Muizen zonder NPAS2 weten niet dat ze al eens bang zijn geweest
Muizen die een gen (NPAS2) missen dat voorin de hersenen en langs neuronen naar het centrale limbische systeem actief is, kunnen een nare ervaring niet onthouden. In een proefopstelling waarin ze na 30 seconden ruisend geluid een elektrische schok krijgen, 'bevriezen' de dieren van angst als na een paar geluid-schokervaringen het geluid opnieuw te horen is.
Wim Köhler
Maar 24 uur later weten de NPAS2-loze muizen van niets als ze het geluid weer te horen krijgen. Soortgenoten mét PNAS2 herinneren zich de nare ervaring maar al te goed. Met het korte-termijngeheugen, getest tot een half uur na de onaangename ervaring, was bij geen van de muizen iets mis (Science, 23 juni).
De muizen zonder NPAS2 functioneerden in allerlei andere tests net zo als hun NPAS2-houdende soortgenoten. Het lange-termijngeheugen was wel intact voor niet-emotioneel beladen zaken. Ook in het dagelijks leven hadden ze nergens last van. De NPAS2-lozen plantten zich bijvoorbeeld normaal voort. De onderzoekers concluderen echter niet dat muizen voor het voortplanten geen emotioneel lange-termijngeheugen nodig hebben.
Het idee om de rol van NPAS2 te onderzoeken ontstond omdat er transcriptiefactoren moeten zijn (eiwitten die het aflezen van een gen of een groep genen regelen) die alle benodigde genen die actief moeten zijn voor lange-termijnopslag in één klap activeren. In 1990 was al bekend dat NPAS2 in jonge muizen in de eerste levensweek vaak tot expressie komt op het moment dat leren en geheugenvorming zich ontwikkelen.
De onderzoekers veronderstellen dat de overeenkomst tussen NPAS2 en CLOCK (het gen dat codeert voor de opperregulator van de biologische klok) niet toevallig is: angst beïnvloedt het dag-nachtritme en misschien is een dag-nachtritme en de bijbehorende cyclische genexpressie in de frontale hersenen wel nodig voor het uitvoeren van complexe kennistaken, zoals geheugenopslag.