Overzicht eerdere afleveringen
SCHOOLKEUZE
WELKE SCHOOL?
TOETSEN
TIPS
GRAFIEKEN
LINKS
|
"Ons pap wil geen softe school"
Door WUBBY LUYENDIJK
Het kiezen van een school voor voortgezet onderwijs is
vooral een kwestie van intuïtie. Op stap met ouders en
kinderen.
"WELKOM.'Een
uitgestoken hand schiet achter de schooldeur vandaan. Bevreemd deinst
Kim Deferm (12) opzij. Wie is die deftige grijze meneer? En waarom die
hand, ze is toch niet de president van Amerika?
,,Wat heb ik je nou gezegd?'' Moeder Deferm duwt haar dochter de drempel
over. De grijze meneer buigt zich voor over. ,,Ik ben de rector. Wie ben
jij?'' ,,Kim'', klinkt het resoluut. Dan, opgetogen: ,,En ik hoop dat
hier het echte leven begint.''
Open dag op het Sint-Joriscollege in Eindhoven, met Mavo, Havo en
VWO. Pal men en parasolletjes hebben het gebouw omgetoverd tot een
subtropische zoete inval. Ouders en kinderen, soms complete gezinnen,
spelen spoorzoekertje door de school. Ze volgen rode bordjes naar
proefleslokalen, blauwe bordjes naar de pas opgetrokken "studienissen'
("Eigentijds studiehuis', belooft de folder) of leveren zich over aan
gidsende leerlingen in wervende T-shirts. Met in het achterhoofd
allemaal die ene, identieke vraag: Wordt dit onze middelbare
school?
Kim heeft lichtjes in haar ogen. ,,Kijk, hier krijg je zelfstrikkende
veters cadeau.''
Bianca Schutjes (11) aarzelt. Zìj wil wel naar deze school, maar
,,ons pap'' is tegen. Hij miste een openingspraatje van de rector (,,dat
zegt meer dan handen schudden''), bovendien ogen de leraren "wat soft'.
,,Ik wil een school waar kinderen veel mogen maar nog meer moeten.'' Die
"gematigde prestatiecultuur" spreekt de moeder van Dorus Houtsma (11)
juist aan: ,,Dorus lijdt aan lateralisatie, zijn
hersenhelften communiceren moeilijk met elkaar. Door zijn
concentratieproblemen kan hij niet hoger dan Mavo. En dan wil ik niet
dat leraren op hem neerkijken.'' Een middelbare school kies je vooral
op intuïtie. De keuze is niet te herleiden tot zelfstrikkende
schoenveters, extra mentor-uren, of wel of geen verkeersles na
schooltijd. De school moet voelen als een warme jas, als een tweede
huid, een plek waar een kind zich thuisvoelt als hij straks een halve
meter langer is, puistjes heeft en ruzie maakt met zijn ouders. En net
als bij verliefdheid komen de verklaringen achteraf. ,,Een middelbare
school kiezen is als een auto kopen'', schetst onderwijsonderzoeker E.
de Kat het schoolkeuzeproces dat hij heeft ontleed in opdracht
van de Universiteit van Amsterdam. ,,Nadat je de auto hebt gekocht, is-ie
nog mooier dan in de folder."
De keuze voor een middelbare school is een moeilijk te ontwarren proces,
zo signaleren onderzoekers. Het keuzegedrag wordt enerzijds individueler
en diffuser, constateren ze, en gebeurt anderzijds bewuster. Anders dan
dertig jaar geleden speelt de levensbeschouwelijke richting van een
school nog maar nauwelijks een rol _ alleen een groep ouders van refor
matorischen en gereformeerd-vrijgemaakten is honkvast. Ook gaan ouders en
kinderen er vaker zelf op uit dan dat ze zich verlaten op buren en
kennissen. Want in een diploma-maatschappij, zo menen zij, is
schoolkeuze geen vrijblijvende zaak meer.
Daar komt bij dat de keuze voor een middelbare school ingewikkelder is
dan voor een basisschool. Ouders kiezen niet meer alleen, maar
sàmen met hun kind. Twee van de tien kinderen zeggen zelfs dat
hun voorkeur doorslaggevend is. Aan de keuze voor een specifieke school
gaat de voorkeur voor een schooltype vooraf, dat acht van de tien keer
overeenkomt met het advies van de leerkracht op de basisschool. En
anders dan bij de basisschool geeft niet zozeer de afstand tot de school
de doorslag, alswel even brede als subjectieve begrip
kwaliteit.
De meeste brugklassers in spe oriënteren zich samen met hun ouders
op de scholenmarkt zodra ze in groep zeven van de basisschool zitten. Na
een informatie-avond op de basisschool selecteren ze gemiddeld zo'n twee
tot drie scholen, op het platteland soms één omdat de rest
te ver weg ligt. Anderhalf jaar later is in driekwart van de gevallen de
keuze bepaald, vooral op basis van de open dag en het informatieboekje.
Opvallend is dat ouders en kinderen de meerwaarde van een school allen
bepalen op grond van de onderwijsaanpak. Ze vinden extra begeleiding van
zwakke leerlingen en bijzondere aandacht voor brug klassers zeer
belangrijk. Maar waar kinderen hechten aan stimulerende leraren en
gezelligheid, letten ouders daarnaast ook nog op het uiterlijk van de
medescholieren en het schoolregime. Past mijn dochter bij de kinderen
op deze school? Hoe bestrijdt de school lesuitval? Worden spijbelaars
aangepakt? Wordt het huiswerk gecontroleerd? Onderzoeker De Kat: ,,Het
zijn stuk voor stuk zeer basale vragen die zo[-] wel ouders als kinderen
stellen. Maar uiteindelijk valt het kwartje vaak pas na een ontmoeting
met die ene prettige leraar op de open dag.''
Proefles Engels op het Joriscollege. ,,Studiehuis-vleugel al gezien?
Kostte een half miljoen. Zijn we bijna aan failliet gegaan. Haha.'' In
het leslokaal valt een ijzige stilte. De ironie van leraar B.D. van de
Kraats ontgaat de klas met aankomende brugklassers en hun ouders. ,,Nou
ja, dan begin ik maar.'' De docent verhaalt over mentor-uren, en
"kinderen die een tandje te hoog willen'. ,,Is je score lager dan 530,
dan kom je hier niet binnen'', dreigt hij. ,,Want dan bak je er op de
Mavo nog niks van. Maar na het voorbereidend beroepsonderwijs kun je
hier wel terugkomen voor de Mavo.''
Een vraag uit de klas. Drugs. ,,Ik hoorde van ouders dat hier soms
dealers aan de schoolpoort staan. Wat doen jullie daartegen?''
Van de Kraats, beslist: ,,Daar hebben meer scholen last van. We verzoeken
de heren zich onmiddellijk uit de voeten te maken. En als dat niet
helpt, leggen we een lijntje met de wijkagent.''
Een ouder wil weten hoe het met de examenresultaten zit. ,,Die liggen op
het landelijk gemiddelde.'' Een andere vraag. ,,Extraatjes, hebben jullie
die?'' Van de Kraats schakelt over op de automatische piloot. Een
speciaal programma voor topsporters en aankomende musici. Een ,,gala-bal
voor eindexamenklassen met echt waar Rolls Royces''. Een nieuwe
balletzaal. Een zwembad. En warempel, daar is het studiehuis weer. Een
ouder trekt zijn wenkbrauwen op. ,,Zouden ze daarmee soms extra
kinderen willen lokken?''
Feit is dat middelbare scholen zich steeds nadrukkelijker voorstaan op
hun onderlinge verschillen. Met professionele reclamecampagnes en
allerhande bijzaken in en na schooltijd steken ze elkaar de loef af.
Want in een tijd van eigen financië le verantwoordelijkheid levert
iedere extra leerling het zittende docentenkorps meer zekerheid op.
Gecombineerd met een steeds individuelere "kwaliteitswens" van ouders
en leerlingen verscherpt dat de concurrentie, die soms doet denken aan
de slag onder supermarkten. "Let op, elk jaar hebben wij een
wachtlijst', schreeuwt de full colour folder van de katholieke
school Watergraafsmeer in Amsterdam: "Attentie: VOL=VOL."
D66 is bezorgd over ,,de wervingswedloop die zich tussen middelbare
scholen aftekent'', zegt het Tweede-Kamerlid U. Lambrechts. Temeer daar
de slogans, informatie en voorlichtingsdagen vaak voorbijgaan aan de
core-business van elke school: de inhoud van het onderwijs.
Klopt, beaamt schoolleider J. van Pelt van het Pentacollege in
Spijkenisse die zelf verwacht met een nieuwe schoolkantine meer
leerlingen te trekken. ,,Maar wat moet je? Ouders en leerlingen kijken
naar de extra's van een school. Het onderwijs zelf vertrouwen ze wel. En
op de keper beschouwd is dat zo gek nog niet. Immers, garandeert de
Onderwijsinspectie de kwaliteit van het onderwijs niet?''
Niettemin heeft staatssecretaris Netelenbos van Onderwijs ouders die voor
de schoolkeuze staan meer facts & figures beloofd over het
onderwijs zelf. Elke school is vanaf augustus verplicht in een eigen
schoolgids verantwoording af te leggen over haar "kwaliteitsbeleid". In
het werkje moet onder meer vermeld staan wat de doelen van de school
zijn en welke resultaten de school boekt. Dat laatste punt zullen scholen
niet zelden aangrijpen om hun percentages geslaagden af te zetten tegen
het landelijk gemiddelde.
Maar de waarde van zulke informatie wordt al ontkracht voordat de wet
goed en wel van kracht is. Deze cijfers zeggen helemaal niets over de
toegevoegde waarde van een school, waarschuwen onderwijskundigen. Het
aantal zittenblijvers, "af- en uitstromers" in de voorexamenklas is van
groter belang. Bovendien: hoe haal je uit zulke getallen de inspanningen
van een school? Het vergt meer moeite een arbeiderskind uit Marokko aan
een gymnasiumdiploma te helpen dan een pientere knaap uit een
notarisgeslacht. Om nog maar te zwijgen van scholen die onder het
landelijk gemiddelde "presteren". Zo'n school kijkt er wel voor uit zijn
cijfers af te drukken. De praktijk in Groot-Brittannië wijst uit
dat ouders deze "slechte" scholen alleen maar meer mijden. De verklaring
van de school dat de lage score wordt veroorzaakt door het hoge aandeel
allochtone leerlingen met taalproblemen zal die leegloop alleen maar
versterken, zo is de vrees. De meeste ouders, wit en zwart, sturen hun
kinderen nu eenmaal het liefst naar een "witte' school.
Op het Sint-Joriscollege in Eindhoven is de rust weergekeerd. De
conciërge heeft zo'n 1.250 bezoekers geteld. De rec[-] tor knikt
voldaan, hij heeft er een lamme hand van gekregen. Een dag eerder werd
hij nog door stress bevangen. Hij had nog maar een advertentie gezet in
het Eindhovens dagblad. Kosten: zeshonderd gulden. ,,Pfff.'' En of het
geholpen heeft? ,,Geen idee. Maar ik weet wel dat de kinderen die mij de
hand hebben geschud hun eerste zege hebben behaald. Hun middelbare
schooltijd kan beginnen.''
Bronnen: Schoolkeuzemotieven van kinderen bij de overgang
van basisonderwijs naar voortgezet onderwijs, M. Derriks, E. de Kate
en P. Deckers. SCO-rapport 417, verkrijgbaar bij het SCO-Kohnstamm
Instituut
Schoolkeuze na de basisschool: een marktonderzoek, A.C. Heijkoop,
1996. Doctoraalscriptie, Open Universiteit.
|
NRC Webpagina's
20 FEBRUARI 1997
|