V O O R P A G I N A
|
![]()
NIEUWSSELECTIE
|
Sorgdrager wil hogere straffen voor leden criminele organisaties
Door een onzer redacteuren
Justitiespecialisten in de Tweede Kamer hadden eerder deze week al te kennen gegeven dat de straffen op grootscheepse import van en handel in hasj zouden moeten worden verhoogd. Mede naar aanleiding van opmerkingen in het requisitoir van de officieren van justitie in het proces van Johan V. dat van de strafmaat nu onvoldoende afschrikking uitgaat wil Sorgdrager nagaan of er zwaardere straffen moeten komen. ,,Het gevoel 'is er niet meer mogelijk' bekruipt mij ook'', zegt zij vandaag in een vraaggesprek met het Algemeen Dagblad. De minister ziet liever verhoging van de straf voor het lidmaatschap van criminele organisaties dan een hogere strafmaat voor de handel in hasj, omdat dit laatste het gedoogbeleid in gevaar kan brengen. De minister ziet het als een probleem dat er 'gedoogd' wordt aan de voordeur van coffeeshops terwijl aan de leveranciers aan de achterdeur zwaardere straffen zouden worden opgelegd. Het OM klaagde begin deze week in het proces van Johan V. alias 'de Hakkelaar' dat de strafmaat voor jarenlange handel in hasj te laag is (maximaal vier jaar). Sorgdrager wil bekijken of de strafmaat voor leden van een criminele organisatie (artikel 140) niet verhoogd kan worden (nu maximaal vijf jaar). Zij denkt ook aan artikel 57 van het wetboek van strafrecht over meerdaadse samenloop van strafbare feiten, waardoor de rechter de strafmaat kan verhogen. De minister hoopt met nieuwe voorstellen voor het gebruik van opsporingsmethoden meer greep te krijgen op criminele organisaties. Zij wil dat er meer mogelijkheden komen voor de politie in de strijd tegen de georganiseerde misdaad, maar die acties moeten goed getoetst en vastgelegd worden. Vandaag heeft zij haar wetsvoorstel 'Bijzondere opsporingsbevoegdheden' voor advies naar de Nederlandse Vereniging van Rechtspraak, het openbaar ministerie, de Nederlandse Orde van Advocaten en de politie gestuurd. Dit jaar zou de betere toepassing van opsporingsmethoden al in werking moeten treden. Deze methodes, zoals observatie, infiltratie, pseudokoop, informanten, inkijken en het direct afluisteren zullen niet alleen worden toegepast als er een verdenking is van een strafbaar feit, maar ook als er een verdenking is dat in georganiseerd verband misdrijven worden gepleegd of beraamd. Dit is volgens het ministerie van belang voor het onderzoek naar de georganiseerde misdaad. Sorgdrager is van mening dat de georganiseerde criminaliteit zich onderscheidt van de traditionale misdaad doordat op stelselmatige wijze misdaden worden gepleegd die veelal verborgen blijven. De politie kan niet wachten totdat er een aangifte binnenkomt.
|
NRC Webpagina's
16 JANUARI 1997
|
Bovenkant pagina |