|
|
|
NIEUWSSELECTIE Dossier Kosovo
|
UÇK en KFOR proberen vertrekkende Serviërs
gerust te stellen
UÇK: 'Goede' Serviërs hebben niets te vrezen
Door onze redacteur PETRA DE KONING PRiSTINA, 17 JUNI. Op de parketvloer liggen dikke tapijten, de banken en stoelen zijn van leer, aan de muur hangen schilderijen. In een buitenwijk van Pristina, in het huis van een van de rijkste Albanese zakenmannen van Kosovo, is het nieuwe militaire hoofdwartier gevestigd van het Kosovo bevrijdingsleger UÇK voor de noordelijke regio. Op straat oefenen UCK-militairen patriottische liederen, binnen zit achter een enorm bureau een kleine, magere man. Rustem Berisha (28) is de hoogste commandant voor dit gebied en een van de oprichters van het UÇK. Hij laat zich 'commandant Remi' noemen. Iedere dag voert de commandant overleg met Britse officieren van KFOR, de internationale troepenmacht voor Kosovo. "Nee," zegt hij, "nog niemand heeft mij gevraagd of we de wapens willen neerleggen." Maar het UÇK zal zich houden aan wat volgens hem is afgesproken: "We zullen onze wapens en munitie opslaan in onze barakken, onder eigen controle. We stellen soldaten beschikbaar voor een politiemacht. Het UÇK heeft nu meer dan zestigduizen militairen, die hebben we niet allemaal meer nodig." Het UÇK zal wel een leger blijven, zegt de commandant. Veel Albanezen - in delen van Macedonie, Montenegro en Servie worden nog onderdrukt. Het nieuwe parlement van Kosovo zal volgens hem moeten beslissen hoe die gebieden bevrijd zullen worden. Geweld, een nieuwe oorlog, zal niet nodig zijn, denkt de commandant. Alleen al driegen met de kracht van het UÇK zal voldoende zijn. " De Serviers bijvoorbeeld zullen nu nooit meer willen vechten tegen Albanezen. Ze zijn de verliezers, ze zijn vernederd. Wat wij nu moeten doen is: ons leger versterken, professionaliseren." Het UÇK is er "klaar voor" om de grenzen te bewaken en KFOR te helpen bij het opsporen van paramilitairen die nu in burger doorgaan met hun misdaden. Rustem Berisha gaat ervan uit dat KFOR daarmee akkoord gaat. De samenwerking met de KFOR-militairen is volgens hem uitstekend. Veel Serviërs trekken nu weg uit angst voor het UÇK. Volgens Servische bronnen hebben al meer dan 50.000 van de in totaal 250.000 Serviers Kosovo verlaten. Niet nodig, vindt de commandant: Serviers met schone handen hebben niets te vrezen. "Tenzij ze een Servisch uniform gedragen hebben." En de vele duizenden mannen die de afgelopen maanden, vaak tegen hun zin, werden gemobiliseerd? "Ook hen beschouwen zij als verraders. Ze hebben voor Milosevic gevochten, en tegen hun eigen land."
|
NRC Webpagina's
17 JUNI 1999
|
Bovenkant pagina |