U kijkt naar de website van NRC Handelsblad gedurende de periode 1995-2001. Bezoek ook de de huidige site.
    O P I N I E  
NIEUWS  | TEGENSPRAAK  | SUPPLEMENT  | AGENDA  | ARCHIEF  | ADVERTENTIES  | SERVICE 

  NIEUWSSELECTIE  
  KORTE BERICHTEN  
  RADIO & TELEVISIE  
  MEDIA  

H O O F D A R T I K E L :
Alledaags racisme


DE BEVRIJDINGSDAG werd dit jaar ontsierd door het bekladden van het verzetsmonument in Vught met hakenkruisen en een verwijzing naar de Klu Klux Klan. Het gedenkteken moest na een eerdere besmeuring al eens geheel worden vernieuwd.

Het is daarbij voorzien van een beschermende laag zodat de schade nu tenminste beperkt bleef. Zo'n smeerpartij is laf en goedkoop en deed in de verste verte niet af aan de pogingen Bevrijdingsdag een nieuw elan te geven, maar toch blijft het knagen. Het aantal racistische incidenten in Nederland is in het begin van de jaren negentig fiks opgelopen. En dan is er de recente schok van de brandbom in de Haagse Schilderswijk waardoor een Turkse vrouw en vijf van haar kinderen de dood vonden. Politie en justitie hebben hun onderzoek nog niet afgerond en het is gevaarlijk voorbarige conclusies te trekken. Er wordt echter geen mogelijkheid uitgesloten. Die omstandigheid alleen al draagt bij tot een verhoogd besef dat ook Nederland niet immuun is voor racisme en vreemdelingenhaat.

HET WETENSCHAPPELIJK onderzoekscentrum van het ministerie van Justitie heeft op verzoek van de Binnenlandse Veiligheidsdienst een onderzoek verricht naar aard en achtergronden van racistische incidenten en de strafrechtelijke afdoening daarvan. De overgrote meerderheid van de verzamelde gevallen heeft vooral een verbaal karakter (bekladding, pamfletten). Fysiek geweld blijft uitzondering. Opmerkelijk is vooral de constatering dat plegers van racistische delicten zelden tegen de lamp lopen. In het peiljaar 1994 gingen de daders in 96 procent van de gevallen vrijuit. Zelfs de aangehouden verdachten werden lang niet allemaal voor de rechter gebracht. Toch is het een expliciete richtlijn dat politie en justitie ,,alert'' dienen te zijn op discriminatoire elementen in de gevallen waarmee zij te maken krijgen en een actief opsporings- en vervolgingsbeleid moeten voeren. De verklaring voor dit gebrek aan doortastendheid ligt waarschijnlijk in de afwezigheid van een harde ideologische achtergrond bij de meeste geconstateerde incidenten. Doorgaans spelen een combinatie van angst (dat men tekortkomt) of frustratie (omdat men meent dat men tekort is gekomen) ten aanzien van vreemdelingen een rol. Of pure sensatiezucht: aandacht trekken dan wel het zoeken van een 'kick'. Dat zou ook het grote aandeel van bekladding - bijna de helft van de verzamelde incidenten - kunnen verklaren.

HET IS VAN BELANG maatschappelijke tegenstellingen niet onnodig te verharden. Toch baart de veronachtzaming van het racistische element in de strafrechtelijke afdoening van de incidenten zorg. Deze zorg heeft geleid tot pleidooien om racistisch geweld afzonderlijk strafbaar te stellen in de wet of tenminste een speciale snelrechtprocedure in te stelllen. Dat is een begrijpelijke reflex in een weerbare democratie. Toch is dit onwenselijk en in elk geval voorbarig. Gelegenheidswetgeving roept in het algemeen meer vragen op dan zij beantwoordt. Het is gevaarlijk om een gezindheid als zodanig strafbaar te stellen. De wet is voor iedereen gelijk, racist of niet. Eenieder heeft aanspraak strafrechtelijk te worden beoordeeld op zijn doen en laten en niet op zijn innerlijk. De persoonlijke elementen kunnen beter worden overgelaten aan de rechter om eventueel te verdisconteren in de straftoemeting. De wet laat daartoe al de nodige ruimte. Politie en justitie hebben geen nieuwe wetsbepalingen nodig tegen racisten maar - zoals de bestaande instructies het treffend noemen - wat meer alertheid.

NRC Webpagina's
13 MEI 1997


    Bovenkant pagina

NRC Webpagina's © NRC HANDELSBLAD (web@nrc.nl)