U kijkt naar de website van NRC Handelsblad gedurende de periode 1995-2001. Bezoek ook de de huidige site.

NIEUWS  TEGENSPRAAK  SUPPLEMENT  DOSSIERS  ARCHIEF  ADVERTENTIES   SERVICE


Dossier Oostenrijk

Nieuws

Regeringsformatie

Buitenlandse reacties

Documenten

Links

Discussie

Haider verscherpt het politieke bewustzijn in Oostenrijk

Een nuttige idioot


Democraten binnen en buiten Oostenrijk maken zich grote zorgen over de nieuwe regering met de extreem-rechtse FPÖ, die het land sinds gisteren heeft. De Oostenrijkse schrijver Robert Menasse verafschuwt Haider, maar vindt hem goed voor de democratie.

Robert Menasse

Het huidige beeld van Oostenrijk ziet er als volgt uit. Het is een land vol nazi's en moordenaars wier leider de neonazi Jörg Haider is. En omdat nu eenmaal alle Oostenrijkers nazi zijn, zullen ze Haider tot Oosten-rijks kanselier maken, waarna hij korte metten maakt met de democratie. Oostenrijk dreigt dan opnieuw weg te zinken in het fascisme. De weinigen die zich daar moedig en consequent tegen verzetten, een handvol Oostenrijkse kunstenaars en intellectuelen, zullen dan in ballingschap moeten gaan. Wegens hun onbuigzame antifascisme worden deze kunstenaars, die het laatste bastion van verzet vormen, nu al door Haider onbarmhartig vervolgd. Bij iedere aantijging krijgen zij een smaadproces aan hun broek. Mede hierdoor staat Oostenrijk aan de rand van de afgrond.

Dit beeld is natuurlijk absurd, een product van hysterie. Ten eerste zijn niet alleen een handvol Oostenrijkse kunstenaars politieke tegenstanders van Haider, maar ook de sociaal-democraten (SPÖ), de Groenen, en grote delen van de conservatieve Volkspartij (ÖVP). Ten tweede zou men, naar mijn mening, voorzichtiger met het begrip 'nazi' moeten omgaan. Haider een nazi noemen leidt niet alleen tot demonisering van zijn persoon en tot een hysterische kijk op het binnenlandse politiek klimaat, wat de discussie met Haider zinloos bemoeilijkt, maar ook wordt het werkelijke nationaal-socialisme erdoor gebagatelliseerd - iets wat men Haider toeschrijft.

Ongetwijfeld zwaait de politieke slinger in Oostenrijk momenteel naar rechts. Maar dat is nog lang geen terugval in het nationaal-socialisme. Door nu overal nazi's te bespeuren, bevordert men geen politiek bewustzijn, maar vernietigt men het juist. Er bestaan, zoals bekend, verschillende theorieën over het fascisme in het algemeen, maar alle schrijven het nationaal-socialisme een reeks bijzondere trekken toe die het van andere vormen van fascisme onderscheiden. Die zijn allemaal niet van toepassing op Haider. Geplande genocide, geplande veroveringsoorlog enzovoort. Gelooft iemand in ernst dat Haider, mocht hij ooit kanselier worden, opnieuw vernietigingskampen opricht? Of met het Oostenrijke leger veroveringsoorlogen begint? Wat moet hij veroveren? Zuid-Tirol misschien? Dat is toch allemaal grotesk.

Waarvoor staat Haider werkelijk? Men zegt dat hij zo moeilijk te 'vatten' is, omdat zijn uitspraken zo tegenstrijdig zijn en hij zich wendt of keert al naar het hem uitkomt. Ook dat klopt niet. Haider lijkt mij heel consequent, hij probeert systematisch alle taboes en legenden die bepalend zijn voor de naoorlogse Tweede Republiek op te ruimen. Die tegenstrijdige indruk ontstaat omdat deze taboes en legenden zelf zo tegenstrijdig zijn.

De kritische intelligentsia van het land heeft een probleem met Haider omdat hij exact alles frontaal aanvalt wat de intelligentsia ook altijd al heeft bekritiseerd, bijvoorbeeld de vriendjespolitiek van de regerende partijen. Alleen: hij heeft succes, de Oostenrijkse intellectuelen niet. En: hij doet het natuurlijk met heel andere politieke oogmerken. Het probleem is nu: de intellectueel die, om Haider te hinderen, plotseling verdedigt wat Haider aanvalt, is ongeloofwaardig, híj is degene die zich wendt of keert. Bovendien zal deze verdediging nog minder succesvol zijn dan de kritiek daarvóór, omdat de stemmen voor Haider laten zien dat er op dit moment in Oostenrijk een grote maatschappelijke behoefte bestaat om afscheid nemen van zaken die nooit tot de aantrekkelijkste kanten van de Tweede Republiek konden worden gerekend.

Wat we dus zien is een maatschappelijk transformatieproces. Waarheen dat zal voeren is nog geheel open. In de jaren vijftig, zestig, zeventig, tachtig - in elk decennium is een generatie kunstenaars opgestaan die aanzien kreeg en zei dat alles in Oostenrijk eigenlijk zo bekrompen en belabberd is - en nu opeens willen of moeten ze één front vormen en ontsteld waarschuwen dat de nazi Haider onze mooie republiek kapotmaakt. Ik begrijp niet waarom niemand de huidige situatie als een uitdaging ziet. Als alles in beweging komt, zou men toch hier gebruik van kunnen maken. En inzicht in Haider zou inzicht betekenen in datgene waar deze man programmatisch werkelijk voor staat.

Als men goed kijkt, dan ziet men dat Haider het meeste succes heeft met austrofascistische signalen en niet met nazi-leuzen. Dat is het politieke standpunt dat hij steeds duidelijker is gaan innemen. Reden ook waarom hij het gedweep met alles wat Duits is in zijn beweging heeft afgeschaft. Hij kan, als we hem onder één noemer brengen, het best worden beschouwd als een austrofascist-nieuwe-stijl. En daarmee belanden we bij de kern van de zaak betreffende dit land. Er bestaat één werkelijk ongebroken fascistische traditie in Oostenrijk, en die loopt van het vooroorlogse austrofascisme naar de naoorlogse Tweede Republiek. Waarom? Omdat Hitler, toen hij in 1938 Oostenrijk had ingelijfd, niet alleen joden, zigeuners en antifascisten heeft vervolgd, maar ook zijn concurrenten. En het austrofascisme was een concurrerend fascisme. Dat leidde er in 1945, na de bevrijding, toe dat de austrofascisten meteen vrijuitgingen, omdat hun anti-Hitlerisme eenvoudig als antifascisme werd beschouwd. Er werd gedenazificeerd en - daargelaten hoe inconsequent en halfhartig men deze denazificatie nu kan noemen - er ontstond toen in elk geval een breuk: in de publieke opinie, in de algemene beoordeling van het nationaal-socialisme. Er ontstonden persoonlijke drama's, eenvoudig omdat nazi's zich na 1945 de vraag moesten laten welgevallen of ze wel of niet misdadigers waren.

Ten opzichte van het austrofascisme heeft zo'n breuk nooit bestaan. Zij die met austrofascistische standpunten gesympathiseerd hadden, konden doen of er niets gebeurd was. Het was als het ware het onverdachte, het fatsoenlijke, het goed-patriottische fascisme. Geen austrofascist is ooit met de vraag geconfronteerd of hij een misdadiger was, of hij iets verkeerd had gedaan, of hij ten prooi was gevallen aan een dwaling. Geen van hen heeft ooit de aanvechting gehad zich dat zelfs maar in het geheim af te vragen. De austrofascistische geesteshouding kon in Oostenrijk zonder enige onderbreking blijven bestaan en worden doorgegeven. Precies deze geesteshouding wordt nu door Haider geactiveerd en gemobiliseerd. En wel in een moderne vorm, zonder exact op het concrete politieke programma van het austrofascisme noch op de bijbehorende vormen en symbolen terug te grijpen - anders dus dan neonazi's met het hakenkruis doen.

Zeker bestaan er in Oostenrijk ook nog een aantal onverbeterlijke nazi's, maar die zijn er niet zoveel dat ze Haiders electorale succes kunnen verklaren. Haider neemt hen op de koop toe, door ze nu en dan naar de mond te praten. Hij is dus zo handig de twee concurrerende vormen van fascisme te verzoenen. Dat verklaart zijn soms scandaleuze uitspraken, waarin woordkeus of geest duidelijk nazistische sporen heeft. Maar programma en steun bij de massa zijn wezenlijk austrofascistisch van aard en niet nationaal-socialistisch: anti- stedelijk, operetteachtig patriottisch en niet uit op wereldheerschappij; vol ressentiment, en niet ijskoud technocratisch; begerig naar autoriteit, maar niet stram in het gelid; eenkennig, maar niet vernietigend.

Bepaalde elementen van alledaags rascisme, min of meer fascistoïde tendensen of reacties op bepaalde maatschappelijke problemen komen steeds weer in alle landen voor, ook in landen die zeer beschaafde, gevestigde democratieën zijn. Het probleem in Oostenrijk is dat we hier met het austrofascisme een variant van het fascisme hebben die nooit gedesavoueerd werd, die onverdacht en fatsoenlijk overkomt. En als die zich nu weer als politieke kracht aanbiedt, dan kunnen velen aan hun fascistoïde reflexen toegeven - ook de arbeiders met hun angsten en ressentimenten jegens buitenlanders bijvoorbeeld - zonder het gevoel te hebben dat ze politieke criminelen zijn. Ze geloven dat ze patriotten zijn, en worden natuurlijk steeds agressiever als men ze onophoudelijk nazi's noemt. Dat 'nazi! nazi!'-geblaat draagt nul komma nul bij aan een redelijke politieke discussie in Oostenrijk.

Ik zie de huidige situatie in Oostenrijk als een noodzakelijk transformatieproces, en daarin heeft Haider een tamelijk logische functie. Het was de hoogste tijd dat er in Oostenrijk een sterke politieke oppositie ontstond. Dat is voor de Oostenrijkse democratie een fundamentele vooruitgang. Dat die sterke oppositie van rechts komt, is na een kwart eeuw sociaal-democratische (SPÖ) regering logisch. Dat zij niet gematigd rechts is, is ook logisch, want de gematigde rechtse burgerlijke partij (ÖVP) maakte immers als kleinere coalitiepartner deel uit van de regering, en daarvoor was ze in het sociaal-politieke harmoniemodel voor alle zaken medeverantwoordelijk. Dat heeft nu juist die versteende verhoudingen bewerkstelligd die ten slotte bij velen - niet te vergeten: ook en vooral bij links! - een behoefte aan oppositie, verandering, regeringswisseling hebben veroorzaakt. Door toedoen van Haider zijn deze versteende verhoudingen voorgoed aan het wankelen gebracht. En dat heeft ook een paar positieve effecten: het parlementarisme is sterker geworden; er zijn voor de eeuwisseling met de Groenen en de 'Liberalen' (= FPÖ) twee oppositiepartijen ontstaan die, als ze sterker worden, nieuwe regeringscoalities mogelijk maken; alle partijprogramma's krijgen scherpere contouren. Kortom: mij lijkt Oostenrijk nu veel levendiger, democratischer te zijn dan tien jaar geleden.

Natuurlijk is datgene waar Haider voor staat absoluut niet aangenaam en al helemaal niet het grote aantal stemmen dat hij vergaart. Maar het is zeer de vraag of al degenen die hem als brutale oppositie-politicus hebben gekozen, hem ook als kanselier willen. Het is goed mogelijk dat hij, nu hij steeds dichter bij het centrum van de macht lijkt te komen, juist daarom weer stemmen verliest. In geval van twijfel zal voor veel van zijn kiezers de zekerheid van hun pensioenen en uitkeringen belangrijker blijken dan Haider als kanselier de kans te geven de verzorgingsstaat 'uit te mesten' en een paar klaplopers achter tralies te zetten.Misschien is Haider een nuttige idioot. Hij heeft bijgedragen aan een democratiseringsproces en een verscherping van het politieke bewustzijn in Oostenrijk, zonder dat hij zelf zal kunnen profiteren van hetgeen hij heeft losgemaakt. En als vijandbeeld van de democratie maakt hij het alle bewuste democraten in Oostenrijk mogelijk zich opnieuw te formeren, democratische verhoudingen te verdedigen en de democratisering verder te helpen. Voorwaarde is natuurlijk dat het lukt de politieke druk te verhogen op hen die misschien in de verleiding zouden komen - in een verlangen naar behoud van macht - verhoudingen te continueren die Haider in de kaart spelen.

Voor de eerste keer sinds een halve eeuw heeft er in Oostenrijk een regeringswisseling plaatsgehad, die die naam verdient. Dat is uit democratisch oogpunt een vooruitgang, puur formalistisch gezien. De laatste jaren hadden we een conservatieve regering met een sterke rechtse oppositie. Nu krijgen we een conservatieve regering met een sterke linkse oppositie. Dat is een vooruitgang, al is het maar voor de sfeer.

Ik voel helemaal geen sympathie voor de nieuwe regering, maar zij heeft, voorzover ik het kan overzien, met name dit voordeel: zij moet tot aan de punten en komma's voldoen aan de in het Verdrag van Maastricht vastgestelde criteria, hoe pijnlijk de daarvoor nodige ingrepen ook zullen zijn. Verder: zij moet de Europese behoefte aan privatisering en liberalisering bevredigen, meer dan de Oostenrijkse bevolking wenst, en meer dan met de oude coalitie mogelijk was geweest.

Vertaling Paul Beers

Delen van dit essay verschenen in het Oostenrijkse tijdschrift Falter en de Frankfurter Allgemeine Zeitung.

Robert Menasse (46) is auteur van o.a. 'Trilogie der Entgeisterung', waarvan de eerste twee delen 'Bar hopeloos' en 'Zalige tijden, breekbare wereld' bij de Arbeiderspers verschenen in vertaling van Paul Beers. Menasse kreeg vorig jaar de Oostenrijkse Staatsprijs voor cultuurkritiek. Bij de Weense uitgeverij Sonderzahl verscheen onlangs 'Dummheit ist machbar. Begleitende Essays zum Stillstand der Republik'.

NRC Webpagina's
5 FEBRUARI 2000

    Bovenkant pagina

NRC Webpagina's © NRC Handelsblad