Ir. D. Luteijn
Rechts op het erf
Door onze redacteur BRAM POLS
DEN HAAG, 9 OKT. Wanneer zij
elkaar voor het laatst hebben gezien is niet bekend, maar het zou 20 mei
van dit jaar kunnen zijn. Commissaris van de koningin van Zuid-Holland,
ir. J.M. Leemhuis-Stout overhandigde op die dag ir. D. Luteijn 'de
oorkonde behorende bij predikaat Koninklijke', dat de Coöperatie
Cebeco Groep U.A. in Rotterdam kreeg bij het 100-jarig bestaan. Luteijn,
voorzitter van de raad van bestuur van dit handelshuis, moet zijn
inspanningen voor Cebeco - niet te verwarren met Ceteco - nu even op een
laag pitje zetten, want hij neemt plaats achter het bureau van Leemhuis
als waarnemend commissaris van de koningin in Zuid-Holland.
Luteijn hangt volgens de socialist Peper (Binnenlandse Zaken) 'het VVD-
gedachtengoed' aan en dat mag als understatement worden opgevat.
Luteijn (56) was van 1983 tot 1995 lid van de Eerste Kamer van die
partij, de laatste acht jaar fractievoorzitter. Daarbij komt dat de
agrarisch econoom op de rechterflank van het liberale erf moet worden
geplaatst.
De in Zeeuws-Vlaanderen geboren en tegenwoordig in Goes wonende
politicus heeft altijd grote affiniteit gehouden met het boerenleven. In
de zomer zit de eigenaar van een landbouw- en fruitteeltbedrijf het
liefst op de trekker. Cebeco is een internationaal georiënteerd
samenwerkingsverband van 25 agrarische coöperaties en meer dan
tweehonderd meer- en minderheidsdeelnemingen. Er zijn meer dan 40.000
boeren bij aangesloten.
Volgens zijn toekomstige collega Nijpels (Friesland), die in 1989 als
minister en VVD-partijleider hard in aanvaring kwam met de
fractievoorzitter in de senaat over het reiskostenforfait, is Luteijn
"een stevige bestuurder en een man die geen blad voor de mond neemt". De
vrije-tijdspoliticus, zoals Eerste Kamerleden wel worden genoemd, liet
in dat jaar bijna geheel op eigen kracht het toenmalige kabinet-Lubbers
vallen. Hij werd op slag beschouwd als VVD's nieuwste strateeg, die er
haast stalinistische opvattingen over het volgen van de partijlijn op
nahield. Een 'killer' en een man van de 'kadaverdiscipline'. Maar het
was zijn CDA-pendant Caland die in die jaren de meeste aandacht trok.
Van Luteijn heeft de politiek nooit meer iets visionairs vernomen.
Alleen bij de vorming van Paars I was hij eerste kandidaat voor de post
Landbouw, maar hij bedankte.
Of hij de 'rustige bestuurder' zal blijken, die Zuid-Holland nu nodig
heeft valt te bezien. De VVD is in deze provincie buiten het college
gehouden en Gedeputeerde Staten zijn "geen boeren die zich in het gelid
laten zetten", zoals een partijgenoot zegt. Hij zal het dus nog lastig
krijgen, temeer omdat uit de verwikkelingen rond Leemhuis duidelijk is
geworden dat de functie van commissaris een diplomatieke invulling
behoeft. "Het is behoedzaam opereren," zegt Nijpels, "als commissaris
moet je er even aan wennen je eigen mening een beetje achter de hand te
houden. Maar duidelijk is dat Luteijn discipline zal eisen."