'Eigen geld hadden we nog eerder dan onze
onafhankelijkheid'
Afscheid markka valt Finnen zwaar
Finland heeft met zijn
exportgerichte economie groot belang bij de invoering van de euro, maar
de burger loopt er nog niet erg warm voor. Het afscheid van de markka
valt velen zwaar doordat de munt een symbool is van de strijd om een
eigen staat.
Door onze redacteur PAUL LUTTIKHUIS
HELSINKI, 23 FEBR. De stuifsneeuw waait vanuit de haven
waar de veerboten naar Estland vertrekken vol in het gezicht van de
voetgangers. De kou in Helsinki kan venijnig zijn. Maar in de oude
markthal heerst een aangename temperatuur. Hier prijzen kooplieden
vanachter gemoedelijke kraampjes al sinds 1889 hun waren aan.
Voornamelijk eten, maar tegenwoordig ook wat snuisterijen voor
toeristen.
Ahti Partanen moet niets hebben van de euro, die in januari in Finland
de markka vervangt. Hij verkoopt vis en als het aan hem ligt zou die
hele muntwisseling niet doorgaan. "Wij hadden eerder ons eigen geld dan
onze onafhankelijkheid. En nu verkopen we onszelf aan Brussel", vindt
Partanen. "Als ik straks de grens over ga, moet ik nog steeds geld
wisselen. In Estland gebruiken ze de euro niet, in Rusland en Noorwegen
niet. En de Zweden zouden eigenlijk moeten, maar ze vertikken het."
Partanen is niet de enige in Finland die er zo over denkt. In de grote
supermarkt Sesto vlak bij het station deelt Veli-Pekka Kaivola, van het
Europa Informatiecentrum, ingenieuze lineaaltjes uit waarmee markka's in
euro's kunnen worden omgerekend. Tanja, ringetje door de neus en likkend
aan een waterijsje, had liever nog even de kat uit de boom gekeken. Bij
het referendum over de toetreding tot de EU in 1994 was ze nog geen 18
jaar, anders zou ze zeker tegen hebben gestemd. Kauko Nissinen, in de
tachtig en een veteraan uit de zogeheten winteroorlog, kan het niet
zoveel schelen. Hij heeft weinig geld nodig, betalingen gaan
automatisch, zonder dat hij er iets van merkt.
Sesto-bedrijfsleider Roger Falsström, druk doende om broodjes
waarvan de houdbaarheidsdatum is gepasseerd weg te gooien, doet er het
zwijgen toe. De Sesto-directie wil de communicatie over de euro graag
centraal houden. In ieder geval merkt Falsström in zijn winkel
weinig van opwinding. Hij krijgt geen vragen over de euro en aan dubbel
prijzen doen ze voorlopig nog niet. Wanneer wel? Hij zou het niet weten.
Hoewel de weemoed overheerst bij het verdwijnen van de markka, zijn de
Finnen ook pragmatisch. De strijdlust waarmee in de Zweden en Denen de
euro buiten de deur proberen te houden, ontbreekt. Voor de
internationaal georiënteerde economie (die voor een derde drijft op
Nokia en voor nog eens een derde op de papierindustrie) is deelname aan
de euro van groot belang. Dat het afscheid van de markka veel Finnen
toch zo zwaar valt, komt doordat de munt een symbool is van de strijd om
een eigen staat. Pas relatief kort geleden, in 1917, werd Finland
onafhankelijk van Rusland. Maar al veel eerder werd de weg naar
zelfstandigheid ingeslagen, onder meer door in 1860 een eigen
munteenheid in te voeren.
De Finse overheid begrijpt de gevoeligheden. En heeft daarom
nadrukkelijk besloten om pas komend najaar met voorlichtingscampagnes te
beginnen en zich te beperken tot pure informatie. Leuzen als 'de euro
wordt van ons allemaal' of andere slogans waarin de nieuwe munt positief
wordt afgeschilderd, zijn uit den boze.
Volgens Rauno Niinimki, bij het ministerie van Financiën
verantwoordelijk voor de publiciteit rond de introductie van de euro,
heeft onderzoek aangetoond dat de Finnen niet gediend zijn van wat hij
noemt een emotionele campagne. Een piepklein zilveren eurospeldje in
zijn revers en een veel groter exemplaar op een voetstukje op zijn
bureau geven blijk van zijn persoonlijke affiniteit met de euro, maar de
Finnen zal hij daarmee niet lastigvallen.
Bij de Finse Centrale Bank vinden ze het ministerie soms wel eens te
voorzichtig. Maar Heli-Kirsti Airisniemi moet toegeven dat, gezien de
Finse argwaan voor autoriteiten, al te lovende woorden over de euro wel
eens averechts kunnen werken. Airisniemi, in een knalblauw mantelpakje
van precies dezelfde kleur als de map van de eurocampagne,
coördineert de publieksvoorlichting vanuit de nationale bank. Een
van haar grootste zorgen is het gevaar voor vals geld. "De markka is
niet erg populair bij valse munters", zegt Airisniemi. "Het afgelopen
jaar hadden we ongeveer tweehonderd gevallen van valsmunterij. In alle
eurolanden waren dat er bijna één miljoen. We zitten hier
geïsoleerd en hebben een lange grens met Rusland. De vrees bestaat
dat via die weg gemakkelijk vals geld ons land kan binnenkomen. Nu
hebben we nog een onbeduidende munt, straks doen we mee aan een
wereldmunt."
Gelukkig hebben de Finnen volgens Airisniemi een uiterst efficiënt
geldsysteem. De productie van munten en bankbiljetten ligt voor op het
schema. De logistiek is geregeld. Alleen de banken willen nog niet
meewerken aan de distributie van het geld naar de winkels, die een
beslissende rol moet spelen bij het in roulatie brengen van euro's. De
banken vrezen dat die distributie - nota bene een Fins idee - te duur
wordt.
"Er is in Finland weinig geld in omloop en het circuleert heel snel",
vertelt Airisniemi. "Ieder bankbiljet belandt gemiddeld zes keer per
jaar bij de Nationale Bank. In Spanje is dat bijvoorbeeld slechts
één keer per twee jaar. Bovendien houden de Finnen niet zo
van cash. Er wordt heel veel met pinpas en creditcard betaalt. Ook
kleine bedragen." Uit cijfers blijkt dat Finland in 1998 2,3 procent van
zijn bruto nationaal product aan bankbiljetten in omloop had. In
Nederland was dat 4,9 procent, in Duitsland 6,8 procent en in Spanje
zelfs meer dan 10 procent.
Vooral de afkeer van muntgeld is opvallend. Veel winkels in Finland
hebben een bakje met muntjes naast de kassa staan. Wie 8,20 Finse mark
moet betalen, geeft acht mark en graait twee tien cent muntjes uit het
bakje voor het restant. Wie, omgekeerd, twintig of dertig cent
terugkrijgt, laat de muntjes in het bakje achter. Voor de Finse regering
was dat aanleiding om de munten van één en twee eurocent,
waarvan er voor verzamelaars wel een klein aantal geslagen wordt, niet
in omloop te brengen. Maar de vakantieganger die zijn bedrag tot achter
de komma nauwkeurig wil afrekenen, kan gewoon met zijn eurocenten
betalen. Iedere Finse winkelier moet, net als elders in de eurozone, de
één en twee eurocent accepeteren als wettig betaalmiddel.
Elfde aflevering van een serie over de komst van de euro in twaalf
Europese landen. Eerdere afleveringen verschenen op 20, 24, 26 en 30
januari, 13, 15 en 20 februari.