|
|
|
NIEUWSSELECTIE Stichting Zinloos Geweld
|
Rouwlinten in Fries dorp na 'zinloze' moord
ZWAAGWESTEINDE, 8 MEI. Er zijn witte balonnen, witte rozen en een grote kleurenfoto van Marianne Vaatstra. Zo'n vijftienduizend mensen lopen vrijdagavond door het Friese dorp Zwaagwesteinde, in een stille tocht voor het het zestienjarige meisje dat vorige week zaterdag werd vermoord. De tocht, georganiseerd door vrienden van Marianne Vaatstra, begint bij de Poiesz Supermarkt, waar Marianne sinds een jaar enkele middagen per week werkte als part-time kracht. Daar worden de ballonnen uitgedeeld. De stoet zet zich langzaam in beweging naar het winkelcentrum, waar Marianne altijd met haar vrienden afsprak. Er is geen huis of winkel in het dorp waar de vlag met zwart rouwlint niet halfstok hangt. I. Wagenaar uit Twijzel is er met haar 16-jarige dochter en twee zoons van 17 en 19 jaar. Op de avond waarop Marianne werd vermoord en vrijwel geheel ontkleed werd achtergelaten in een weiland aan de Keningswei in Veenklooster, fietsten haar kinderen in groepjes dezelfde route naar huis. Ook zij bezochten die avond bar dancing Paradiso in Kollum, waar ook het slachtoffer uit was geweest. "Iedereen in de omgeving heeft daarom sterk het gevoel: 'het had ook mijn kind kunnen zijn', verklaart Wagenaar de verbijstering in de omgeving. Zinloos geweld, zo werd in 1996 de moord op Joes Kloppenburg genoemd, en in 1997 de moord op Meindert Tjoelker. Maar voor de aanwezigen bij de stille tocht in Zwaagwesteinde heet ook de moord op Marianne vaatstra "zinloos geweld"H. van der Molen uit Kollumerzwaag steekt een bord boven de mensenmenigte uit met de tekst: "Meindert, Marianne. Wie volgt? Stop zinloos geweld." Als geboren Leeuwardense liep ze bijna twee jaar geleden mee in de stille tocht voor Tjoelker in Leeuwarden. "Ik had niet gedacht dat die nachtmerrie ons ook hier zou achtervolgen. Het loopt hier op het platteland niet zo'n vaart, dachten we." De vader van Meindert Tjoelker is ook gekomen om de familie Vaatstra te steunen. Hoe moeilijk hij het ook heeft. "Uit ervaring weet ik hoeveel steun je aan zo'n tocht kunt hebben", zegt hij met tranen in zijn stem. Op het winkelplein spreekt Mariannes vader de mensenmenigte als eerste toe. Marianne, de jongste uit een gezin van vijf kinderen was zijn oogappel, zegt hij. Een vrolijk, levenslustig meisje, dat blij was dat ze was aangenomen op de kappersschool. "Een bloemblaadje nog in de knop, een bloemblaadje dat er ooit heeft mogen zijn".
Directeur R. Visser van MAVO 'De Saad' in Damwoude, waar Marianne op school zat, vraagt zich af of de geweldsspiraal "na Tjoelker, na Gorinchem" dan nooit ophoudt. Hij wijt het geweld aan egoïsme en materialisme, dat de samenleving kapot maakt. "De knop moet om bij ons allemaal. Er moet ruimte en aandacht voor anderen komen. Misschien levert deze tocht daar een bijdrage aan." Burgemeester J. H. Eggens van Dantumadeel richt zich in zijn toespraak rechtstreeks tot de dader. "Hoe haal je het in je hoofd om zo'n onschuldig meisje op zo'n beestachtige wijze te vermoorden. Hoe durf je je medemensen nog onder ogen te komen." Hij roept de dader op zichzelf aan te geven: "Dat bespaart de twintig politiemensen op de zaak veel werk." Daarna gaan witte balonnen de lucht in, "als teken van verbondenheid met Marianne", zoals Eggens het verwoordt. Na twee minuten stilte voor het slachtoffer schuifelen de mensen verder. Bij de foto van Marianne worden duizenden witte rozen en andere bloemen neergelegd.
|
NRC Webpagina's
8 MEI 1999
Domicilie,
|
Bovenkant pagina |