K U N S T
|
NIEUWSSELECTIE
|
In: 71 theaters. New York is dichtbevolkt met aliens in 'Men in Black' Elvis is alleen naar huis gegaan
Door BIANCA STIGTER
Misschien geloof je Men in Black zo graag omdat de meeste aliens in New York wonen. Of omdat Tommy Lee Jones je over hen vertelt. Of omdat je je aanvankelijke ongeloof met Will Smith mag delen. Of omdat je al zoveel films gezien hebt. Voor Men in Black heeft Hollywood veel van haar heerlijks opnieuw geschud en het resultaat is als een koekje met chocola zo lekker: al vaak gegeten en toch het tegendeel van vervelend. De film is net als Bat- en Superman gebaseerd op een strip, maar deze is nog niet zo oud en bekend dat hij al camp heeft kunnen worden. Eerder dan camp is Men in Black cool; regisseur Barry Sonnenfeld gokte daarop en het is hem gelukt. Dat is knap: het gebeurt niet vaak dat een Hollywood-product die status bijna uit zichzelf weet te bereiken - meestal zijn de pogingen daartoe net zo pijnlijk als die van Nederlandse reclames voor melk of brommers. De Men in Black vormen een geheime overheidsorganisatie die het verblijf van de vreemdelingen op aarde in goede banen moet leiden en er vooral voor moet zorgen dat hun verblijf geheim blijft. 'De mensen', zegt Tommy Lee Jones als agent K met de van hem bekende welgemeende mengeling van zorg en arrogantie, zouden de wetenschap dat het universum dichtbevolkt is wel eens niet aan kunnen. Voor de film is een genoeglijk ouderwets uiterlijk gecreëerd: de Men in Black dragen zwarte pakken, witte overhemden en zwarte dassen en hun hoofdkwartier ziet eruit als een futuristisch vliegveld uit de jaren zestig. Het koele, optimistische uiterlijk zet de toon voor de film. Sonnenfeld, die eerder Get Shorty en The Addams Family regisseerde, gaat de actie met humor te lijf. Smith en Jones krijgen het aan de stok met een gigantisch insect dat in de huid van een boer is gekropen en het gemunt heeft op de miniatuurmelkweg die de als aimabele juwelier vermomde ambassadeur van weer een andere planeet ergens heeft verstopt, maar hij sterft voor hij kan vertellen waar precies. Smith versiert de hulp van de aantrekkelijke dokter van het mortuarium (Linda Fiorentino) en Jones moet op reis in het binnenste van het insect voor het duo de aarde in de laatste acht minuten van de definitieve ondergang weet te redden. In dit uitzinnige, maar nuchter vertelde verhaal neemt Sonnenfeld de tijd voor een reeks verrukkelijk voorspelbare visuele en verbale grappen. Het alien-asielcentrum wordt gefinancierd door de verkoop van onbeduidende buitenaardse uitvindingen als de magnetron en liposuctie, de toffe zesarmige aliens die het zinkende schip aarde verlaten nemen als zoveel luchtreizigers een slof Marlboro mee en volgens Jones zijn de tabloids de betrouwbaarste nieuwsbronnen, ,,maar als je wilt kunnen we ook wel de New York Times kopen''. Running gag in de film is nog een uitvinding van de aliens: een machientje dat met een rode flits het geheugen uitschakelt van de mensen die iets te weten zijn gekomen over het buitenaardse leven. De aftiteling van Men in Black, door de makers liefkozend MiB genoemd, werkt een beetje als zo'n machientje. Je kunt je al meteen na afloop niet meer voorstellen dat je zoveel plezier hebt gehad. Misschien is dat wel het meest ongelofelijke van MiB.
|
NRC Webpagina's
23 JULI 1997
|
Bovenkant pagina |