De euro is het wapen in een lange oorlog
De Fransen en de Angelsaksen staan al bijna een
millennium op voet van oorlog met elkaar. Omdat oorlogen worden
uitgevochten op basis van economische kracht is het volgens Paul
Frentrop niet onlogisch dat de Fransen de euro als wapen kiezen om het
Amerikaanse imperium te ondermijnen.
Al bijna een millennium voeren de Fransen oorlog met de Angelsaksen. Dat
wordt in Nederland wel eens vergeten, maar die oorlog woedt nog steeds
en het strijdgewoel komt naderbij, nu de Europese Unie ons het Franse
kamp in trekt.
Het begon toen de hertog van Normandie in 1066 koning van Engeland werd,
maar ook aspiraties op Franse bodem bleef koesteren. Dat resulteerde in
een Honderdjarige Oorlog, die de basis legde voor centralisatie van het
gezag in Frankrijk. Vervolgens vochten in de koloniale tijd Britten en
Fransen in Afrika, Azie, Noord-Amerika en het Caraibische gebied. De rol
van de Britten als aartsvijand werd na 1945 overgenomen door de
Amerikanen, die als erfgenamen van het Britse wereldrijk de euvele moed
hadden Frankrijk te bevrijden. Nog steeds spijt het de Fransen dat
Napoleon Louisiana heeft verkocht. Maar die transactie is niet terug te
draaien.
De Gaulle sloeg wel terug: met zijn vive le Quebec libre, door met zijn
eigen kernwapens uit de NAVO te stappen en door een Britse toetreding
tot de Europese Gemeenschap te vetoen. De Gaulle richtte zich tevens op
de achilleshiel van de Verenigde Staten: de dollar. Toen president Nixon
om de oorlog in Vietnam te financieren dollars liet bijdrukken, zag De
Gaulle zijn kans schoon. Hij bood alle dollars die hij kon vinden aan
ter omwisseling in goud, wat Nixon ertoe dwong om in 1971 de gouden
standaard los te laten. Daarmee was de eerste stap gezet om de hegemonie
van de dollar te ondermijnen.
Niet dat met die ene veldslag meteen de monetaire oorlog was gewonnen,
al meenden de Fransen destijds van wel. Mitterrand en zijn minister van
Financien Delors dachten begin jaren '80 dat Frankrijk op eigen houtje
het door hen gewenste socialistische economische beleid kon voeren, maar
dit mislukte. In 1982 moest Frankrijk miljarden dollars lenen van
Saoedi-Arabie, maar dat bleek niet genoeg. Stiekem moest minister Delors
namens Mitterrand een groep Amerikaanse banken begin 1983 om steun
vragen. Dat lekte in Londen onmiddellijk uit. Deze vernedering maakte
pas dat Frankrijk ernst ging maken met het vormen van de Europese
Gemeenschap, omdat Mitterrand zich realiseerde dat hij het op eigen
houtje economisch niet kon opnemen tegen de Angelsaksen. Hij bezocht de
Duitse bondskanselier Kohl en zij werden het eens. Delors werd
afgevaardigd naar Brussel en onder zijn leiding werd de tot dan toe
weinig voortvarende Europese eenwording nieuw leven ingeblazen.
Deze unificatie was puur gericht tegen de Angelsaksen en hun financiele
en economische macht, en werd geflankeerd door nationaal Frans beleid.
Zo stimuleerde Mitterrand de groei van het genationaliseerde bankwezen,
opdat de regering nooit meer bij Amerikaanse banken zou hoeven aan te
kloppen. Op kosten werd niet gekeken, zo bleek onlangs bij Credit
Lyonnais. Airbus werd opgericht om de hegemonie van Boeing in de
luchtvaart te doorbreken. Dassault moest met zijn Mirage-straaljagers
Lockheed dwarszitten. Computerfabrikant Bull moest met steun van de
overheid IBM bestrijden.
Een directe militaire confrontatie met de aartsvijand was natuurlijk
onmogelijk, tot de val van de Berlijnse Muur. Frankrijk had bovendien
een grote achterstand op het gebied van militaire informatietechnologie.
Deze handicap werd blootgelegd door de Golfoorlog. President Mitterrand
geloofde niet dat Saddam Hussein op het punt stond Koeweit binnen te
vallen, totdat een Amerikaanse admiraal hem satellietfoto's liet zien
van de Iraakse troepenconcentraties aan de grens met Koeweit. Toen de
oorlog uitbrak wist Frankrijk ook nauwelijks wat er gebeurde. ,,We waren
vrijwel blind', zei minister van Defensie Pierre Joxe. Daarom besloot
Frankrijk tot een enorme uitbreiding van het eigen programma voor de
bouw van militaire satellieten en tevens werd de spionage, ten behoeve
van de staatsbedrijven in de wapenindustrie, fors uitgebreid. Toen dit
laatste uitlekte, werd de beroemde wapen- en luchtvaartshow bij Parijs
in 1993 geboycot door Amerikaanse ondernemingen en het Pentagon.
Nu heeft Frankrijk die achterstand bijna ingehaald. De eerste indirecte
militaire schermutselingen tussen Frankrijk en de Angelsaksen doen zich
inmiddels dan ook voor. ,,Frankrijk stond in 1994 bij zijn operatie
Turquoise in Rwanda tegenover troepen die in de Verenigde Staten waren
opgeleid', verklaarde ex-premier Balladur in april, op een parlementaire
hoorzitting waar hij moest verdedigen hoe het kon gebeuren dat in Rwanda
een genocide werd uitgevoerd terwijl Franse troepen aanwezig waren.
,,Door de Angelsaksische opmars op Frankrijks traditionele achtertuin in
Afrika ter sprake te brengen, tilde hij het debat boven nationale en
partijpolitieke verschillen uit', aldus NRC Handelsblad-correspondent
Marc Chavannes over de oorlogsstemming in Parijs.
Die 'in de Verenigde Staten opgeleide rebellen' vechten nu in Congo
tegen door de Fransen gefinancierde Angolese troepen, als we de
voormalige heerser van Congo (Brazzaville), Pascal Lissouba, mogen
geloven. Hij was eerder verdreven door diezelfde Angolese troepen, die
volgens hem gesteund werden door de Franse oliemaatschappij Elf, die
olievoorraden exploiteert in Congo (Brazzaville), Angola en Gabon.
Ook in centraal-Azie steunen Frankrijk en de Verenigde Staten
verschillende partijen. De olie uit Turkmenistan en Kazachstan kan
slechts naar zee en dus naar de wereldmarkt worden gebracht door een
pijpleiding door Iran, of via Afghanistan en Pakistan. Frankrijk zet in
op Iran. De Amerikanen kiezen Pakistan. Afghanistan is het slagveld. Al
in 1997 sloot de Franse oliemaatschappij een contract met Iran, tot
grote woede van de Amerikanen, die dit land boycotten. De Amerikanen
zagen echter af van sancties tegen Frankrijk omdat Total zich gelieerd
had met het Russische Gazprom en de Amerikanen op dat moment hun
Russische vrienden niet voor het hoofd wilden stoten.
Intussen zijn Texaco en Mobil druk doende in Kazachstan, maar zolang
Afghanistan niet is gepacificeerd is die olie lastig op de markt te
brengen. Het wekt dan ook geen bevreemding dat de Europese Unie de
Talibaan in Afghanistan kritiseert en het land geen hulp meer geeft,
onder het mom dat daar vrouwen gediscrimineerd worden. Een argument dat
zelfs geen schijn van oprechtheid heeft. Algemene toepasssing ervan zou
vrijwel de hele Nederlandse ontwikkelingshulp 'ont-Pronken'.
Deze schermutselingen raken echter niet de kern van het conflict tussen
Fransen en Angelsaksen. De strategische hoofddoelstelling van de Fransen
is om Europa op te bouwen tot een machtsblok dat het Amerikaanse
imperium kan weerstaan. Daarbij is Duitse hulp onmisbaar. De Duitsers
konden die hulp niet geven zolang Russische troepen aan hun grens
stonden. Maar nu die troepen weg zijn, wordt voortvarend het gezamenlijk
arsenaal opgebouwd door bundeling van de Europese wapenfabrikanten.
De belangrijkste strategische zet van de Fransen in hun oorlog met de
Angelsaksen is de vorming van de Europese (munt) Unie. Die ene munt is
nodig om de economische macht van Europa te bundelen en daarom begint
die Europese Unie ook met een munt voordat alle fiscale, juridische en
staatsrechtelijke belemmeringen voor een unie zijn geslecht. Een
volgorde die iedere logica mist, als het Frans-Amerikaanse conflict
buiten beschouwing wordt gelaten. De Fransen hebben de euro gekregen
door in te stemmen met de Duitse hereniging en on-Franse discipline met
betrekking tot het overheidsbudget toe te zeggen. Alsof het
overheidsbudget er niet is ter meerdere eer en glorie van het vaderland,
zoals alle grote gebouwen in Parijs en Versailles getuigen. Die facade
kan vallen nu de euro er is. Nu kan van de euro een reservemunt worden
gemaakt die Europa (in casu Frankrijk) in de wereld meer te zeggen geeft
dan de Angelsaksen met hun IMF.
De benoeming van Wim Duisenberg tot eerste voorzitter van de Europese
Centrale Bank heeft Frankrijk moeten gedogen, maar Chirac heeft daarbij
onmiskenbaar duidelijk gemaakt dat hij Duisenberg nauwlettend in de
gaten houdt. Enerzijds benoemde hij hem tot lid van het Legion
d'Honneur, anderzijds liet hij weten dat de benoemingsperiode wat hem
betreft beperkt is. Met andere woorden: als Duisenberg de Franse
belangen dient wordt hij beloond, zo niet dan moet hij weg.
Eind vorig jaar liet de president van de Federal Reserve Bank of New
York, William J. McDonough, officieel weten dat de Verenigde Staten de
Europese economische en monetaire unie niet beschouwen als een
bedreiging van de internationale status van de dollar en de monetaire
politiek van de Verenigde Staten. Daden zeggen echter meer dan woorden.
Zoals het Amerikaans/Britse bondgenootschap jegens Irak meer zegt dan
vage formuleringen over gezamenlijk Europees defensiebeleid of een
nieuwe strategie voor de NAVO.
De Amerikanen nemen wel degelijk actie om de dollar te beschermen.
Schaduwzijde van de internationale acceptatie van de dollar als
betaalmiddel is immers dat de Amerikaanse munt altijd het meest voor de
hand liggende doelwit was van valse munters. Dat kon de Amerikanen
weinig schelen zolang die valse dollars maar buiten de Verenigde Staten
bleven. Nu de dollar de euro als concurrent krijgt heeft de FED echter
besloten de dollarbiljetten te vernieuwen. Iets wat sinds mensenheugenis
nooit is gebeurd. Een opmerkelijke coincidentie.
Ook de euro is kwetsbaar. Voor wie van nature achterdochtig is, was het
opmerkelijk dat op 12 mei van dit jaar het supergeheime hologram dat
gebruikt wordt om te zorgen dat de toekomstige eurobiljetten niet
nagemaakt kunnen worden, plotseling even zoek was. Het was door de firma
Brink's met een vliegtuig (van Air France natuurlijk) naar het vliegveld
Roissy gebracht. Vandaar zou het worden vervoerd naar de
gespecialiseerde bankbiljettendrukkerij Leonard Kurz bij Neurenberg.
Maar ergens tussen het vliegtuig en de gepantserde auto verdween het
uiterst belangrijke pakje, dat nog geen kilo woog. Geen enkele reden tot
zorg, stelde de Europese Centrale Bank. Maar wie de muntunie ziet als
onderdeel van de oorlog tussen Fransen en Angelsaksen zal dat niet zo
licht geloven. Zeker de Fransen niet, die - honi soit qui mal y pense -
ervan overtuigd zijn dat de perfide Angelsaksen hen constant
bespioneren.
Zo dienden eerder dit jaar twee Franse parlementariers, omineus genaamd
Jean de Gaulle en Alain Pompidou, een motie in waarin werd gesteld dat
het Verenigd Koninkrijk samen met de Verenigde Staten de Europese
partners bespioneert. Deze affaire, in de Franse kranten gebracht onder
de naam grandes oreilles richt zich op de in Schotland gelegen
afluisterstations van de Amerikaanse geheime dienst, die alle
telefoonverkeer, faxverkeer en e-mail tussen Europa en de Verenigde
Staten en misschien ook wel binnen Europa volgen.
In de discussie over de euro is de Frans-Amerikaanse oorlog tot nog toe
nauwelijks aan bod geweest. Er werd gesproken over overheidstekorten en
staatsschuld, alsof een politicus van Frans niveau zich om zulke details
zou bekommeren. Er werd gesproken over vrij verkeer van kapitaal en
goederen, iets wat tegen het Franse denken indruist. Alsof een
buitenstaander zomaar een belangrijk Frans wijnchateau zou kunnen kopen
of andere zaken van nationaal belang. Alsof Japanse auto's Frankrijk
binnen mogen. Alsof Franse boeren geen vrachtwagens met buitenlandse
producten zouden mogen omkieperen. Frankrijk roept bij iedere
gelegenheid op om het internationale kapitaalverkeer aan banden te
leggen en is doende een fort Europa te bouwen dat een einde moet maken
aan het Amerikaanse imperium, net zoals Napoleon het Britse imperium
wilde bestrijden met zijn Continentale Stelsel. Oorlogen worden immers
uitgevochten op basis van economische kracht. De euro is het wapen dat
de Fransen kiezen. Want de dollar hebben zij onderkend als de zwakste
plek van de Amerikaanse economie, aangezien de Amerikanen van nature
meer consumeren dan ze produceren en dus constant dollars aan de rest
van de wereld moeten zien te slijten. Zou dat niet meer lukken dan taant
de Amerikaanse macht.
Zoals het er nu naar uitziet wordt de euro 1 dollar 20 waard.
Psychologisch voordeel voor de Fransen is dat de euro meer dan een
dollar waard is en niet minder dan een dollar. Als het aan de Fransen
ligt, zal dat verschil natuurlijk toenemen. Het verdere verloop van de
al bijna duizend jaar durende oorlog is straks dan ook eenvoudig te
volgen. Stijgt de koers van de euro, dan zijn de Fransen aan de winnende
hand. Stijgt de dollar daarentegen, dan is dat een teken dat de
Amerikanen weer op voordeel komen. Hun Britse bondgenoten wachten vol
vertrouwen dus even af. Nederland heeft echter al de Franse zijde
gekozen.