Spaanse winkelier weert de euro nog
In Spanje staan de grote
bedrijven klaar voor overschakeling van de peseta naar de euro, maar het
midden- en kleinbedrijf steekt de kop nog in het zand. En menige
Spanjaard vreest dat bij de omwisseling een berg zwart geld wordt
ontdekt.
Door onze correspondent STEVEN ADOLF
MADRID, 2 FEBR. Geconcentreerd ontvleest de slager van een Madrileense
dagmarkt op het hakblok een schapenkop. Twee verwijtende ogen in een
bloederige bovenkaak. "De euro?"
Verbaasd kijkt hij op terwijl een schapenwang trillend in een bakje in
de vitrine ploft. "Ik wil er nog niet aan denken", zegt hij op een toon
van iemand die meent dat het leven hem zo al genoeg heeft gestraft. Die
schapenkop baart hem meer zorgen, want wie weet hoe lang het nog duurt
of ook het eerste gekke schaap wordt ontdekt.
Dat de euro vanaf januari 2002 wordt ingevoerd is genoegzaam bekend bij
de meeste Spanjaarden. Grote warenhuizen als El Corte Inglés
noteren al geruime tijd hun prijzen in euro's en peseta's. De
financiële sector is al keurig om: de beurs noteert in euro's, de
meeste bankrekeningen vermelden de euro naast de peseta. Multinationals
en grote ondernemingen staan in de startblokken om straks om te
switchen. Maar het midden- en kleinbedrijf, de kern van Spanje's
productieve sector, stopt vooralsnog het hoofd in het zand voor de
Europese munt. Straks gaat de euro over de toonbank, moet de
administratie in euro's en de belasting in euro's worden voldaan. Maar
de meeste kleine ondernemers in Spanje lijken vastbesloten het onheil af
te wenden tot het onvermijdelijk wordt.
Vooral in het kleine winkelbedrijf heerst een angstvallige euro-stilte.
Het vlees bij de slager ligt er nog keurig bij in peseta's. De
kippenborsten en eieren even verderop idem. De mini-supermarkt blijkt de
prijsjes op de pakken koffie, schoonmaakmiddelen en olijfolie evenmin
aangepast te hebben. Zelfs bij de apotheek, in het medicijnminnende
Spanje een belangrijke winkel, spuwt de beeldschermkassa nog geen
bonnetjes in euro's uit. Nog geen enkele groothandel brengt medicijnen
in euro's op de markt, zegt de assistente.
Alleen de groenteboer loopt voor. Een kilo mandarijnen blijkt 1,68 euro
te kosten, appels 1,56 euro en tomaten 1,44 euro. Jammer dat de komma's
wat moeilijk leesbaar zijn, zodat de prijzen bij de leek al snel met een
factor honderd zijn vermenigvuldigd. Groenteboer Manolo Pérez
blikt de toekomst zonder peseta's niettemin met optimisme tegemoet. De
prijzen zijn al meer dan een jaar in euro's en peseta's vermeld en met
de administratie zal het straks ook wel lukken. De omrekenkoers van iets
meer dan 166 pestea's in een euro zit vast in zijn hoofd. De weegschalen
annex elektronische afrekeningmachines die aan een stang aan het plafond
bungelen zullen straks worden omgezet in de munt, hoe mag Joost weten,
maar dat lukt vast wel.
Bij de kleine bedrijfjes en winkeliers, daar zit het grote probleem,
zegt Beatriz Navarro in het Madrileense kantoor van de
staatsmaatschappij die de introductie van de euro in Spanje moet
begeleiden. Veel mensen zijn zich nog niet van enig kwaad bewust zolang
ze de nieuwe biljetten en munten niet in hun hand hebben. Maar er is nog
tijd genoeg, meent Navarro. Nog voor de vakantie moet een aantal
grootscheepse campagnes gestart worden om het euro-bewustzijn aan te
scherpen.
Er is een brede acceptatie van de euromunt, meent Navarro. De toetreding
tot de frontlinie van de monetaire unie heeft Spanje immers veel goeds
gebracht: discipline in de overheidsbegroting, een spectaculair gedaalde
rente en stabiele prijzen, al trekt de inflatie de laatste tijd weer
gevaarlijk aan. De psychologische weerstand komt uit een onverwachte
hoek: het rekenen in decimalen. In peseta's zit je al snel in duizenden,
miljoenen, miljarden als het moet, maar met bedragen achter de komma
hoef je nooit rekening te houden. Opmerkelijk genoeg worden nog de
minste problemen verwacht met de ouderen, die immers nog gewend zijn dat
er, net als veertig jaar geleden, centen (centimos) op de markt komen.
Het zijn de jongeren die de grootste overstap moeten maken.
Dat het rekenwerk nog niet zo vlot, staat niet in de weg dat menige
Spanjaard al geruime tijd alert is op de komst van de euro. Vooral het
gevaar van ontdekking van de voorraad zwart geld is akelig toegenomen
met de omwisselingsoperatie die in het verschiet ligt. De excessieve
waardestijging van onroerend goed - in sommige gevallen een verdubbeling
van de huizenprijs in enkele jaren - wordt in niet onbelangrijke mate
toegeschreven aan een poging de zwarte peseta's kwijt te raken.
"Je houdt de officiële verkoopprijs aan de lage kant en betaalt
zwart onder de tafel de rest uit", verklaart een makelaar de bloei van
zijn nering. "Dat bespaart ook nog eens op de overdrachtskosten." In de
macro-economie van het zwarte geld verandert er echter niets: de
hoeveelheid is hetzelfde gebleven, alleen is het nu de verkoper die met
het zwarte geld in zijn maag zit en maar moet zien hoe hij zich redt.
Die kan zijn zwarte geld straks bij de bank ruilen in porties van minder
dan 500.000 peseta's (ruim 3.000 euro), het bedrag waaronder geen
registratie voor de omwisseling nodig is. Zijn de rijen voor het
bankloket straks indicatief voor de hoeveelheid zwart geld die in omloop
is? Beatriz Navarro blijft hopen dat de meeste mensen zich aan de
aanbeveling van Brussel houden om hun geld aan het einde van het jaar
zoveel mogelijk op de bank te laten staan, zodat de zaak giraal omgezet
kan worden. Speciale maatregelen voor het zwarte geld worden volgens
haar niet getroffen.
Niettemin zijn er aanwijzingen van een intensiever verkeer om het zwarte
geld in veiligheid te brengen. Populair in dit opzicht zijn de Britse
kroonkolonie Gibraltar en het prinsdom Andorra in de Pyreneeën.
Gibraltar heeft het nadeel van de intensieve douanecontrole die Spanje
permanent aan de grens voert in een poging de Gibraltarezen murw te
maken voor aansluiting bij Spanje. Aan de grens met Andorra, waar
volgens officiële schattingen twee biljoen peseta's (12 miljard
euro) aan zwart geld ligt opgestapeld, worden de laatste tijd
opmerkelijke vangsten door de douane verricht. Een bejaarde Spanjaard
bleek 4,5 miljoen peseta's in zijn binnenzak te hebben (ruim 27.000
euro) verpakt in zilverpapier als was het een broodje ham. Een miljoen
peseta's, het bedrag dat vrijelijk over de grens mag worden
getransporteerd, mocht de onfortuinlijke deviezensmokkelaar houden.
Groot was de verrassing die in de kofferbak werd aangetroffen: een tas
met nog eens veertig miljoen peseta's.
Vijfde deel in een serie over de voorbereiding op de komst van de
euro in 12 landen. Eerdere afleveringen verschenen op 20, 24, 26 en 30
januari.