Nederlandsche Bank liet verdachte handelingen toe
Door onze redacteur JOOST ORANJE
ROTTERDAM, 21 AUG. De Nederlandsche Bank
(DNB) is lange tijd op de hoogte geweest van contante kasopnames die een
van de latere hoofdverdachten in het beursfraudeschandaal heeft gedaan.
Daarnaast leefden er bij de toezichthouder op het bankwezen in 1996 al
vragen over de identiteit van de verdachte en over zijn
effectentransacties. DNB greep destijds echter niet in omdat zij
vertrouwde op afspraken die met de betrokken bank waren gemaakt. Een en
ander blijkt uit onderzoek van deze krant op basis van geheime
DNB-notities.
De centrale bank nam in november 1997 wel maatregelen toen in de
publiciteit kwam dat zakenbank Bank Bangert Pontier (BBP) betrokken was
in het beursfraudeschandaal. Tijdens een huiszoeking bij een
cliënt, E.J. Swaab, was honderdduizend gulden aan contanten
gevonden. Het geld bleek afkomstig van BBP. Swaab werd later
hoofdverdachte in 'Operatie Clickfonds'. De BBP-directie moest het veld
ruimen, de bank werd overgenomen door Friesland Bank en er werd aangifte
gedaan bij justitie. Swaab hield bij BBP diverse rekeningen aan op naam
van buitenlandse vennootschappen.
Ook deed hij regelmatig grote contante kasopnames. Volgens het
onderzoeksdossier gaat het om zeven miljoen gulden in de laatste vijf
jaar. Uit een interne DNB-dossiernotitie blijkt dat al op 27 augustus
1996 over Swaab wordt gesproken als ,,een Ierse cliënt die zeer
regelmatig en al jarenlang kasopnamen bij BBP doet zonder dat duidelijk
is welke partij erachter zit; BBP doet hier zaken met een stroman''. Uit
het dossier komt naar voren dat DNB vertrouwde op een aantal maatregelen
die de BBP-directie had voorgesteld om de kasopnames te beperken. Ook
ging DNB ervan uit dat BBP opheldering aan Swaab zou vragen over zijn
effectentransacties. Maar de centrale bank heeft niet actief
gecontroleerd of de afspraken ook werden nagekomen. DNB wil officieel
niet reageren. Bronnen binnen de bank stellen echter ,,dat het juist was
dat we ingrepen bij BBP, maar het had misschien wel wat eerder
gemoeten''.
Het toenmalige Tweede-Kamerlid R. Smits (CDA) heeft in november 1997 aan
minister Zalm (Financiën) gevraagd of er ,,ongebruikelijke
transacties'' zijn gemeld bij DNB. Zalm antwoordde destijds dat DNB eind
1996 in gesprek was met BBP over ,,bepaalde kastransacties''. De
bewindsman gaf geen gedetailleerde informatie over de toen bekende
gegevens bij DNB.