|
Transcriptie van Clintons verhoor voor de Grand Jury (17 aug. 1998). Ook als zip-bestand te downloaden. Clintons reactie op het Starr Report |
Al in 1996 werd duidelijk dat Starr het hard speelde
Zaak-Lewinsky was geschenk uit de hemel
Starr (52) is een diep-religieuze man, die in een klein plaatsje in Texas opgroeide als zoon van een fundamentalistische dominee. Aan zijn geloof ontleent hij sterke morele richtlijnen, die hem extra gebeten maken op het soort gedrag waaraan Clinton zich schuldig heeft gemaakt. Waar een andere aanklager misschien besloten had om bepaalde intimiteiten niet uit te diepen, koos Starr ervoor om juist alle details bloot te leggen. Hij stond daarbij in zijn recht, minister van Justitie Janet Reno had er immers mee ingestemd dat hij zijn onderzoek tot de affaire-Lewinsky uitbreidde. Maar het lijkt niet bij hem opgekomen te zijn dat hij de statuur van het presidentschap met zijn klinische beschrijvingen van de verhouding tussen Clinton en Lewinsky bijna evenveel schade berokkende als de man die volgens hem uit het Witte Huis verdreven moet worden. Starr werkte onder president Reagan op het ministerie van Justitie en was daarna rechter bij een hof van beroep tot president Bush hem benoemde tot advocaat-generaal, de functionaris die de regering verdedigt voor het Hooggerechtshof. Zijn leven lang droomde Starr ervan om zelf lid te worden van het Hooggerechtshof, of zelfs voorzitter. Maar toen hij verschillende keren voor een zetel was gepasseerd, leek hij zich te verzoenen met een bestaan als commercieel advocaat. Wat Starr gemotiveerd heeft om de ondankbare post van onafhankelijk aanklager te aanvaarden, is omstreden. Waren het politieke motieven, zoals Clintons bondgenoten beweren? Of was het toewijding aan de publieke zaak, zoals de medestanders van Starr zeggen? In de loop van zijn onderzoek is Starr zich steeds harder tegenover Clinton gaan opstellen. De voortdurende tegenwerking die hij van het Witte Huis ondervond heeft daar zeker een rol bij gespeeld, om nog maar te zwijgen van de persoonlijke aanvallen die hij in de media te verduren kreeg van Clintons adviseur-op-afstand James Carville en andere vrienden van de president. Het Witte Huis slaagde er meer dan eens in om de aandacht van de pers voor aantijgingen tegen Clinton te verplaatsen naar kritiek op Starr. Hillary Clinton verweet Starr dit voorjaar dat hij deel uitmaakte van een ,,grootscheepse rechtse samenzwering''. Al in 1996 was duidelijk dat Starr het voortaan hard zou spelen. Hij dagvaardde de first lady in januari van dat jaar om te verschijnen voor de grand jury (een geheime kamer van onderzoek) in de Whitewater-affaire. Als het Starr alleen om de feiten te doen was geweest, had hij Hillary Clinton ook onopvallend in het Witte Huis kunnen verhoren. Maar tot grote woede van de Clintons stond de aanklager erop dat de presidentsvrouw naar het gerechtsgebouw kwam, waar ze een vernederende gang langs een haag van televisiecamera's moest maken. Het verhoor van Clinton zèlf voor de grand jury, op 17 augustus van dit jaar, gebeurde wel in het Witte Huis. Per televisie werd de ondervraging rechtstreeks uitgezonden naar een zaaltje in het gerechtsgebouw waar de leden van de grand jury zaten. Maar omdat één van de juryleden niet aanwezig kon zijn, bedong Starr dat het verhoor op video opgenomen werd. En zo kwam de veelbesproken bandopname tot stand, waar op te zien is hoe Clinton erkent dat hij ,,ongepast intiem contact'' met Lewinsky had, terwijl hij tegelijkertijd volhoudt dat hij niet loog toen hij in januari onder ede verklaarde dat hij geen ,,seksuele relaties'' met haar had gehad - althans volgens de definitie die hij indertijd hanteerde. Een verzoek van Clintons advocaat David Kendall om de band na gebruik te vernietigen, wees Starr resoluut van de hand: in zijn ogen had Clinton onder ede gelogen, waarmee de band het bewijs van een misdaad was. Het rapport van Starr over de affaire-Lewinsky is niet alleen vanwege de vele intieme details gekritiseerd. Ook in zijn opsomming van de elf redenen waarom Clinton aan impeachment onderworpen zou moeten worden, gaat hij volgens velen te ver. Dat de president meineed pleegde maakt hij wel aannemelijk. Maar volgens veel juristen is het vergezocht om Clinton te verwijten dat hij de rechtsgang tegenwerkte toen hij via de rechter probeerde te voorkomen dat zijn juridische adviseurs tegen hem moesten getuigen. ,,Door schijnbaar iedere tegenwerking van Clinton te interpreteren als gedrag dat impeachment rechtvaardigt'', schreef de krant USA Today vorige week, ,,versterkt Starr de verdenking dat hij zijn objectiviteit verloren heeft door het gesar van het Witte Huis.'' Toen Starr in januari van dit jaar stuitte op de affaire-Lewinsky, was dat voor hem een geschenk uit de hemel. Ondanks alle inspanningen in bijna vier jaar, die bij elkaar 40 miljoen dollar hadden gekost, leek zijn onderzoek naar de verschillende schandalen van de president niets op te leveren. Maar met de ontdekking van de heimelijke affaire, en de leugens van Clinton daarover in het proces van Paula Jones, keerden zijn kansen radicaal. Met volle kracht stortten Starr en zijn team zich op de zaak, vastbesloten om de onderste steen boven te krijgen, hoe zeer dat hen, de president en het Amerikaanse volk ook in verlegenheid mocht brengen. Het Witte Huis rest nu de hoop dat die ijver zich tegen Starr zelf zal keren.
|
NRC Webpagina's 21 september 1998
|
Bovenkant pagina |
|