NIEUWSSELECTIE  
  KORTE BERICHTEN  
  RADIO & TELEVISIE  
  MEDIA  

Door een onzer redacteuren
DEN HAAG, 3 DEC. Bedrijven kunnen voortaan van hun verplichte pensioenfonds af als het beleggingsresultaat van het fonds duidelijk achterblijft bij dat van de rest. Dit schrijft de Stichting van de Arbeid (Star) in een advies aan het kabinet, waarin ook een toetsmethode is uitgewerkt.

Het gisteren verschenen rapport van de in de stichting verenigde werkgevers en werknemers heeft betrekking op de bedrijfspensioenfondsen, waarin een hele economische sector verplicht deelneemt.

Een woordvoerder van de Stichting: ,,Het uitstralingseffect zal groter zijn, verwachten we. Onze methode kan ook gebruikt worden door ondernemingen die hun ondernemingspensioenpondsen willen toetsen of door een werkgever die met een ondernemingsraad bij een verzekeraar geld apart heeft laten zetten in een depot.''

De Star heeft voor de bedrijfspensioenfondsen een benchmark ontwikkeld, waaraan de prestaties van een afzonderlijk fonds kunnen worden afgemeten. Als een fonds structureel ondermaats presteert, dan kan een aangesloten bedrijf een verzoek indienen voor ontheffing van de verplichte deelname in het fonds.

,,Het gaat dan wel om een langere periode, dat wil zeggen vijf jaar. In eerste instantie is de meetperiode ongeveer drie jaar, daarna vier en dan vijf'', licht de woordvoerder toe.

Dat betekent dat een bedrijf pas op zijn vroegst in het jaar 2000 af kan van zijn fonds, maar dat gaat niet zomaar. De toezichthouder, naar alle waarschijnlijkheid de Verzekeringskamer, toetst marginaal of het beleggingsbeleid 'zorgvuldig' en 'adequaat' is.

,,Het is niet zo dat als een fonds een keertje onder de benchmark duikt, dat dan het beleid niet deugt. Het moet ook niet zo zijn dat alle fondsen precies volgens het 'mandje' van de benchmark gaan beleggen'', zegt de woordvoerder.

Nederland kent 57 bedrijfspensioenfondsen (BPF's), waaarbij ongeveer de helft van de Nederlandse werknemers is aangesloten. Bij de meeste is deelname verplicht gesteld onder de 'Wet BPF', die van toepassing is zodra een belangrijk deel van een sector daarom vraagt. In sectoren waarbij de dekking al zo'n 90 tot 100 procent is, hebben deelnemers in sommige gevallen geen beroep gedaan op deze wet.

Onder invloed van de westenwind uit de Verenigde Staten en het Verenigd Koninkrijk is ook in Nederland een groeiende behoefte om prestaties van fondsen te meten. Staatssecretaris De Grave (Sociale Zaken) heeft de Stichting van de Arbeid vorig jaar gevraagd om een instrumentarium te ontwikkelen voor de toetsing van de prestaties van de fondsen. Behalve de meting van de beleggingen, vallen daaronder ook de berekening van de kosten.

De werkgroep van de Stichting voor de Arbeid heeft daarvoor echter meer tijd nodig, omdat dit een nogal gecompliceerde kwestie blijkt te zijn.

NRC Webpagina's
3 DECEMBER 1997