NIEUWSSELECTIE  
  KORT NIEUWS 
  RADIO & TELEVISIE  
  MEDIA  

Door een onzer redacteuren
ROTTERDAM, 16 OKT. Hoogovens-dochter Boël in het Belgische La Louvière heeft bij de rechtbank in Mons (Bergen) een Belgische vorm van uitstel van betaling aangevraagd.

De financiële positie van het bedrijf is volgens een woordvoerder de afgelopen maanden ernstig verslechterd door een tegenvallende afzet en dalende prijzen. Boël (formeel Hoogovens UGB) wordt daarnaast geplaagd door arbeidsonrust.

,,De situatie bij Hoogovens UGB is hartstikke moeilijk'', erkent de woordvoerder van Hoogovens. Het vorig jaar door Hoogovens overgenomen bedrijf zou over de eerste negen maanden van dit jaar al op een verlies van 470 miljoen Belgische frank (25 miljoen gulden) uitkomen. ,,Wij voorzien dat, als de twee aandeelhouders (Hoogovens en het Belgisch Galvabel, ieder voor 50 procent - red.) nu niet deze stap zetten, het niet zal lukken om de onderneming in La Louvière winstgevend te maken.''

De verwachtingen waren in het afgelopen jaar nog positief, ondanks de langdurige stilstand van de enige elektro-oven, maar in de afgelopen maanden verslechterde de financiële situatie dramatisch. Werkonderbrekingen hinderden de productie, terwijl de marktsituatie ook nog eens verslechterde. De afzetprijzen daalden. Ook de totale afzet ging omlaag. ,,De invoering van een moderne bedrijfsvoering en goede, sociale relaties bleken moeilijk'', constateert Hoogovens dan ook.

Dat de situatie bij Boël de afgelopen maanden snel bergafwaarts is gegaan bewijst het feit dat Hoogovens bij de presentatie van de zeer gunstige halfjaarcijfers meldde dat HB Holding, de houdstermaatschappoij waarin onder andere Boël zit, een bijdrage had geleverd aan de fors verbeterde resultaten. Enkele weken geleden heeft Hoogovens de zeer gunstige winstverwachtingen voor '98 al naar beneden bijgesteld. Formeel is volgens Hoogovens sprake van een ,,gerechtelijk akkoord'', dat de aandeelhouders tijd geeft voor het opstellen van een plan voor verbetering van de resultaten. Hoogovens ontkent dat het verzoek aan de rechtbank in Mons te vergelijken is met uitstel van betaling.

NRC Webpagina's
16 OKTOBER 1998

( a d v e r t e n t i e s )