M E D I A
|
NIEUWSSELECTIE
|
Paranoïde
cybercowboys
MARIE-JOSÉ KLAVER
Gibson, die in 1984 het woord cyberspace verzon, bekende onlangs in het tijdschrift Wired dat hij het Net pas leuk begon te vinden toen hij vorig jaar eBay ontdekte, een online veilinghuis waar iedereen van alles verkoopt, van tweedehands trainingspakken tot antieke tafels. Sterling gebruikt het Internet momenteel voornamelijk om Servische studenten te intimideren die op mailinglijsten genuanceerde kritiek op de NAVO-bombardementen uiten of hun angsten beschrijven. Stephenson, wereldberoemd geworden met zijn cyberpunkromans Snow Crash en The Diamond Age, maakt het helemaal bont. In een artikel in het Time, getiteld "Dreams & Nightmares of the digital Age' legt hij uit dat hij niet bang is voor het Internet van de bomrecepten en ook niet voor het Big Brother-effect van de netwerkmaatschappij, maar voor iets veel ergers: cryptografie. Stephenson vreest dat criminelen binnenkort vrij spel hebben omdat ze hun misdadige plannen onkraakbaar voor opsporingsautoriteiten versleutelen. Zijn angst voor cryptografie, de coderingsmethode die buiten de Verenigde Staten vooral als middel voor veilige elektronische transacties wordt beschouwd, is er in zijn geboorteplaats Ford Meade waarschijnlijk met de paplepel ingegoten. Aldaar zetelt namelijk het hoofdkwartier van de ultrageheime Amerikaanse inlichtingendienst National Security Agency (NSA), de grootste afnemer van crypto-specialisten en wiskundigen ter wereld. Zoals bekend leveren angsten en obsessies doorgaans de beste literatuur op. Stephensons nieuwe roman Cryptonomicon, die deze maand uitkomt en waarvan het eerste hoofdstuk op het web te lezen is, belooft dan ook een uitzonderlijk spannend boek te worden over Aziatische vrijhavens voor versleutelde gegevens, crimineel flitskapitaal, drie generaties codekrakers en roekeloze data-cowboys.
|
NRC Webpagina's
1 MEI 1999
Tsjernobylvirus treft maandag pc's |
Bovenkant pagina |