Allen schuldig, dus niemand hoeft te gaan
De aandacht voor mevrouw
Leemhuis-Stout in de Ceteco-affaire is volgens de commissie-Van Dijk
"buitengewoon eenzijdig".
Door onze redacteuren CEES BANNING en
BRAM POLS
DEN HAAG, 2 OKT. Ondeugdelijk en extreem riskant, onrechtmatig - want
onbevoegd genomen - en democratisch ontoelaatbaar. Nog één
keer haalt hij uit, drs. C.P. van Dijk. De CDA-politicus dankt zijn
reputatie aan de parlementaire enquête naar de ondergang van
scheepsbouwconcern RSV (1983-1984). Achter de 'man met het houten'
gezicht schuilt een gepassioneerd karakter vol speurzin. Van Dijk
verweet VVD-minister Gijs van Aardenne indertijd dat hij de Kamer
"ronduit misleidend" had ingelicht. Het oordeel knakte Van Aardennes
politieke carrière. Bijna vijftien jaar later bezigt Van Dijk
opnieuw harde woorden om het falen van politieke bestuurders aan de
kaak te stellen. Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland hebben in 1995 een
"ondeugdelijk en extreem riskant" besluit genomen om te gaan bankieren.
Het besluit is "democratisch ontoelaatbaar omdat het Provinciale Staten
buiten spel zette".
Maar in tegenstelling tot toen neemt Van Dijk nu een van de
hoofdrolspelers - de commissaris van de koningin mevrouw J. Leemhuis-
Stout (VVD) - in bescherming. In de Ceteco-affaire is de aandacht
"buitengewoon eenzijdig" uitgegaan naar haar, vinden Van Dijk en zijn
twee mede-commissieleden mevrouw M. Vos-van Gortel (oud-burgemeester
van Utrecht) en Th. Quené (voormalig voorzitter van de SER).
Wie blijft kijken naar de commissaris van de koningin, "kijkt in de
verkeerde richting", aldus Van Dijk. "Velen lijken over het hoofd te
zien dat de commissaris van de koningin niet de baas is van de
provincie, zoals een minister van een ministerie of een directeur van
een onderneming." Wel is Leemhuis "lid van een collegiaal bestuur met
een onderlinge taakverdeling". Het is niet aan Van Dijk om een oordeel
te geven over de consequenties die de betrokkenen uit de feiten moeten
trekken, maar als het hem uitdrukkelijk wordt gevraagd, zegt hij dat ze
de mouwen moeten opstropen en de zaak moeten " corrigeren." Daarmee
lijkt de voorzitter van de commissie, die het 'leningenbeleid van de
provincie Zuid-Holland' heeft onderzocht vooruit te lopen op wat er
volgende week gebeuren gaat. Iedereen heeft schuld, dus niemand hoeft
weg.
Natuurlijk, Leemhuis is commissaris van de koningin, maar daarmee niet
'het hoofd' van de provincie. Ze is lid van het college van
gedelegeerden en geenszins primus inter pares. Ze geeft weliswaar
leiding aan het college van gedeputeerde staten, maar op basis van het
collegialiteitsbeginsel. Alle gedeputeerden dragen in gezamenlijkheid
verantwoordelijkheid voor alle besluiten. Zo ook voor dat besluit van
24 oktober 1995 om als provincie te gaan bankieren. Leemhuis voelde er
niet voor, maar stapte er ook niet mee naar de minister van
Binnenlandse Zaken om het door hem te laten vernietigen. Natuurlijk,
zei Van Dijk gisteren, zij had haar tegenstand wat meer inhoud kunnen
geven, maar dat werd haar ontraden. Het gehele college, inclusief
Leemhuis treft dus blaam.
Maar dat gold ook voor de ambtelijke top - met name griffier Korff - die
het mandaat kreeg om in strijd met de wet te handelen. En die top wist
dat Gedeputeerde Staten er niet van op de hoogte mochten zijn. Daarmee
komt in Van Dijks ogen echter ook Gedeputeerde Staten niet weg, want
ten minste de Rekeningencommissie had moeten zien dat er op de balans
van de provincie eigenaardige dingen gebeurden. In dat kader wijst Van
Dijk ook naar de huisaccountant van de provincie Ernst & Young en naar
de ambtenaren van Binnenlandse Zaken, die waren getipt door hun
collega's van Financiën. Van Dijk: "Wie goed keek kon zien dat die
praktijk van in- en uitlenen in korte tijd als het ware explodeerde,
maar dat was kennelijk geen aanleiding om eens goed door te vragen".
Van Dijk cum suis vroegen wel door, tipten en passant het openbaar
ministerie die een onderzoek startte, en leverden munitie (dixit Van
Dijk) voor een stevig debat woensdag in het fonkelnieuwe Provinciehuis
van Zuid-Holland. " Tegen de achtergrond van de bevindingen van Van Dijk
zal het een hele inspanning zijn om het vertrouwen van de burgers weer
te herstellen", vat GroenLinks-fractieleider A. Ouwehand de opvatting
van zijn collega's samen. Alle partijen kunnen elkaar met
één en hetzelfde 'harde en pittige' rapport de mantel
uitvegen. Vooral de rol van de VVD-fractie wordt pikant. De partij is
buiten het college gehouden en zou er dus stevig op in moeten kunnen
hakken. Maar ook in dat kamp zal niet te veel vuurwerk worden
afgestoken. Mevrouw Leemhuis komt immers uit die geleding.