|
Wat is genetische manipulatie?
|
Afweer herkent tumorcel beter door membraanantistoffen Onderzoekers van de Universiteit Utrecht hebben een nieuwe methode ontworpen om tumorcellen herkenbaarder te maken voor het afweersysteem. De cellen werden aan de buitenkant voorzien van antilichaamfragmenten waardoor ze werden herkend en verteerd door monocyten, afweercellen die in het bloed bacteriën en parasieten vernietigen (Nature Medicine, februari). Door Marianne Heselmans 5 FEBRUARI 2000. Tumorcellen worden niet altijd herkend door het afweersysteem. Maar als monocyten eenmaal een paar tumorcellen hebben opgegeten, wordt ineens in heel het lichaam het signaal doorgegeven dat alle tumorcellen met dezelfde oppervlaktekenmerken moeten worden vernietigd. Dit is de basis voor een van de therapieën tegen kanker: onderzoekers halen een paar tumorcellen uit het lichaam van een patiënt met kanker, en ze veranderen de tumorcellen zo dat er antilichaamfragmenten op het membraan verschijnen. Vervolgens zetten de onderzoekers de veranderde en bestraalde tumorcellen terug in het lichaam, in de hoop dat na vernietiging van de veranderde tumorcellen, ook de andere tumorcellen in het lichaam worden opgegeten. Andere onderzoekers op dit onderzoeksterrein proberen de tumorcellen te veranderen door extra DNA in te brengen dat zorgt voor de aanmaak van antilichaamfragmenten. De efficiëntie van deze genetische manipulatie is echter nog laag, en het is ook een tijdrovende procedure. De Utrechtse onderzoekers hebben daarom een andere methode getest. In een reageerbuis voegden ze tumorcellen en antilichaamfragmenten bij elkaar. Aan die fragmenten hadden ze een vetstaart gekoppeld. Daardoor gingen de stukjes antilichaam als vanzelf in het (eveneens vettige) membraan zitten. Dit gebeurde al na een kwartier. Oppervlakte-eiwitten van de monocyten bonden aan die antilichaamfragmenten waarna de afweercellen de tumorcellen verteerden. De antilichaamfragmenten komen uit een zogenoemde bibliotheek van bacteriofagen, dat zijn virussen die bacteriën kunnen infecteren. De bibliotheek telt miljoenen bacteriofagen. Onderzoekers hebben allerlei kleine stukjes menselijk DNA in die bacteriofagen gebracht. Het ingebrachte DNA bevat de informatie voor stukjes van een antilichaam. Elke bacteriofaag bevat de informatie voor één zo'n fragment. Als een bacteriofaag vervolgens in de reageerbuis een bacterie infecteert, maakt hij onder andere dat fragment aan. Onderzoekers kunnen het gewenste fragment vervolgens isoleren. De Utrechtse groep heeft anderhalf jaar aan de techniek gewerkt. Als volgende stap proberen ze behalve de antilichaamfragmenten ook nog andere eiwitten in de tumorcellen aan te brengen, zoals interleukinen. De tumorcellen worden dan niet alleen door het afweersysteem herkend als gevaarlijk, ze dragen bovendien moleculen met zich mee die het afweersysteem sneller doen werken.
|
NRC Webpagina's 9 maart 2000
|
Bovenkant pagina |
|