U kijkt naar de website van NRC Handelsblad gedurende de periode 1995-2001. Bezoek ook de de huidige site.

NIEUWS  TEGENSPRAAK  SUPPLEMENT  DOSSIERS  ARCHIEF  ADVERTENTIES   SERVICE


Olympische Spelen 2000

Nieuws

Verslagen

Sporters

Digitaal dagboek

Boemerang

Programma

Links

Digitaal Dagboek

Dag 2 - zaterdag 16 september 2000

Mijn eerste Olympische kennismaking was niet met Zomerspelen, maar met Winterspelen. Sapporo 1972, om precies te zijn. Om half zeven opstaan om Ard Schenk te zien schaatsen. We hadden thuis net tv, voor die tijd keken we, als zovelen, bij opa en oma. De 500 meter zal ik niet gauw vergeten. De Nederlandse held Ard Schenk viel, wat een drama. Ik kan het me nog goed herinneren.

Afgelopen voorjaar, bij de heropening van het Olympisch stadion in Amsterdam, ben ik weer met die Spelen geconfronteerd. De naam Ard Schenk staat daar, met alle andere Nederlandse medaillewinnaars, in de muur van de Hall of Fame gemetseld: winnaar van drie gouden medailles in Sapporo, 500 meter, 5 en 10 kilometer. Ik zag meteen dat hier iets niet klopte. De 500 meter? En die val dan? Waren ze die vergeten? Binnenkort moet ik toch eens kijken of de 500 meter inmiddels door 1500 meter is vervangen.

De Spelen in Sydney zijn inmiddels voor de Nederlandse atleten echt begonnen. You are the heroes we all liked to be, zoals Vanessa Amorosi bij de opening zong. Ook al hebben de Australische voetbalheren en -dames, voor de officiele opening, elk al een voetbalwedstrijd verloren; een teleurstellende start voor het thuisland; het eerste Nederlandse team dat aantreedt is dat van de hockeyheren, de Olympisch kampioen, die om 5 uur Nederlandse tijd tegen Groot-Brittannie speelt. Te vroeg om ervoor uit te komen, zeker voor een poulewedstrijd. Aan het ontbijt zie ik een verslag van de wedstrijd. Omdat ik zelf vroeger bij Kampong heb gehockeyed, kijk je met extra aandacht. Je doorvoelt het spel eerder dan zeg een waterpolowedstrijd. Gelukkig wint Nederland; eerste begin is altijd moeilijk. Iedereen wil van de titelhouder winnen. Mooie doelpunten, maar echt soepel gaat het nog niet.

Het zwemtoernooi is ook begonnen en alle ogen zijn gericht op Inge, Pieter, Marcel en de anderen. Het toonaangevende Amerikaanse blad Sports Illustrated ziet in de traditionele prognoses vooral Inge de Bruijn als gouddelfster. De series op zaterdag laten zien dat zij er individueel in ieder geval klaar voor is. Ze straalt het ook in alles uit! De Bruijn sleept de estafetteploeg als slotzwemster naar de eerste zilveren medaille van Nederland. Goed voor de dertiende plaats in het medailleklassement na de eerste dag. Het eerste sportieve drama heeft zich ook al aangediend: diskwalificatie van de estafetteploeg 4 x 100 meter vrije slag heren, door een te vroege start bij een wissel. Een vrijwel zekere medaille kan worden weggestreept zonder dat VDH ook maar in het water is geweest. Sport is mooi, maar ook heel hard. Over gouddelvers gesproken: de Australische topfavoriet Ian Thorpe pakt bij het zwemmen meteen twee gouden medailles, waarvan één zelfs met een wereldrecord. Hij vertrekt na de finale 400 meter vrije slag geen spier op zijn gezicht, alsof de winst zo vanzelfsprekend is. Of overconcentratie. Behalve de opening, vind in het ook jammer dat ik onder meer het zwemmen en de judowedstrijden mis. Nederlandse dames doen het altijd goed bij deze tak van sport, maar de laatste medaille bij de heren dateert van 1960! Drama ook bij de zusjes Kadijk die op Bondi Beach na verlies in de eerste wedstrijd in het beachvolleybal het huilen zichtbaar nader staat dan het lachen. Op naar de herkansing. Zaterdagochtend nemen we meestal ruim de tijd om de dikke kranten door te nemen. De zorg is vaak in het nieuws. De Volkskrant brengt vanochtend sportnieuws waar ik zelf bij betrokken ben: een rapport van een adviesbureau dat mijn opdracht en dat van NOC*NSF is geschreven over het beleid met betrekking tot topsportevenementen. Wel toepasselijk zo tijdens de Spelen. De onderzoekers concluderen dat er nog heel wat verbeterd kan worden: meer samenwerking tussen de diverse bonden, profiteren van elkaars kennis, beter lobbyen, de agenda afstemmen. Speciaal voor de overheid wordt gepleit voor een garantieregeling voor evenementen en een investeringsregeling.

Ik heb vorige week met de onderzoekers hun bevindingen doorgesproken en op basis daarvan stuur ik het rapport naar de Tweede Kamer. Om de komende maanden de discussie los te maken. Een expertisecentrum ben ik wel voor; kennis en ervaring moet toepasbaar en toegankelijk worden gemaakt, niet vervluchtigen. Ook in een goede afstemming van accommodatiebeleid tussen overheden en sport zie ik wel wat: we moeten investeren in accommodaties bij sporten waar we ook grote evenementen verwachten. Ik heb aarzeling bij de aanbeveling dat de overheid een garantieregeling moet optuigen; sport en vooral topsport, want je praat met grote evenementen over EK's en WK's is een gebeuren waar veel geld in omgaat, waar sponsors en financiers omheen zwermen. We moeten er nog eens stevig over doorpraten, maar als er iets is wat de sport zelf kan doen, dan is het zelf een gezamenlijk vangnet creeren en daarmee solidariteit tonen over de hele breedte van de sport. Sommige evenementen zijn nu eenmaal lastig, aan andere wordt of kan worden verdiend.

De onderzoekers stellen zich voorzichtig op bij de vraag of Nederland het sportevenement aller evenementen, de Spelen, ooit zou kunnen organiseren. Ik vind dat verstandig. Sport en overheid werken momenteel hard aan verbetering van het topsportklimaat in Nederland; het regelmatig naar Nederland halen van grote evenementen, het op peil brengen van accommodaties, het organiseren van kennis, dat zijn allemaal stappen in de goede richting. Dat vergt jaren voordat je er de vruchten van plukt. Die tijd moeten we met elkaar nemen en dan komt er, misschien wel heel natuurlijk, een moment dat je De Grote Vraag met elkaar stelt, ik zal dat als staatssecretaris zeker niet uit de weg gaan. Ik heb niet het gevoel dat we in Nederland al zover zijn, maar het moment kan zeker komen. Tot die tijd moeten we met elkaar stug doorwerken - stap voor stap - aan verbetering van het topsportklimaat in Nederland en grote evenementen organiseren. Daarmee creeer je ook het broodnodige draagvlak in de samenleving. Olympische Spelen zijn zowel qua kosten als qua organisatie en vooral qua aantallen mensen van een heel andere orde dan bijvoorbeeld een EK 2000.

De aandacht voor de Spelen zijn ondertussen ongelooflijk. De zaterdagkranten staan er vol van; je kunt geen tv-zender aanzetten of de beelden van Sydney komen tot je. Ik mag op zo'n zaterdagochtend graag zappen langs de kanalen. Maar het is vrijdagavond laat geworden, dus ik zie lang niet alles. Zelfs de commerciele zenders, die geen rechten hebben op sportbeelden anders dan korte samenvatting, zijn afgereisd naar Sydney. Zij doen vooral het 'randgebeuren', maar ook dat kan best aardig zijn. De Spelen zijn commercieel natuurlijk een mega-evenement, waarbij IOC alles in het werk stelt om exclusiviteit te beschermen, zowel van de wedstrijden als haar beeldmerk. Ook Internet moet eraan geloven. In de Verenigde Staten zijn de afgelopen maanden honderden sites voor de rechter gesleept omdat zij onterecht gebruik maakten van symbolen als de Olympische ringen of verwezen naar de Zomerspelen. Atleten mogen zelfs geen dagboek op Internet bijhouden waarin zij verslag doen van hun belevenissen in Sydney. Als deelnemer hebben zij daarvoor zelfs moeten tekenen. Als staatssecretaris van VWS heb ik niets getekend; ik vertrouw erop dat ik morgen nog in de lucht ben!

NRC Webpagina's
16 september 2000


Foto R. Rozenburg

Tijdens de Olympische Spelen zal staatssecretaris M. Vliegenthart van Sport voor NRC Handelsblad een dagboek bijhouden.

Dagboek 15 september

    Bovenkant pagina

NRC Webpagina's © NRC Handelsblad