die wereld de weg allang weten te vinden, en lichtten elkaar via-via in over wat er te doen was - maar tot deze brochure verscheen hadden nieuwkomers zelfs geen flauw idee dat er ook maar een kunstcircuit of conservatorium bestónd.

De brochure levert precies wat de nieuwe reisgids mist en andersom: de een biedt actuele culturele informatie en sappige sociale verhalen (zoals waarom vrouwen niet geacht worden de nargieleh, de waterpijp, te roken), de ander geeft gedegen historische en reisinformatie. De Palestijnen mogen nu hopen dat toeristen zich in de toekomst minder verloren voelen.

NRC Webpagina's
31 JULI 1999


    Bovenkant pagina

NRC Webpagina's © NRC HANDELSBLAD (web@nrc.nl)