Harde ingreep centrale bank in beursaffaire
Door onze financiële redactie
ROTTERDAM, 11 NOV. Na drieëneenhalf
jaar werken met de wetgeving tegen witwas-transacties vielen gisteren de
eerste prominente slachtoffers in de Nederlandse financiële wereld.
De twee directieleden van Bank Bangert-Pontier moesten gisteren het veld
ruimen, nadat de toezichthoudende Nederlandsche Bank aangifte bij
justitie had gedaan wegens ,,overtreding van de wet melding
ongebruikelijke transacties en melding van zeer veel grote cash
transacties die mogelijk duiden op witwassen''.
De huiszoeking die justitie gisterochtend bij de bank deed is nauw
verweven met het alsmaar uitdijende beursschandaal in Amsterdam. Bij een
klant van Bangert Pontier, de Londense effectenhandelaar E. Swaab, had
justitie eerder huiszoeking gedaan en naar verluidt een ton in contanten
aangetroffen dat juist die dag bij de bank was opgehaald.
Banken moeten sinds begin 1994 contante transacties boven een bedrag van
25.000 gulden rapporteren aan het zogeheten Meldpunt ongebruikelijke
transacties in Zoetermeer. Vorig jaar meldden de banken 8.331
transacties. Daarmee waren zij goed voor de helft van het totaal aantal
meldingen dat binnenkwam (16.087), doordat ook andere dienstverleners,
zoals wisselkantoren en casino's zulke meldingen moeten doen.
Onder banken is lange tijd geklaagd dat justitie zo weinig inzicht gaf
in de manier waarop zij de meldingen gebruikte. Daardoor konden de
banken hun personeel zo moeilijk blijven motiveren. Inmiddels geeft
justitie meer informatie over strafzaken waarin de meldingen goed van
pas komen om het financiële spoor van bijvoorbeeld drugshandelaren
te traceren.
En bankdirecteuren wier aandacht mocht verslappen weten nu wat de
consequenties kunnen zijn: een aangifte door de Nederlandsche Bank en
het verlies van hun baan. De toezichthouder is niet verplicht om
aangifte bij justitie te doen. Banken moeten zelf verdachte transacties
melden, en als de Nederlandsche Bank uit hoofde van regulier
bankentoezicht meldingsplichtige transacties ziet die niet zijn gemeld,
doet zij alsnog zelf opgave aan het Meldpunt.
Dat er bij Bangert-Pontier iets ongebruikelijks gaande was, wist de
centrale bank inmiddels een jaar, zo liet directeur H. Pontier vorige
week nog weten. De bank had de toezichthouder geïnformeerd over
,,een aantal mutaties rondom'' de rekeningen waarvan Swaab
gevolmachtigde was. Bank-Bangert Pontier zag naar aanleiding van eigen
onderzoek toen geen aanleiding de relatie met Swaab te verbreken (wat
inmiddels wel is gebeurd). Wat De Nederlandsche Bank deed, is niet
duidelijk. De centrale bank mag wettelijk geen informatie verstrekken
over individuele banken.
Vorige week moet de accountantsdienst van de Nederlandsche Bank na alle
publiciteit spoedonderzoek hebben gedaan. Bij een adequate administratie
komen grote geldopnames snel uit het systeem rollen en kan tevens worden
vastgesteld of daarin een patroon zit (nam een klant het leeuwendeel
voor zijn rekening?) en of de transacties zijn gemeld in Zoetermeer.
Dat vervolgens beide directeuren zijn afgetreden, maakt duidelijk dat de
uitkomsten van het onderzoek voor de centrale bank onrustbarend moeten
zijn geweest. De Nederlandsche Bank toetst bankdirecteuren bij hun
aantreden niet alleen op deskundigheid, maar ook op integriteit (van
belastingaffaires tot en met eventuele betrokkenheid bij
faillissementen). Als directeuren eenmaal in functie zijn, wil de
Nederlandsche Bank overtuigd blijven van hun integriteit. Als dat
vertrouwen wordt aangetast, wankelt ook de positie van een directeur.
Maar hoe vindt de centrale bank in een weekeinde twee nieuwe directeuren
zonder connecties met de onderzochte bank? Binnen handbereik heeft de
directeur bankentoezicht van De Nederlandsche Bank altijd een lijstje
met ervaren bankiers die desnoods de volgende dag al het heft in handen
kunnen nemen als er bij een bank problemen ontstaan.
De voormalige eerste Nederlandse man bij het kantoor van de Bank of
Tokyo in Amsterdam, S, Schouten, en H. Pieterson, die een vergelijkbare
positie bekleedde bij de Franse bank Société
Générale, namen gisteren bij Bangert Pontier het roer
over.