NIEUWS  TEGENSPRAAK  SUPPLEMENT  DOSSIERS  ARCHIEF  ADVERTENTIES   SERVICE


Bijlmer-enquête

Actueel

Rapport enquete-commissie

Lading

Ondervraging politici

Gezondheid bewoners en bergers

Getuigen

Relatie Israel

El Al

Betekenis parlementaire enquête

Artikelen op datum

Profiel over de Bijlmerramp
(21 jan. 1999)

Brandweer geschokt over uranium El Al

Door onze redacteuren HARM VAN DEN BERG en FLORIS VAN STRAATEN
De commandant van de Amsterdamse brandweer verklaarde vanmorgen voor de parlementaire enquetecommissie dat hij zich ,,wezenloos was geschrokken'' van de berichten over de aanwezigheid van verarmd uranium op de plek van de ramp.

In de loop van de avond van de ramp met het El Al-vrachtvliegtuig in de Bijlmer kwam er bij de Amsterdamse brandweer een telefoontje binnen over de lading van het verongelukte toestel. Het ging gepaard met veel ruis maar het viel nog net te horen en de inhoud ervan was zeer verontrustend. De lading van het vliegtuig bestond uit explosieven en andere gevaarlijke stoffen. ,,Het stond haaks op de informatie die we hadden verzameld'', aldus brandweercommandant H. Ernst vanmorgen voor de enquetecommissie.

Nog diezelfde minuut nam de staf van de brandweer contact op met de inmiddels gevormde Commissie van Overleg op Schiphol om hierover het fijne te weten te komen. Het antwoord van Schiphol was, zo vertelde Ernst: ,,We kennen dit verhaal, maar het is pertinent onjuist. Er is verkeerde informatie verstrekt.'' De medewerker van Schiphol aan de andere kant van de lijn legde uit dat in het begin gebruik was gemaakt van de verkeerde vrachtbrieven. ,,Nu hebben we de goede ladingpapieren'', vervolgde hij, ,,Er zaten geen gevaarlijke stoffen en geen giftige stoffen aan boord.'' Rond 20.50 uur die avond bestond bij de brandweer hierover geen twijfel meer.

Ook gedurende de rest van de avond kwamen er verder slechts geruststellende gegevens binnen omtrent de lading. Even na half tien kreeg Ernst zelf op zijn verzoek de ladingpapieren te zien. Hoewel geen expert op dit terrein, viel daar ook voor hem als brandweerman uit af te leiden dat het slechts om verwaarloosbare hoeveelheden `gevaarlijke' stoffen ging. ,,Het viel in het niet bij de 70 ton kerosine aan boord, die verbrandde'', aldus Ernst.

De brandweer was intussen ook op het terrein van de ramp in de Bijlmer zelf metingen gaan verrichten en ook deze gaven geen enkele reden voor verontrusting, aldus Ernst, die onmiddellijk na de eerste melding over de ramp met spoed uit Eindhoven terugreed naar Amsterdam. Elke dag is hij op het rampterreing geweest.

Hij toonde zich wel geschokt door het nieuws dat er uranium aan boord van het ramptoestel had gezeten. Hij zei daarvan op 7 oktober, toen het bij de Rijksluchtvaartdienst bekend werd, nimmer te zijn ingelicht en evenmin in de dagen daarna.

,,Ik ben daar 100 procent zeker van'', aldus Ernst. ,,Ik ben me wezenloos geschrokken, toen u gisteren een stukje verarmd uranium toonde dat wel gesmolten was'', zei Ernst. ,,We dachten altijd dat het intact was gebleven.''

M.Sarucco, hoofd van de afdeling openbare orde en veiligheid op het stadhuis in Amsterdam bevestigde eerder vanmorgen dat de rampenstaf in de eerste uren na de ramp geen logboek heeft bijgehouden. Daarvoor hadden de diverse leden van het team het te druk, ze belden de een na de ander. Volgens Sarucco was eerder bij het doornemen van het rampenplan afgesproken dat, mocht zich een grote ramp voordoen, alle telefoontjes langs de centralist zouden gaan. Die moest dan alle inkomende en uitgaande berichten noteren. ,,In het vervolg doen we het anders, dan leggen stenografen van de gemeente alles vast en bovendien gebruiken we dan geluidsbanden'', aldus Sarucco voor de commissie. De crisisstaf had volgens haar hinder ondervonden van het feit dat voorzitter R.Janssen van de Stadsdeelraad zuid-oost naar de rampplek ging en niet naar het beleidscentrum onder het stadhuis. ,,Daar was wel irritatie over, men vond dat hij moest komen'', herinnerde Sarucco zich. ,,Zijn aanwezigheid is belangrijk omdat hij veel kennis heeft over het getroffen gebied'', lichtte ze toe. Nu moest alle communicatie via moeizame telefoongesprekken verlopen.

NRC Webpagina's
12 FEBRUARI 1999

    Bovenkant pagina

NRC Webpagina's © NRC Handelsblad