U kijkt naar de website van NRC Handelsblad gedurende de periode 1995-2001. Bezoek ook de de huidige site.
    R A D I O  &   T E L E V I S I E  
NIEUWS  | TEGENSPRAAK  | SUPPLEMENT  | AGENDA  | ARCHIEF  | ADVERTENTIES  | SERVICE 

  NIEUWSSELECTIE  
  KORTE BERICHTEN  
  RADIO & TELEVISIE  
  MEDIA  
S e l e c t i e


Televisie

Radio

O O G   I N   O O G :
Weinig hoop voor de vrouwelijke kijker

FRITS ABRAHAMS
Geen opwekkende tv-avond voor vrouwen. Eerst moesten ze met lede ogen toezien hoe de KRO in de vooravond op Nederland 1 liefst drie kwartier vrijmaakte voor een voetbalquiz in dertien delen. De vrouwen in mijn omgeving maakten zich onmiddellijk uit de voeten, en terecht, want Voetbal Krexxx is een typisch mannenprogramma. Ik kan me althans niet voorstellen dat er vrouwelijke advocaten rondlopen, die het antwoord weten op de vraag welke Ajax-trainer destijds Robbie de Wit van FC Utrecht naar Ajax heeft gehaald.

In Voetbal Krexxx zaten twee mannelijke advocaten, een fan van FC Twente en een van Ajax, die al dergelijke nutteloze weetjes in hun hoofd hadden gemetseld. Later kwamen we in een bus van Chelsea hun iets minder geleerde soortgenoten tegen, gefilmd door Netwerk dat aandacht besteedde aan de 'Gullitmania' in Engeland. Vrolijke, wezenloze dertigers die met een fles bier in de hand de naam van Chelsea scandeerden en de lof van Gullit bezongen. En opnieuw: geen vrouw te bekennen.

Voetbal Krexxx bleek geen onaardige tv-quiz, en werd met veel flair gepresenteerd door debutant Tom van 't Hek. Maar het duurde wel minstens een kwartier te lang. Wat dat betreft past het in de mediatrend om het voetbalspel tot op de laatste druppel uit te melken.

De vrouw kwam later op de avond aan de beurt. En hoe. Rondom tien besteedde aandacht aan vrouwenmishandeling. Waarom is Rondom tien toch altijd zo laat met dergelijke onderwerpen? Adoptiekinderen, kinderen van gescheiden ouders, rouwverwerking, gedwongen afkicken - allemaal onderwerpen van de laatste weken in Rondom tien die elders al afgegraasd waren.

Violet Falkenburg wilde vooral van de vrouwen weten waarom ze zich jarenlang zo verschrikkelijk lieten mishandelen. Het is inderdaad de hamvraag, maar er komt voor de buitenstaander nooit een bevredigend antwoord op. We kennen het standaardantwoord: het is een geleidelijk proces, je wil wordt afgebroken, je hoopt dat hij inbindt als jij je maar aanpast. Plausibele antwoorden, maar toch gaat het je voorstellingsvermogen te boven dat iemand zich tien jaar lang dagelijks volkomen verrot laat slaan.

Eén van de daders was een politieman, volgens zijn vrouw nog steeds in functie. ,,Hij sloeg altijd op plekken waar je het niet kon zien.'' De politie wist ervan, maar wimpelde de klachten af, 'omdat het een kliek van mensen is die elkaar de hand boven het hoofd houden'. Een andere vrouw demonstreerde iets wat ik nog niet wist: dat een kopstoot (een slag met het hoofd in iemands gezicht), mits goed uitgevoerd, geen sporen achterlaat. Juist daarom is het bij mishandelaars een geliefde techniek.

Minstens zo radeloos waren de vrouwen in de KRO-documentaire Veroordeeld tot de eeuwige hoop. Peter Tetteroo probeerde na te gaan of de geruchten klopten dat er nog overlevende mannen zijn van het drama van Srebrenica. Hun vrouwen krijgen soms brieven waaruit zou blijken dat zij door Serviërs worden vastgehouden.

Tetteroo zocht ijverig, maar vond niets. De vrouwen hielden wanhopig de foto van hun man voor de camera, maar Tetteroo moest toegeven: ,,We hebben hun niets te bieden''. Aan het einde suggereerde hij met kracht van argumenten dat de vrouwen slachtoffers zijn van Servische criminelen, die geld proberen los te krijgen voor de 'vrijlating' van mannen die allang vermoord en begraven zijn.

,,Telkens als ik geslagen word, moet ik aan oma denken'', stond er in een van die brieven. Een zin, ontsproten aan het brein van een Servische crimineel? Vermoedelijk. In dat geval óók een vorm van vrouwenmishandeling.

Viel er voor de vrouw ook nog ergens een sprankje hoop te bespeuren? Amper, amper. In de talkshow van Goedele werden twee lesbische dames door SBS verblijd met de gift van iets waar ze zich al zo lang op hadden verheugd: 'Een voorbinddildo met tuigje'.

Helaas bleek SBS-directeur Fons van Westerloo wat krenterig geweest bij de aanschaf. De dildo was aan de slappe kant, meldde een van de vrouwen. Een treffender metafoor voor de programmering van SBS lijkt me niet mogelijk.

T V   V O O R A F :


Tragedie van de moderne architecten

BERNARD HULSMAN
Ze zijn nu bijna allemaal dood, de architecten en vormgevers uit Duitsland, Nederland en andere westerse landen die in de jaren twintig en dertig naar de Sovjet-Unie trokken om er nieuwe industriesteden te bouwen. Maar Anna Abrahams heeft er nog drie weten op te sporen en voor de camera gehaald in haar documentaire Sotsgorod. Steden voor de heilstaat.

In vijftig minuten vertellen de drie, de Nederlander Jan Rutgers, de Oostenrijkse Margarethe Schütte-Lihotzky en de Duitser Phillip Tolziner, een gelijkluidend verhaal. Vol verwachtingen gingen ze naar de Sovjet-Unie. Hier zouden ze moderne steden bouwen voor de nieuwe socialistische mens, die, zo dacht de Nederlandse architect Van Loghem zelfs, minder zou drinken dan de oude kapitalistische.

Maar de nieuwe socialistsche mens dronk niet minder en ook zag hij niet zoveel in de monotone blokken die de westerse architecten ontwierpen. Zelfs de vriendelijke Nederlandse rijtjeshuizen die Van Loghem in Kemerovo ontwierp, vonden geen genade in de ogen van de Sovjetarbeiders, vertelt Jan Rutgers wiens vader Van Loghem naar Kemerovo had gehaald. Ze vonden het bespottelijk om in aan elkaar geplakte huisjes te wonen, terwijl Siberië een zee van ruimte bood.

De verhalen van de drie geïnterviewden worden afgewisseld met foto's en oude en nieuwe filmbeelden van steden als Magnitogorsk en Orsk. De beelden worden begeleid door voordrachten uit brieven en lezingen van beroemde architecten als Mart Stam, Ernst May, Hannes Meyer en Hans Schmidt die in de Sovjet-Unie werkten. Af en toe heeft Abrahams taferelen in scène gezet, zoals de berg bagage die de westerse architecten bij zich moeten hebben gehad. Aangezien ze het karakter hebben van een soort stillevens, storen ze geenszins.

Zo ontstaat een nuchter en zakelijk beeld van de kleine tragedie die de westerse architecten trof. De donkere kanten van hun verblijf in de Sovjet-Unie blijven niet onvermeld. Zo laat Abrahams Mart Stam zeggen dat de huizen van Magnitogorsk werden gebouwd door koelakken en dat een van zijn medewerkers eens zijn jas scheurde aan het prikkeldraad dat het koelakkenkamp omringde.

Vrijwel allemaal werden de architecten na een paar jaar persona non grata in de Sovjet-Unie. Monumentale, 'socialistisch-realistische' steden wilde het Sovjet-regime en geen monotone rijen flats. Sommige architecten probeerden hun werk aan de eisen van het socialistisch realisme aan te passen, zoals Hannes Meyerde, de ex-Bauhaus-directeur die nog een fanatieke functionalist was toen hij naar de Sovjet-Unie ging. Anderen vertrokken uit zichzelf, zoals Jan Rutgers en Ernst May die teleurgesteld afdroop naar Afrika. Weer anderen raakten bijna in moeilijkheden, zoals Mart Stam, die na zijn weigering om bij een open kopermijn een stad te ontwerpen, werd gewaarschuwd voor 'de nachtelijke klop op de deur'. Tolziner, een joodse Bauhaus-leerling die niet naar Hitler-Duitsland terug wilde, vertelt dat hij ten slotte wegens spionage naar een strafkamp werd gestuurd waar hij jaren heeft verbleven.

De moderne architectuur liep volkomen schipbreuk, zo vat de nu 100-jarige Schütte-Lihotzky het werk van haar en de andere westerse architecten in de Sovjet-Unie samen. En wie de troosteloze beelden ziet van de gebouwen die zij daar hebben achtergelaten, kan niet anders dan haar gelijk geven. Maar ondanks hun teleurstellende lotgevallen, hadden de architecten zelden spijt van hun gang naar de Sovjet-Unie. Zelfs Tolziner, die in koude bossen van Siberië hout moest hakken, vertelt dat hij zijn verblijf in de Sovjet-Unie geen moment heeft betreurd.

Sotsgorod, steden voor de heilstaat. Humanistische Omroep, Ned. 1, 22.50u.

F I L M   V O O R A F :


Three days of the condor

BAS BLOKKER
De angst in de Amerikaanse maatschappij is de motor van haar filmindustrie. De drie genres waarin Hollywood uitblinkt - de western, de grote showfilm en de thriller - zijn elk een manier om die angst meester te worden. In de western wordt zij uit de weg geschoten, in de showfilm ontkend en in de thriller doorleefd. ,,Ik ben bang'', zegt Faye Dunaway in Three days of the condor. ,,Ik ben ook bang'', zegt Robert Redford, die haar gegijzeld houdt. ,,Waar ben jij bang voor'', vraagt Dunaway weer: ,,Jij hebt toch je pistool?'' ,,Dat is niet genoeg'', antwoordt Redford.

Elk decennium heeft zo zijn eigen sjablonen en de thrillers vormen een beeldgeschiedenis van de Amerikaanse angst. Eind jaren twintig, jaren dertig zijn het de gangsters die iedereen de stuipen op het lijf jagen. In de jaren direct na 1945 zijn het de femmes fatales van de film noir - een verwijzing, wordt wel gezegd, naar de plotselinge, opwaartse sociale mobiliteit van vrouwen tijdens de oorlogsjaren. In de jaren vijftig verduisteren de communisten (soms vermomd als marsmannetjes), of juist de communistenháters het beeld.

Three days of the condor van Sidney Pollack is van 1975. Toen zat de vijand van binnen. In de CIA in dit geval. Als een van de topbazen vertelt dat hij zelfs de Eerste Wereldoorlog nog heeft meegemaakt, vraagt zijn ondergeschikte: ,,Mis je dat soort spanning?'' Nee, antwoordt de baas: ,,Ik mis dat soort helderheid.'' De angst is paranoia geworden, je kunt je vijanden niet meer van je vrienden onderscheiden. Zoals Robert Redford aan het begin van de film zegt: ,,Ik vertrouw zelfs een paar mensen, dat is mijn probleem.''

Het is onmogelijk deze film los te zien van het Watergate-schandaal. Dat Amerikaanse zelfonderzoek moest wel tot films als deze leiden. Het verhaaltje doet er niet veel toe, dat kun je bij de titelrol al voorspellen: Redford en Dunaway zullen elkaar ontmoeten en Max von Sydow zal proberen ze dood te schieten. Het gaat om de vraag: kan een fatsoenlijke intellectueel - ,,I just read books'', zegt Redford herhaaldelijk als hem wordt gevraagd wat hij bij de CIA voor werk heeft - overleven in een machtsstrijd? Als hij overleeft, laat Pollack doorschemeren, dan is Amerika weer een land om onvoorwaardelijk van te houden.

Dat optimisme onderscheidt de jaren-zeventig thrillers van hun nakomelingen. In films als The Firm (ook van Pollack), JFK en Wall Street heeft de 'goeie' geen schijn van kans om onbevlekt uit de strijd te komen.

Three days of the condor (Sidney Pollack, VS '75). RTL5, 20.30-22.40u.

NRC Webpagina's
14 MEI 1997


    Bovenkant pagina

NRC Webpagina's © NRC HANDELSBLAD (web@nrc.nl)