U kijkt naar de website van NRC Handelsblad gedurende de periode 1995-2001. Bezoek ook de de huidige site.
     
NIEUWS  TEGENSPRAAK  SUPPLEMENT  DOSSIERS  ARCHIEF  ADVERTENTIES   SERVICE

 TECHNOLEASE

 NIEUWS &
ACHTERGRONDEN

 DISCUSSIE &
OPINIE

 KAMERSTUKKEN


Artikelen:
1997
1996
1995
1994

1997
15 - 6 februari 1997
6 - 4 februari 1997
4 februari- 31 januari 1997


DATUM: 15 Febuari 1997
PAGINA: opinie 8
KOP: Technolease (2)
AUTEUR: MR. ROBIN C. COOK, Amsterdam
TEKST: Ik heb moeite met de door de voorzitter van de Rabobank Nederland, drs. H. Wijffels gehanteerde verdediging van de technolease (10 februari). Met de constructie is wel degelijk iets mis. De kern van Wijffels' betoog is dat er sprake is van het contant maken van ,,bestaande fiscale claims''.
Zonder dat te zeggen bedoelt hij dat de mogelijkheid om fiscale verliezen te compenseren werd overgeheveld van bedrijven met onvoldoende winstcapaciteit, als Philips en Fokker, naar de zeer winstgevende Rabo. Wijffels zelf becijfert de waarde van die ,,rechten'' op bijna anderhalf miljard gulden. Het lijkt mooi dat die kans gegrepen werd. Wat echter over het hoofd wordt gezien is dat veel andere, maar kleinere ondernemingen, niet van soortgelijke constructies gebruik kunnen maken. Zo is in de wet vennootschapsbelasting een uitvoerige bepaling opgenomen, die het onmogelijk maakt voor de ene ondernemer om als 'koper' gebruik te maken van verliezen die een andere ondernemer heeft geleden. Daarbij gaat het speciaal om fiscale verliezen van bedrijven die de strijd al moesten opgeven. Hoe redelijk of onredelijk ook heeft de wetgever ooit besloten dat fiscale verliezen ('claims' in de woorden van Wijffels) niet verhandelbaar moesten zijn. Toch is precies dat wat de Rabo doet: handelen in fiscale verliezen (en in dit geval voor eigen gebruik). Het verschil met wat de wetgever heeft willen verbieden en wat de met de technolease truc gebeurt, zit erin dat de Rabo er als lijkenpikker vroeg bij is. Zoals het voorbeeld van Fokker laat zien, zal de Rabo gebruik bcht te houden.

DATUM: 15 Febuari 1997
PAGINA: opinie 8
OPMERKINGEN: Tekening Cyprian Koscielniak
KOP: Technolease (1)
AUTEUR: A.E.H. VAN DER VOORT MAARSCHALK, Amsterdam
TEKST: De artikelen in NRC HANDELSBLAD van 1 februari en de daarop volgende dagen geven wat meer duidelijkheid over de zogenaamde technolease. Jammer is dat in de artikelen nauwelijks duidelijk wordt gemaakt dat de essentie van de technolease niets anders is dan de verkoop van (fiscale) verliezen door Philips respectievelijk Fokker aan de Rabobank.
De artikelen wekken ten onrechte de indruk dat de overheid door de transacties 1,8 miljard gulden derft en de transacties de Rabobank per saldo 700 miljoen gulden opleveren. Wat is er gebeurd? Philips (hetzelfde geldt voor Fokker) heeft aanzienlijke verliezen geleden. Deze verliezen kon Philips net als elke andere onderneming in mindering brengen op zijn toekomstige winsten. Daardoor zou Philips te zijner tijd ongeveer 1,1 miljard gulden minder vennootschapsbelasting behoeven te betalen; voor Fokker ging het om 770 miljoen gulden. Tezamen is dat ruim 1,8 miljard gulden. Omdat het er niet naar uitzag dat Philips en Fokker op korte termijn weer winst zouden maken, zouden zij de bedragen van 1,1 miljard respectievelijk 770 miljoen gulden niet of op zijn gunstigst pas in de verre toekomst te gelde kunnen maken. Om dit te voorkomen verkochten Philips en Fokker hun knowhow aan de Rabo en huurden die terug. Philips en Fokker behaalden met de verkoop winst. Hierover betaalden zij geen belasting omdat de in het verleden geleden verliezen van die winst werden afgetrokken. Omdat de Rabobank de verkregen know how in beginsel na tien jaar moest terugleveren, schrijft zij die in tien jaar af. De afschrijvingen komen in de loop van die tien jaar in mindering op haar winst waardoor zij in totaal 1,8 miljard gulden minder vennootschapsbelasting betaalt. Omdat de Rabobank dat bedrag niet ineens realiseert, maar gespreid over de periode van tien jaar, treedt renteverlies op. Het voordeel voor de Rabobank is daardoor geen 1,8 miljard maar ongeveer 1,25 miljard. Aan dit aspect wordt in de krant nauwelijks aandacht besteed. Om het uiteindelijke voordeel voor de Rabobank bij de transacties met Philips en Fokker te berekenen moet het bedrag van 1,25 miljard verminderd worden met de door de Rabobank aan Philips en Fokker betaalde bedragen van 680 miljoen respectievelijk 411 miljoen gulden. Er resteert dan het door de Rabobank genoemde bedrag van ongeveer 150 miljoen gulden. Dat is toch een geheel ander bedrag dan de kop 'Hoe de Rabobank honderden miljoenen aan belastinggelden werd gegund' suggereert. Het 'nadeel' dat de overheid als gevolg van deze transacties lijdt is dat de Rabobank de belastingverminderingen realiseert waarop Philips en Fokker recht hadden doch die zij zelf niet (helemaal) of in elk geval pas veel later zouden hebben kunnen realiseren. Ook dit aspect wordt in de artikelen nauwelijks toegelicht.

DATUM: 14 Febuari 1997
PAGINA: boeken 7
KOP: Hoe duurzaam is digitaal
AUTEUR: F. KUITENBROUWER
TEKST: Pieter Wisse (red.): Het boek van bewaring. Samsom Bedrijfsinformatie, 319 blz. ƒ 95,- Een van de redenen dat geheime deals van president Reagan met Iran en de Contra's in Nigaragua tot een politiek schandaal leidden was dat de ondernemende overste Oliver North graag gebruik maakte van het e-mail-systeem van het Witte Huis bij het smeden van de dubieuze plannen. De electronische post bleek keurig te zijn bewaard - net zoals de geheime bandopnamen in het Oval Office die president Nixon in het Watergate-schandaal de das hielpen omdoen. Het is daarentegen een handicap voor de Nederlandse parlementaire commissie die zich buigt over de omstreden technolease-constructies voor Philips en Fokker dat de banden van vertrouwelijk overleg blijken te zijn gewist. De moderne informatie- en communicatietechnologie heeft nog niet geleid tot het papierloze kantoor. Integendeel. Wel staat steeds meer belangrijke informatie op electronische gegevensdragers. Moderne netwerken verspreiden de informatie in een oogwenk, desgewenst tot ver over de grenzen. Maar hoe zit het met de geheugenfunctie, het bewaren? Dat is het thema van Het boek van bewaren over 'selectieve duurzaamheid in de informatiemaatschappij'. Een van de auteurs vraagt zich openlijk af of in het jaar 2005 een parlementaire enquête opsporingsmethoden, zoals die in 1995 werd gehouden door de Commissie-Van Traa, nog mogelijk zal zijn. Nu al gaat de gemiddelde ambtenaar slordig om met computergegegens. Bij veel systemen is trouwens vergeten waarborgen in te bouwen dat de gegevens over vijf of tien jaar ook nog leesbaar moeten zijn. Dat is geen onwil, er is alleen nooit bij stilgestaan. Toch zijn de computerapparatuur, software en gegevensdragers waarmee de documenten oorspronkelijk zijn aangemaakt onderhevig aan snelle veroudering. Wie heeft de originele floppy's en handleidingen van WordPerfect 4.1 nog op zolder staan? Wat brengt dat oude spul op de tweedehands markt nog op? In het dynamische wereldje van Internet kan men wel enige vertedering opbrengen voor dit soort uitingen van 'computer-nostalgie', maar men heeft er niet echt tijd voor. Voor de overheid staat echter weinig minder dan de controleerbaarheid van haar optreden op het spel. Een jaar of vijf geleden deed de Algemene Rekenkamer al eens een onderzoek naar de achivering van machine-leesbare gegevensbestanden (MLG in het jargon). Ze trof bestanden aan die zonder enige bescherming waren opgeslagen onder dakramen, in onafgesloten gangkasten en in bureauladen. Mogelijkheid tot manipulatie van het verleden te over. Vaak is dat niet eens nodig. Een probleem bleek vooral het 'ondoelmatig logisch beheer' van MLG's. Dienstakken wachten te lang met het omzetten (converteren) van historische bestanden wanneer nieuwe apparatuur en programmatuur in gebruik wordt genomen. Het materiaal is dan niet meer leesbaar. En dat leidt dan maar tot vernietiging. Zo gaat het niet alleen in Nederland. De Amerikaanse rekenkamer trof bij de ruimtevaartorganisatie NASA al eens gegevens over 260 kostbare missies aan in een deplorabele toestand. Uitdraaien op papier dan? Dat is ook geen oplossing. Er treedt dan te veel informatieverlies op omdat de mogelijkheid wordt afgekapt om met behulp van software het basismateriaal te bespelen. Het uitdraaien leidt dus niet tot verhoging van het inzicht maar tot ondoorzichtelijke stapels papier waar niemand wat mee kan. In 1988 constateerde de Algemene rekenkamer al een bewerkingsachterstand van 500 strekkende kilometer alleen al bij het Rijk. Er is een 'omslag in opslag' nodig. Dat was dan ook de titel van een beleidsdocument dat het kabinet in 1991 uitbracht. Het streven is beter aan te knopen bij de directe werkprocessen in de ambtenarij, zodat die de zin van het bewaren beter inziet. Inmiddels is ook de operatie Digitale Duurzaamheid gelanceerd die speciaal is gericht op de mogelijkheden om met digitale documenten verantwoording af te leggen. Van belang is vooral reconstructie van de context waarin digitale documenten tot stand komen mogelijk te maken. Want alleen dan valt het gewicht van de gegevens achteraf nog een beetje te schatten. Digitale duurzaamheid raakt aan het functioneren van de democratie, waarschuwde de eerst-verantwoordelijke bewindsman Kohnstamm (binnenlandse zaken) op het minisymposium waar Het boek van het bewaren werd gepresenteerd. Als zo vaak met de maatschappelijke gevolgen van de nieuwe informatie- en telecommunicatietechnologie is het probleem dat er zich nog nooit een echte ramp op dit gebied heeft voorgedaan. Maar als dat het geval is, is het zelfs voor koene onderzoekers à la Van Traa te laat.

DATUM: 11 Febuari 1997
PAGINA: opinie 9
KOP: Technolease was het meest profijtelijk voor Rabo
AUTEUR: Jaap Zwemmer; Prof.dr. J.W. Zwemmer is hoogleraar belastingrecht aan de Universiteit van Amsterdam TEKST: In de tot nu toe gevoerde discussies over de toelaatbaarheid van technolease is één aspect ten onrechte nog buiten beeld gebleven.
Dat betreft de opmerking in het rapport van de Algemene Rekenkamer (blz. 40) dat de technolease die Fokker circa 400 miljoen gulden op zou leveren, voor de Rabo een besparing aan vennootschapsbelasting inhield, die de vermogensversterking aan Fokker in zeer ruime mate zou overschrijden. Voor menig fiscalist was dit een raadselachtige opmerking. Immers, als de Rabobank voor 400 miljoen gulden kennis koopt, kan zij slechts op dat bedrag afschrijven. Aangezien het tarief van de vennootschapsbelasting 35 procent is, levert afschrijving van 400 miljoen gulden, afgezien van rente, een belastingbesparing op van 140 miljoen gulden (35 procent van 400 miljoen gulden). Dat betekent derhalve per saldo een verlies voor de Rabobank van 260 miljoen gulden. Uit de inmiddels bekend geworden feiten komt echter naar voren dat Rabo niet op 400 miljoen gulden heeft afgeschreven, maar op twee miljard. Dat levert de Rabo gedurende de afschrijvingstermijn een belastingbesparing op van 700 miljoen gulden (35 procent van twee miljard). Aldus bezien leed de Rabo geen verlies van 260 miljoen gulden, maar verdiende zij netto 300 miljoen gulden, namelijk de belastingbesparing van 700 miljoen minus de 400 miljoen die voor de kennis werd betaald. De vraag is nu waarom de Rabo op twee miljard mocht afschrijven, terwijl niet meer dan 400 miljoen voor de kennis van Fokker is betaald. Dat blijkt te zijn veroorzaakt door de omstandigheid dat het Rabo in strijd met de fiscale wetgeving is toegestaan af te schrijven op kennis waarvoor zij niets behoefde te betalen en waarover zij geen enkel economisch risico liep. Om dat te illustreren, geef ik in het kort nog even de constructie met gebruikmaking van ronde bedragen weer. Fokker richtte een BV op en bracht daar 400 miljoen aan kennis in. Vervolgens verschafte Fokker aan deze BV een lening van 1,6 miljard gulden. Aangezien Fokker zelf geen geld had, werd ook deze lening in de vorm van kennis verschaft. Kortom, Fokker leent de 1,6 miljard gulden aan kennis aan de BV. Vervolgens werd de BV aan de Rabobank verkocht voor 400 miljoen gulden. Dat was het bedrag van de bezittingen van de BV (twee miljard gulden aan kennis) verminderd met het bedrag van de schulden (de lening ad 1,6 miljard gulden). Bij de Rabobank ging de BV onderdeel uitmaken van een fiscale eenheid, waardoor de resultaten van de BV aan de Rabo werden toegerekend. De activa-kant van de balans van de BV bestaat uit 2 miljard aan kennis. Op de passiva-kant staat het aandelenkapitaal van 400 miljoen en de lening van Fokker van 1,6 miljard. Fiscaal gezien kan Rabo slechts op de twee miljard gulden kennis afschrijven als zij verplicht is de door Fokker verstrekte lening in geld af te lossen. In werkelijkheid evenwel was Rabo daartoe niet verplicht. Zij kon de lening aflossen door de 1,6 miljard gulden aan kennis waaruit de lening bestond, weer aan Fokker terug te geven. In ieder geval was Rabo niet verplicht aan Fokker het geleende bedrag in geld terug te betalen. Dat betekent dat van de kennis ad 1,6 miljard gulden moet worden weggestreept tegen de lening. Als Rabo immers de lening niet behoeft af te lossen, heeft zij voor 1,6 miljard gulden aan kennis niet betaald en kan zij daarop ook niet afschrijven. Of om het anders te formuleren: in zoverre de waardedaling van de kennis van Fokker gecompenseerd werd door de waardedaling van de lening van Fokker, droeg de Rabo geen economisch risico van de waardedaling van de kennis en kon zij dus geen afschrijving toepassen. Op geleende spullen kun je nu eenmaal niet afschrijven. Dat weet elke econoom. In de uitzending van Buitenhof van afgelopen zondag wees oud-minister Andriessen erop dat de presentator toch ook de aanschaf van een stropdas af kon trekken (dat is onjuist, omdat een stropdas geen werkkleding is, maar vooruit). Als de presentator de das echter heeft geleend en de das na afloop van de uitzending weer teruggeeft, valt er zeker niets af te trekken. Onduidelijk is derhalve waarom bij Rabo afschrijving op de geleende 1,6 miljard gulden aan kennis is toegestaan. Het resultaat van deze gang van zaken is immers dat de Staat nu per saldo aan de Rabo een belastingvoordeel van nominaal 300 miljoen gulden heeft verstrekt. Vanuit dat oogpunt is met deze constructie dan ook geen staatssteun aan Fokker verleend, doch aan de Rabobank. In een interview in NRC Handelsblad van 19 november 1996 met drs. H. Wijffels van de hoofddirectie van de Rabobank, stelt deze dat de Staat de Rabobank heeft gevraagd de technolease bij Fokker te financieren en dat de Rabobank op dat verzoek positief heeft gereageerd. En hij voegt daaraan toe: ,,Wij hebben altijd buitengewoon trouw belasting betaald en wij maken een groot deel van onze winst in Nederland''. Kennelijk was dat voldoende rechtvaardiging voor een staatssteun aan deze bank van 300 miljoen gulden. Het zou interessant zijn te weten wie zich dat indertijd gerealiseerd heeft.

DATUM: 10 Febuari 1997
PAGINA: rtv 19
KOP: Veel 'kwaad' in één weekeinde
AUTEUR: DOOR FRITS ABRAHAMS
TEKST: De VPRO had besloten een hele avond aan 'het kwaad in de mens' te wijden, maar het was zondagavond al nauwelijks meer nodig: zóveel kwaad hadden we toen al moeten verwerken. Neem het aardige, maar ook wel erg brave portret dat Karel van de Graaf van Albert Heijn maakte. Onvermijdelijk hoogtepunt daarvan was Heijns herinnering aan de moord op zijn ontvoerde broer Gerrit-Jan. De vraag was of hij zich had beziggehouden met de dader. ,,Geen moment'', zei hij. Hij was destijds niet naar de rechtszaal gegaan, en hij had nooit contact gezocht met de man. ,,Misschien was er een driftbui gekomen en had ik hem te pakken genomen.'' Albert Heijn bleek namelijk, zoals hij zelf toegaf, een zeer driftig mens te zijn. Uit één opmerking begreep ik dat Heijn ooit het aanbod had gekregen de dader te laten vermoorden. ,,Ik heb later nog wel eens gehoord, van mijn chauffeur, dat in Amsterdam alles voor elkaar had kunnen komen om hem bij zijn vrijlating overhoop te laten schieten .'' Maar Heijn had geen kwaad met kwaad willen vergelden. ,,Daarmee krijg ik mijn broer niet terug en dan moet er een ander de bak in.'' Wat voor de ene mens 'kwaad' is, is voor de andere mens de onschuld zelve - dat kan de discussies over 'het kwaad' zo buitengewoon gecompliceerd maken. In Buitenhof verdedigde de socioloog E. van Ree welbespraakt de legalisering van harddrugs tegenover CDA-Kamerlid W. van de Camp. (Marcel van Dam had zich de avond tevoren in Het Lagerhuis ook al vurig voorstander van legalisering getoond.) ,,Driekwart van de harddrugsgebruikers gebruikt probleemloos'', stelde Van Ree. Van de Camp richtte zich liever op het kwart dat er wél problemen mee had. Van Ree gebruikte zelf regelmatig, evenals zijn vrouw en zijn oudste zoon, maar hij voelde zich allerminst een verslaafde. ,,Onder journalisten, kunstenaars en wetenschappers is het gebruik van harddrugs breed verbreid'', aldus Van Ree. Inderdaad: de lezer moest eens weten hoe een ogenschijnlijk keurige krant als NRC Handelsblad tot stand komt. Dozen vol xtc-pillen op de bureaus, redactievergaderingen in wolken van coke, en een hoofdredacteur die zich uitfreakend over de gangen spoedt. Er zijn plannen om de krant van papier te vervaardigen waarmee tevens joints kunnen worden gedraaid: waarom zou de lezer niet in de extase mogen delen? Was de technolease eigenlijk wel een 'kwaad' ? Ex-minister Koos Andriessen van Economische Zaken praatte er in Buitenhof over alsof het een groot goed was geweest. Hij moest nogal lachen om al die onnozele bezwaartjes. We dienden te beseffen dat er niets onoorbaars gebeurd was: de technolease was gewoon een royale versie van de autolease. Wat moesten we dan met al die berichtgeving in NRC Handelsblad, vroeg presentator Van Ingen bijna wanhopig. ,,Ik lees al vijftig jaar de NRC, maar dit is mijn NRC niet'', zei de ex-minister ferm. De vraag bleef open of ook de rekenkamer niet meer zijn rekenkamer is. De titel van de thema-avond van de VPRO, Het kwaad in de mens, bleek de lading lang niet helemaal te dekken: het ging alleen over het geweld van de mens. De VPRO had er veel werk van gemaakt. De avond bevatte interessante uitspraken en reportageflarden (de wolvenman!), maar toch bleef het tamelijk taaie televisie: al die talking heads met hun abstracte, elkaar vaak tegensprekende theorieën werden op den duur erg vermoeiend. Na afloop overheerste de kater. Wat was je er wijzer van geworden? De een (De Waal) zoekt de oorzaak van het geweld bij seks en status, de ander (Frijda) bij de ideologie en weer een ander (Bloom) constateert dat al bij kinderen blijkt hoezeer het geweld ingeschapen is. Prof. Wiegman zegt dat 'slechte beelden slechte mensen' maken, maar Bloom wijst er op dat het in Japan, een van de vreedzaamste samenlevingen ter wereld, juist wemelt van de 'slechte beelden' in strips en films. Van wezens die het al niet eens kunnen worden over 'de technolease', hoef je nooit consensus te verwachten over hun diepste drijfveren.

DATUM: 10 Febuari 1997
PAGINA: opinie 8
KOP: Met technolease is niets mis
AUTEUR: Herman wijffels; Drs. H. Wijffels is voorzitter van de hoofddirectie van de Rabobank Nederland TEKST: Technolease-constructies zijn buitengewoon ingewikkeld, maar een uiterst verantwoorde manier om bedrijven in financiële nood te hulp te komen, vindt Herman Wijffels. Er is niets mis mee. In een opmerkelijk staaltje onderzoeksjournalistiek hebben twee redacteuren van NRC Handelsblad geprobeerd een reconstructie te maken van de gang van zaken rond de technoleases tussen Philips, Fokker en de Rabobank. De publicaties in deze krant hebben geleid tot een stroom van overwegend verwarrende reacties en vervolgberichten. Verwonderlijk is dat niet, want technoleases zijn complexe financiële transacties, die niet eenvoudig inzichtelijk zijn te maken voor niet-ingewijden. Nu na een week van voornamelijk opwinding de belangstelling zich gaat richten op de juiste feiten wil de Rabobank graag haar kant van de zaak belichten. Uiteindelijk hebben ook wij een vorm van publieke verantwoordingsplicht. Eerst iets over het waarom van onze betrokkenheid. Voor een coöperatieve bank, die als doelstelling heeft waarde voor de klant te realiseren, is het een opdracht, daar waar dat kan en verantwoord is, te leveren waaraan behoefte is. Tegen die achtergrond is in de relatie tussen Philips en onze bank het initiatief ontstaan een sale-and-lease-backconstructie rondom de technologische kennis van het bedrijf te ontwikkelen. Fokker is later via de overheid bij ons gekomen. In beide gevallen ging het erom nog niet met de fiscus verrekende ontwikkelingskosten via de bank om te zetten in onmiddellijk beschikbaar vermogen. Door aldus bestaande fiscale claims contant te maken konden bepaalde financieringsvraagstukken worden opgelost. Wij zijn bij het afsluiten van de leasetransacties bepaald niet over één nacht ijs gegaan. Vele interne en externe deskundigen hebben eraan gewerkt. Opinies van onafhankelijke derden hebben de houdbaarheid van de constructie bevestigd. In de richting van de overheid is steeds als voorwaarde gehanteerd dat een eventueel positief besluit van de betrokken belastinginspecteur politiek (kabinet en Kamer) gesanctioneerd zou moeten zijn. Gelet op met name ook het industriepolitieke aspect zouden wij zonder die vorm van instemming de transacties niet hebben gedaan. NRC Handelsblad reconstrueert dat sommige bewindslieden en ambtenaren bezwaar tegen de constructie hadden. Dat is waar en ook allerminst vreemd. Er werden immers binnen het bestaande fiscale raamwerk geheel nieuwe paden betreden, waarvan de uitwerking moeilijk te overzien was. Feit is dat de overheid, alles afwegende en in lijn met de adviezen die zij zelf inwon, groen licht gaf. Kennelijk ging het om een officieel geaccepteerde en voor elk bedrijf in vergelijkbare omstandigheden openstaande toepassing van de wet. Dat wordt nog eens bevestigd door het feit dat de staatssecretaris van Financiën later nadere regels formuleerde om de mogelijkheden voor technolease te beperken. Hierin ligt ook het sluitende antwoord aan Eurocommissaris Van Miert. Waar veel misverstand over bestaat, is de aard van de gevolgen van de technolease voor de belastingsinkomsten. In beginsel zijn die zeer beperkt. Wat er gebeurt, is dat als gevolg van de transacties een bestaande fiscale claim van de ene partij wordt overgedragen op de andere, maar door die overdracht verandert de omvang van die claim niet. Er vanuit gaande dat de overdragende partij (weer) voldoende fiscale winst gaat maken, zou die claim ook zonder overdracht vroeg of laat met de fiscus verrekend worden. In dat geval is van een negatief effect op de belastingen dus geen sprake. Zo'n effect treedt wel op als het betrokken bedrijf geen of onvoldoende fiscale winst genereert. En dan het onderwerp waar ook veel belangstelling voor is, de voordelen voor de Rabobank. Ik geef de getallen afgerond. Via de technoleases met Philips en Fokker heeft de bank fiscale claims overgenomen met een nominale waarde van 1,7 miljard gulden. Dit bedrag zal over een periode van 10 jaar met de fiscus verrekend worden. Rekening houdend met de rentederving tijdens die periode is de contante waarde van de verworven rechten 1,4 miljard gulden. Daarvan is 1,1 miljard gulden direct uitgekeerd aan de betrokken bedrijven, die daarmee hun eigen middelen versterkten. Tevens investeerde de bank als onderdeel van de transactie 100 miljoen gulden in een leasemaatschappij voor Fokker. Hieruit zal duidelijk zijn dat het overgrote deel van de opbrengst van de transacties ten goede is gekomen aan de betrokken bedrijven. De verdeling berust op onderlinge overeenstemming en is, gelet op wat in de markt usance is voor dit soort transacties, niet overdreven voordelig voor de bank. Bovendien moeten uit ons deel nog aanzienlijke kosten en het risico van een tariefsverlaging gedekt worden. De definitieve balans over het voordeel van de bank zal dan ook pas echt na afloop van de tienjaarsperiode gemaakt kunnen worden. Ook na alle publicaties van de afgelopen week blijven wij van mening, dat wij zorgvuldig en verantwoord hebben gehandeld, zowel naar de betrokken bedrijven, als naar de overheid en naar de mensen, die ons hun middelen hebben toevertrouwd.

DATUM: 10 Febuari 1997
PAGINA: bin 3
KOP: Andriessen: technolease constructie was niet illegaal
AUTEUR: Door een onzer redacteuren
TEKST: DEN HAAG, 10 FEBR. Voormalig minister Andriessen (Economische Zaken) bestrijdt de opvatting van Europees Commissaris Van Miert (Mededinging) dat de fiscale steun die de Nederlandse overheid enkele jaren geleden aan Philips via de technolease-constructie heeft gegeven illegaal is. ,,Van Miert heeft niets te zeggen over de directe belastingen'', aldus Andriessen gisteren in het tv-programma Buitenhof.
In een vraaggesprek met deze krant zei de Europees Commissaris zaterdag dat een fiscale steunoperatie als technolease alleen is toegestaan op basis van toetsbare en objectieve criteria zodat de steun toegankelijk is voor alle ondernemingen. ,,Anders is het concurrentievervalsing en treden wij hard op'', aldus Van Miert. Volgens Andriessen stonden de criteria in 1993, toen de technolease-constructie werd toegepast door Philips en de Rabobank, al op papier in een zogeheten aanschrijving aan de belastinginspecteurs. Uit een vorig jaar gepubliceerd rapport van de Algemene Rekenkamer blijkt echter dat het kabinet Lubbers/Kok niet aan de door Van Miert geschetste voorwaarden heeft voldaan. Volgens de Rekenkamer waren geen objectieve criteria beschikbaar in 1993. De 'toetsbare en objectieve criteria' die Van Miert eist, zijn door het ministerie van Financiën pas in een werkgroep opgesteld nadat de Philips-deal was gesloten, aldus de Rekenkamer. Het rapport van deze werkgroep stelt in de inleiding van zijn rapport dat de staatssecretaris van Financiën ,,eind 1993'' - een half jaar na de Philips-technolease - heeft gevraagd om ,,criteria'' voor technolease-transacties. Europees Commissaris Van Miert besloot vorige week opheldering te vragen over de Philips-technolease naar aanleiding van publikaties in deze krant. Met een beroep op het niet nakomen van de meldingsplicht heeft Nederland volgens Van Miert de Brusselse regels overtreden. Volgens hem is het een ,,illegale handeling'' als een dergelijke melding uitblijft. Het kabinet Lubbers/Kok kon naar de mening van Andriessen de technolease niet weigeren. ,,Weigering had de serieuze kans gegeven dat de betrokkene dit met succes voor de rechter zou kunnen aanvechten'', schreef Andriessen zaterdag in het Financieele Dagblad. ,,Men stelle zich dat eens voor. Philips in het ongerede, hevige werkloosheid en later een verloren proces voor de staat.'' De voormalig CDA-minister zei dat hij niet weet hoeveel de fiscale regeling kost en dat hij daar destijds ook geen exact idee van had. De Tweede Kamer is volgens hem voldoende genformeerd. ,,De Kamercommissie van EZ en Financiën hebben overal bijgezeten'', aldus Andriessen. Kamerleden van de grote fracties betwijfelen dat en formuleren op dit moment vragen aan het kabinet over de informatie die destijds door het kabinet werd verstrekt. Andriessen nam afstand van de opvatting van zijn partijgenoot Van Amelsvoort (staatssecretaris van Financiën in het kabinet Lubbers/Kok) die in deze krant zei dat premier Kok, destijds minister van Financiën, zich afzijdig hield in de besluitvorming over de technolease. Van Amelsvoort: ,,Kok had geen standpunt''. Volgens Andriessen heeft Kok zich ,,op centrale momenten er zeker mee bezig gehouden, ook de heer Lubbers''.

DATUM: 08 Febuari 1997
PAGINA: eco 17,18
OPMERKINGEN: Foto: Europees Commissaris Van Miert
KOP: 'Kabinet had technolease moeten melden'; Karel van Miert: Ernstige zaak
AUTEUR: Door onze redacteuren CEES BANNING en TOM-JAN MEEUS
TEKST: BRUSSEL, 8 FEBR. Karel van Miert kan zijn irritatie al binnen de minuut nauwelijks onderdrukken. Ruim een uur eerder heeft premier Kok in Den Haag zijn licht laten schijnen over de technolease. De minister-president haalde de landsadvocaat aan, die in 1993 de Europese toets op de technolease had losgelaten en er zijn goedkeuring aan hechtte. Vandaar dat het kabinet-Lubbers/Kok naliet de voor Philips en de Rabobank getroffen regeling à 2,8 miljard gulden in Brussel te laten toetsen op concurrentievervalsing.
Van Miert, Europees commissaris belast met mededinging: ,,Ik ken het advies van die landsadvocaat niet maar deze zaak had hier moeten worden aangemeld. Als er ook maar enige twijfel kan bestaan over de vraag of het om staatssteun gaat, moet men ons verwittigen. Zo zijn de Europese spelregels en zo moeten ze worden nageleefd. Er is maar één instantie in Europa bevoegd om dit te beoodelen en dat is de Europese Commissie. De landsadvocaat is geen partij'', zegt de Belgische commissaris resoluut. Van Miert besloot deze week opheldering te vragen over de Philips-technolease. Met een beroep op het niet nakomen van de meldingsplicht heeft Nederland - in Europa één van de vurigste vechters tegen staatssteun - hoe dan ook de Brusselse regels overtreden. Van Miert maakt er geen geheim van dat dit ,,een ernstige zaak'' is. Volgens de Belgische socialist is het een ,,illegale handeling'' als een dergelijke melding uitblijft. Hij legt uit: ,,Ik heb veel respect voor Wim Kok. Hij is een van de allerbesten van Europa. Maar respect of vriendschap tellen niet in mijn afwegingen. Felipe Gonzales is al jarenlang een groot vriend, we schelen enkele dagen in leeftijd, ik trek al jaren met hem op, maar toen zijn kabinet de regels overtrad heb ik ingegrepen. Niet in orde is niet in orde.'' Wat dat inzake de Philips/Rabobank-technolease betekent, moet formeel de komende maanden blijken. De procedure ligt vast. Eerst zal er een brief van Van Miert aan het Nederlandse kabinet uitgaan waarin hij opening van zaken vraagt. Na het antwoord uit Den Haag stelt hij detailvragen, ,,dan gaan we de diepte in''. Vervolgens valt het besluit: een officieel onderzoek of niet. De Brusselse regels die Van Miert schetst, afgezet tegen de al door de Algemene Rekenkamer gerapporteerde feiten, maken evenwel helder dat het Nederlandse kabinet nauwelijks nog zal kunnen ontkomen aan een zware Brusselse sanctie. Van Miert: ,,Alle overheidssteun is verboden tenzij ze wordt toegestaan door de Europese Commissie. Iedere steunmaatregel die een lidstaat neemt moet worden genomen op basis van toetsbare en objectieve criteria. Die criteria moeten ervoor zorgen dat de overheidshulp 'algemeen geldend' is, dat wil zeggen: toegankelijk voor alle ondernemingen. Anders is het concurrentievervalsing en daar treden wij tegen op.'' Dat er bij de Philips-technolease geen sprake was van 'objectieve criteria' en een toepassing van een 'algemeen geldende regel' blijkt uit het rapport dat de Algemene Rekenkamer vorig jaar publiceerde. Het ministerie van Financiën, aldus de Rekenmkamer, stelde pas na de acceptatie van de technolease tussen Philips en de Rabobank een werkgroep in ,,die de opdracht kreeg criteria op te stellen'' voor dergelijke transacties. Uit datzelfde rapport blijkt bovendien dat van een 'algemeen geldende regel' toentertijd geen sprake was: nog voordat het kabinet de Philips-technolease toestond, werd een zelfde voorstel van Daf afgewezen, rapporteerde de Rekenkamer. Van Miert toont zich verbaasd maar wil niet op deze gegevens ingaan. Hij zegt eerst de antwoorden van het Nederlandse kabinet op zijn vragen te willen afwachten. ,,Het rapport van de Rekenkamer zullen we ook zeker bij uw regering opvragen.'' De oud-voorzitter van de Vlaamse socialisten, sinds 1989 Europees commissaris, is een van de meest ervaren Brusselse bestuurders. Hij kent de valkuilen van de Europese politiek, en al helemaal de ,,trucs die overheden hanteren om zich aan de staatssteunregels te onttrekken''. Hij kwam eerder al in aanraking met een Hollandse technolease bij het onderzoek dat hij liet verrichten naar de Nederlandse steun aan Fokker. Het dossier dat over de vliegtuigbouwer in Brussel werd aangelegd was ,,zeker ernstig'', zegt hij, maar bleef in de la liggen nadat Fokker begin 1996 failleerde. Het verbaast hem dat de Philips-technolease altijd buiten het Brusselse blikveld is gehouden. ,,Wij wisten hier in het geheel niets van'', zegt hij met fronsend. ,,Een op de tien gevallen die we onderzoeken wordt niet zelf aangemeld. Maar het komt vaker voor, zoals ook in het geval van Philips, dat een politicus zijn mond voorbij praat en de zaak in de publiciteit brengt.'' Pag.18: Pressie doet Van Miert niets Van Miert geeft een ander voorbeeld van een geval waarbij een politicus zijn mond voorbij praatte: ,,De Spaanse minister van Economische Zaken maakte een jaar geleden in de verkiezingsstrijd bekend dat hij arbeidsplaatsen in de automobielsector had gered met staatssteun. De minister had verzuimd dit aan te melden. Het heeft me maanden geduurd voordat hij het contract wilde laten zien waaruit bleek dat er sprake was van niet aangemelde steun. Hij heeft driemaal bij me gezeten: 'Mijn erewoord', zei hij. Ik zei: goed hoor, maar toon mij uw contract. Toen heb ik ingegrepen.'' In Brussel geldt 'mededinging' als een zware portefeuille. Van Miert moet kartels bestrijden, monopolisme tegengaan en illegale staatssteun aanpakken. Had zijn voorganger Brittan soms de neiging toe te geven aan politieke pressie, Van Miert treedt met een on-Belgisch calvinisme op tegen overheden die noodlijdende banken, bijna failliete staatsbedrijven en subsidieverslaafde autoproducenten ondersteunen. Van Miert: ,,Gisteravond heb ik ministers uit zes lidstaten aan de lijn. Die hebben allemaal hun zaak bepleit. Het gaat mij langs af. Als ik zwicht voor zulke pressie raak ik mijn geloofwaardigheid kwijt. Ik ben onafhankelijk, ik ervaar geen instructies van wie dan ook. U moest eens weten wat wij hier te horen hebben gekregen vanuit Duitsland toen wij recentelijk ingrepen bij Volkswagen. Tot op het hoogte politieke niveau - neenee, geen namen - ben ik benaderd. Het kan soms zeer hoog oplopen. Maar regels zijn regels en geen bedrijf of regering staat boven de wet. Ook Philips niet trouwens.'' Nochtans werd in het Nederlandse parlement de afgelopen week lankmoedig gereageerd op mogelijke Brusselse sancties. ,,Ach Brussel, dat duurt altijd zo lang'', zei het CDA-Kamerlid Mateman nadat een werkgroep uit de Tweede Kamer een reeks vragen over de fiscale constructie opstelde. Het thema 'Europese regelgeving' ontbrak er in. Van Miert: ,,Reageert men lankmoedig? Ik begrijp dat toch niet. U moet hier in België eens vragen naar mij. De Belgische regering begreep niet dat ik laatst ingreep bij een reeks exporterende bedrijven die lagere sociale premies hoefden te betalen. Dat is steun, heb ik gezegd, want niet algemeen geldend. Woest was de Belgische regering.'' De achtergrond van zijn harde optreden is simpel, zegt Van Miert. ,,Ik geloof zeer in een ordentelijke werking van de vrije markt. Dat is geen ideologie. Ik ben ervan overtuigd dat je alleen met een goed functionerende markteconomie een goed sociaal stelsel kunt creëren en betaalbaar houden.''

DATUM: 08 Febuari 1997
PAGINA: opinie 6
KOP: Technolease
AUTEUR: WIM REIJNIERSE, Rotterdam
TEKST: Complimenten voor de onthullende artikelen van Cees Banning en Tom-Jan Meeus (NRC HANDELSBLAD, 31 januari en 1 februari). Over de werkwijze van bedrijven als Philips, Rabobank en Fokker behoeven we ons geen illusies te maken.
De lobby in politiek Den Haag is hardnekkig en Machiavelliaans: het doel heiligt de middelen. Over de werkwijze van 's lands politici maak ik mij grote zorgen. De technolease-affaire is een schoolvoorbeeld van marchanderen met normen van transparante besluitvorming en politieke zuiverheid. Lubbers, de zakenman-politicus, heeft zijn spel gespeeld, terwijl zijn kabinet toekeek zonder in te grijpen. Staatssecretaris Van Amelsvoort speelt de tragische eenzame held die moest (?) buigen voor het machtswoord van zijn partijleider. Had minister Kok het echt zo druk? Een slecht alibi voor iemand die vervolgens 'teamleader' moest gaan spelen. De hele gang van zaken doet het ergste vermoeden voor de komende weken: het parlementair onderzoek, eis van Groen Links en VVD, en het Rekenkamer-onderzoek, eis van D66 en PvdA, zullen (áls ze doorgaan) geen van beide gevolgen hebben voor betrokkenen. Tot slot nog een observatie: stel je voor dat Lubbers wèl de scepter was gaan zwaaien bij de NAVO, dan zou deze technolease-affaire waarschijnlijk wèl tot grote (internationale) consternatie hebben geleid.

DATUM: 08 Febuari 1997
PAGINA: bin 3
KOP: Kok staat achter besluit technolease
AUTEUR: Door een onzer redacteuren
TEKST: DEN HAAG, 8 FEBR. Premier Kok acht zich volledig verantwoordelijk voor het besluit van het vorige kabinet om via de zogenoemde technolease-constructie steun te verlenen aan Philips en Fokker. Kok was in dat CDA/PvdA-kabinet minister van Financiën.
,,Het is ondenkbaar dat ik geen verantwoordelijkheid zou dragen voor kabinetsbesluiten'', aldus de premier gisteren na afloop van de ministerraad. CDA'er Van Amelsfoort, zijn toenmalige staatssecretaris, meent dat PvdA-leider Kok zich afzijdig hield toen werd besloten tot de fiscale constructie ter ondersteuning van Philips en Fokker. Dit zou onder meer zijn gebeurd doordat Kok in beslag werd genomen door de Tweede-Kamerverkiezingen van 1994. ,,Natuurlijk had ik genoeg tijd om te kijken naar de technolease-besluiten'', zei Kok gisteren. ,,Ik heb er op verschillende momenten naar gekeken.'' De premier zei verder dat ,,bij de Tweede Kamer al veel bekend is'', maar dat desondanks het kabinet zijn best zal doen de vragen die een speciale parlementaire technolease-werkgroep de komende dagen zal formuleren naar aanleiding van een reconstructie in deze krant ,,uitgebreid en zorgvuldig'' te beantwoorden. ,,Ik kan me wel iets voorstellen bij d meent dat het bij een technolease-constructie niet mogelijk is te zeggen wat dit aan gederfde belastinginkomsten zal kosten, omdat het bedrijf dat de steun ontvangt weer winstgevend kan worden. Kok zei gisteren dat het ,,een onjuiste voorstelling van zaken is'' als wordt gesteld dat het toenmalige kabinet negatieve ambtelijke adviezen inzake de technolease terzijde heeft geschoven. De premier bleek de mening toegedaan dat destijds terecht geen melding van de technolease-constructie is gemaakt aan de EU-commissaris voor mededinging, de Belg Van Miert. De EU-commissaris gaat de Nederlandse regering om opheldering vragen over de kwestie. ,,Wij pasten de wet toe'', aldus Kok, die verder refereerde aan een volgens hem positief advies in dezen van de landsadvocaat. Ook de EU-vragen zou het kabinet ,,rustig bekijken''. Over de vraag of er mogelijk een parlementair onderzoek komt wilde Kok zich niet uitlaten: ,,Dat is de verantwoordelijkheid van het parlement.'' Dat geldt volgens hem ook voor de eerst aan de Algemene Rekenkamer geweigerde en vervolgens gewiste geluidsbanden van een vertrouwelijk overleg tussen kabinet en Kamer over de technolease-constructie voor Fokker.

DATUM: 08 Febuari 1997
PAGINA: vp 1
OPMERKINGEN: Pagina 17 INTERVIEW; Pagina 3: PREMIER KOK
KOP: Technolease illegaal volgens Europese regels
AUTEUR: Door onze redacteuren CEES BANNING en TOM-JAN MEEUS
TEKST: BRUSSEL, 8 FEBR. De fiscale steun die de Nederlandse overheid enkele jaren geleden aan Philips heeft gegeven via de technolease-constructie is volgens het verdrag van de Europese Unie illegaal.
Dit blijkt uit een vraaggesprek met Europees commissaris K. van Miert (mededinging) vandaag in deze krant. Een steunoperatie als de technolease is volgens Van Miert alleen toegestaan ,,op basis van toetsbare en objectieve criteria'' zodat de steun ,,toegankelijk is voor alle ondernemingen''. ,,Anders is het concurrentievervalsing en daar treden wij tegen op'', aldus Van Miert. Uit een eind vorig jaar door de Algemene Rekenkamer gepubliceerd rapport blijkt dat het kabinet-Lubbers/Kok niet aan de door Van Miert geschetste voorwaarden heeft voldaan. Er waren geen objectieve criteria beschikbaar toen in 1993 Philips en de Rabobank toepassing van technolease werd gegund. Ook werd een technolease voor twee andere ondernemingen, Daf en Nedlloyd, afgewezen in dezelfde periode dat Philips en de Rabobank de fiscale constructie bij de overheid afdwongen. ,,Regels zijn regels en geen bedrijf of regering staat boven de wet. Ook Philips niet'', aldus Van Miert. De 'toetsbare en objectieve criteria' die Van Miert eist zijn door het ministerie van Financiën pas opgesteld nadat de Philips-deal was gesloten. Die criteria, een jaar later ingevoerd, waren echter zo scherp dat technolease sindsdien niet meer is toegepast, aldus het Rekenkamerrapport. Van Miert gaat de bevindingen van de Rekenkamer bij zijn onderzoek naar Philips betrekken. De Europees commissaris toont zich ontstemd over uitlatingen van premier Kok, die gisteren na afloop van de ministerraad het oordeel van de landsadvocaat in 1993 aanhaalde om te onderstrepen dat de Europese regels zouden zijn nageleefd. Van Miert wijst erop dat Nederland door de Philips-deal niet aan te melden in Brussel een ,,illegale handeling'' heeft verricht. Hij zegt dat Kok zich niet kan beroepen op de landsadvocaat. ,,Als er ook maar enige twijfel kan bestaan over de vraag of het om staatssteun gaat, moet men ons verwittigen. (-) Er is maar één instantie in Europa bevoegd om dit te beoordelen en dat is de Europese Commissie. De landsadvocaat is geen partij'', aldus Van Miert. Onze Haagse redactie voegt hieraan toe: Premier Kok acht zich verantwoordelijk voor het besluit van het vorige kabinet via de technolease-constructie steun te verlenen aan Philips en Fokker. Kok was toen minister van Financiën.

DATUM: 07 Febuari 1997
PAGINA: bin 2
KOP: Tweede Kamer 'voorzichtig' met technolease
AUTEUR: Door een onzer redacteuren
TEKST: DEN HAAG, 7 FEBR. Het Tweede-Kamerlid M.Rabbae (GroenLinks) heeft zich teruggetrokken uit de werkgroep die de vragen van het parlement inventariseert over de technolease van Philips en Fokker in 1993 en 1994. GroenLinks drong eerder samen met CDA en VVD aan op een parlementair onderzoek.
,,De werkgroep is onder curatele gesteld door met name PvdA en D66 die absoluut geen parlementair onderzoek willen'', meent Rabbae. De opstelling van CDA en VVD noemt hij ,,teleurstellend''. ,,Mijn collega's Van Rey (VVD) en Mateman (CDA) laten zich met een kluitje in het riet sturen.'' Rabbae kan zich niet vinden in taakomschrijving en procedure die de werkgroep onder voorzitterschap van het Kamerlid Van Rey voorstaat. ,,Nu is de werkgroep niet meer dan een schrijfgroep die zich buigt over de formulering van vragen en technische adviezen'', aldus de GroenLinks-afgevaardigde. Op een persconferentie gisteren bleek dat Kamer kiest voor een ,,voorzichtig onderzoek'' naar de technoleaseconstructie zoals die vorige week in in deze krant wrd beschreven. ,,Het proces kan een eigen dynamiek krijgen'', zei de voorzitter van de Kamercommissie voor Financiën, Ybema (D66), ,,en dat moeten we voorkomen''. Hij sprak van een ,,een stap-voor-stap-procedure om het proces beheersbaar te houden''. Rabbae: ,,Ybema stelt zich op als een crisis-manager in plaats van een kritisch Kamerlid die de regering controleert. Het doel is duidelijk: het voorkomen van een parlementair onderzoek.'' De eerder deze week ingestelde werkgroep zal in eerste instantie opheldering vragen bij het kabinet-Kok. Een parlementair onderzoek is nog niet aan de orde. Een aanvullend onderzoek door de Algemene Rekenkamer - die vorig jaar rapporteerde over de technolelease-transactie tussen de Rabo en Fokker - wordt niet ,,opportuun'' geacht omdat de Rekenkamer geen beschikking kan krijgen over vertrouwelijke fiscale gegevens van Philips. Ybema toonde zich in eerste instantie een voorstander van een aanvullend onderzoek door de Rekenkamer. Het besluit om Philips een technolease-constructie te gunnen werd in de zomer van 1993 in het diepste geheim genomen. Enkele maanden later lekten enkele globale gegevens uit over de constructie. Vorige week werd duidelijk dat met de technolease 2,8 miljard gulden aan technologische kennis was gemoeid, waarvoor Philips in het eerste jaar van het voor tien jaar gesloten contract 680 miljoen gulden van de Rabobank ontving. De Rabobank had als voordeel van de transactie dat ze 2,8 miljard gulden over tien jaar van de winstbelasting kan aftrekken. Volgens ambtelijke prognoses verwierf de Rabobank daarmee een fiscaal voordeel van 1,1 miljard. Bij de Fokker-constructie van 1994 ontving de noodlijdende vliegtuigbouwer 411 miljoen gulden van de Rabobank en liep de schatkist 770 miljoen gulden aan belastinginkomsten mis. VVD-minister Zalm (Financiën) heeft de ambtelijke prognoses gisteren gerelativeerd. Volgens hem was het ,,onmogelijk tevoren een bedrag te noemen. Je weet nooit hoeveel het de schatkist gaat kosten. Daarvoor zijn teveel onzekere factoren''. De minister zei nog geen actuele berekeningen te hebben. ,,En als we het wel weten, wordt het niet openbaar want het gaat om vertrouwelijk belastinggegevens van individuele bedrijven.'' Het is de bedoeling dat de eerder deze week werkgroep-Van Rey binnen een week een vragenlijst aan het kabinet stuurt.

DATUM: 06 Febuari 1997
PAGINA: bin 2
KOP: Tegenstrijdige verklaringen over bandopnamen technolease; Historie tl-tapes is 'whodunnit'
AUTEUR: Door onze redacteuren CEES BANNING en TOM-JAN MEEUS
TEKST: DEN HAAG, 6 FEBR. Sinds deze krant afgelopen dinsdag publiceerde over de vernietiging van de tl(technolease)-tapes is er een stortvloed van verklaringen afgelegd over procedures, werkwijzen en particulier gedrag bij het gebruikmaken en wissen van geluidsbanden in de Tweede Kamer. De verklaringen hebben één ding gemeen: ze stroken niet met elkaar.
De tl-tapes zijn bandopnamen die werden gemaakt van een gecombineerde vergadering van de Vaste Kamercommissies van Financiën en Economische Zaken op 23 juni 1994. De Kamer sprak zich toen achter gesloten deuren nagenoeg unaniem uit vòòr de toepassing van de technolease bij Fokker, de fiscale constructie waar inmiddels zoveel aarzeling over bestaat. De Algemene Rekenkamer oordeelde vorig jaar dat de constructie onverantwoord duur is. Tegen een eenmalige overdracht aan Fokker van 411 miljoen gulden stond een geprognostiseerd fiscaal voordeel voor de Rabobank van 770 miljoen gulden over tien jaar. Ambtelijke berekeningen waarin dat laatste cijfer werd genoemd waren volgens ,,de overtuiging'' van de Rekenkamer niet aan het parlement voorgelegd. Hard kon de Rekenkamer dat niet maken: de bandopnamen van de betreffende vergadering bleken gewist. De rest van de geschiedenis is een whodunnit. NRC Handelsblad legde zondagavond de vraag naar het wissen van de bandopnamen van 23 juni 1994 voor aan het Tweede-Kamerlid Henk Vos (PvdA), voorzitter van de Kamercommissie Economische Zaken. ,,De griffier van de commissie heeft de banden gewist en die handelde in mijn opdracht'', meldde Vos zonder enige aarzeling door de telefoon. Hij had namelijk niet op eigen houtje gehandeld, voegde hij eraan toe. Alle banden ouder dan twee jaar werden automatisch gewist, legde hij uit. Bovendien had hij de zaak voorgelegd aan Kamervoorzitter Deetman en was ook de Kamercommissie EZ februari vorig jaar met de vernietiging akkoord gegaan. Enige verificaties leverden een genuanceerder beeld op. Kamervoorzitter Deetman was er volledig mee akkoord gegaan dat de banden niet werden overgedragen aan de Rekenkamer, maar niet met de vernietiging ervan: ,,Daarvoor is de commissie EZ verantwoordelijk.'' Op het moment van wissen lag er een verzoek van de commissie Rijksuitgaven aan het presidium waarin werd gevraagd de Rekenkamer de banden alsnog te verstrekken. Leden van de commissie EZ, zoals De Jong (CDA) en Van Dijke (RPF) wisten zich niets van het besluit tot vernietiging van de banden te herinneren. Voûte-Droste (VVD) weer wèl, meldde deze krant dinsdag. En dan waren er de procedures. Als banden na twee jaar automatisch worden gewist, moest ze er nog zijn: nu de betreffende vergadering op 23 juni 1994 plaatsvond en de vernietiging van de tl-tapes begin februari 1996, was de procedurele termijn nog niet verstreken. Het zat echter anders, zei woordvoerder Henk Mulders van de Tweede Kamer met kordate stem dinsdagavond in Den Haag Vandaag. Als van een vergadering geen verslag wordt gemaakt - zoals van de gewraakte vergadering - ,,worden ze (de banden, red.) gelijk na afloop van de vergadering vernietigd'', zei Mulders. Zijn uitspraken bleken niet te kloppen, moest Mulders laat op de avond beamen. De ,,betrokken banden zijn wel degelijk twee jaar bewaard'', aldus Mulders, nog altijd dinsdagavond. In diezelfde uitzending kreeg Vos de vraag voorgelegd of hij ,,persoonlijk opdracht'' had gegeven de banden te wissen. ,,Ik niet'', was het antwoord. Vanochtend bracht enig archiefonderzoek nadere feiten aan het licht. Het Financieel-Economisch Magazine (FEM) bleek Vos dezelfde vraag al te hebben voorgelegd voor zijn editie van 18 januari. Ook een verslaggever van dat periodiek had te horen gekregen dat de banden ,,routineus'' waren gewist maar kreeg desgevraagd van Vos een ander antwoord: ,,Ik heb die geluidsbanden laten wissen. De Rekenkamer had helemaal geen recht op die banden.'' En de Haagsche Courant bleek in zijn editie van afgelopen maandag een zelfde bevestiging van Vos te hebben gekregen, met nu weer de toevoeging dat het om een normale procedurele daad ging. Inmiddels zat het presidium van de Tweede Kamer ook niet stil. Over de fax vanochtend kwam het persbericht dat het bij de februari vorig jaar gewiste banden in het geheel niet om de tl-tapes is gegaan. ,,Het betreft gesprekken uit de periode 1987-1992'' van de Kamercommissie EZ met betrokkenen uit het Fokker-dossier, aldus het bericht. Die kennis ontleent het presidium aan de toenmalig griffier van de EZ, J. de Vries. Ter toelichting meldt de Kamer dat de vergadering van 23 juni 1994 formeel van de Kamercommissie Financiën was. Dat levert volgens woordoerder Mulders de garantie op dat Vos de banden niet gewist kàn hebben: hij was geen voorzitter van die commissie, hoewel de griffier van de commissie EZ aanzat bij de vergadering. Of hij een band liet meelopen is onduidelijk. Vos, zondag: ,,Hoe kan de Rekenkamer nou weten wat er die banden stond? Ze waren toch geheim?''

>> Lees verder

NRC Webpagina's
februari 1997

    Bovenkant pagina

NRC Webpagina's © NRC Handelsblad