Swaab bereid te praten, maar alleen als vrij
man
Bijna had hoofdverdachte Eddy
Swaab in het Clickfondsonderzoek toch nog een verklaring aan Justitie
afgelegd. Maar hoofdofficier Vrakking ging niet akkoord met een
deal.
Door onze redacteur JOOST ORANJE
AMSTERDAM, 17 OKT. Een huiszoeking in de Amsterdamse P.C. Hooftstraat,
oktober 1997. Hoe vaak zal men achter de gesloten deuren van het
Amsterdamse parket van het Openbaar Ministerie de afgelopen jaren aan
dat moment hebben teruggedacht? Het was een van de vele huiszoekingen
bij de start van het grote beursfraudeonderzoek ('Operatie Clickfonds'),
maar, naar later zou blijken, wel een bijzondere, daar in het
appartement van Eddy Swaab. De effectenhandelaar meldde zich de dagen
daarna eigener beweging: wat er eigenlijk precies aan de hand was? Of er
misschien te praten viel over een en ander? "Nee meneer, u komt later
aan de beurt", was er toen geantwoord.
Enkele weken later, toen het Clickfondsteam zich in de handel en wandel
van Swaab verdiepte, bleek pas dat hij volgens justitie een 'grote vis'
was en werd hij gekroond met het predikaat 'hoofdverdachte'. Maar toen
was het te laat. Na advies van zijn raadslieden, die om zich heen zagen
hoe de ene na de andere coryfee uit de beurswereld achter de tralies
verdween, week Swaab uit naar zijn tweede vaderland, Zwitserland.
Drie jaar later is er sprake van een klassieke patstelling. Justitie
mist Swaabs belangrijke verklaringen in het Clickfondsdossier, Swaab kan
tot zijn ongenoegen geen kant op. Dat laatste klemt des te meer omdat
hij graag in Londen weer leiding wil geven aan zijn bedrijf,
Financial Trading and Consultancy (FTC). Na een akkefietje met de
Britse toezichthouder heeft Swaab onlangs weer toestemming gekregen om
zijn werk te hervatten. Maar zolang het internationale opsporingsbevel
van kracht blijft, kan hij niet reizen. Justitie op haar beurt hikt aan
tegen het omvangrijke gedeelte in het Clickfondsdossier waar Swaab een
rol speelt. Het OM verdenkt hem, naast een omvangrijke belastingfraude,
van het doen van talloze "dubieuze transacties". Swaab zou medewerkers
van financiële instellingen hebben omgekocht en met hun informatie
lucratieve effectentransacties hebben gedaan. Een zwaar verwijt dat
overigens, gezien het dossier, nog niet zo simpel te bewijzen valt.
Weliswaar zijn talloze transacties en geldstromen blootgelegd, maar de
strafbaarheid daarvan is niet makkelijk aan te tonen. Vandaar dat er,
ter completering van het dossier, heel wat vragen aan Swaab te stellen
zijn.
Praten lijkt dus in beider belang en officier De Graaff kondigde tijdens
een eerdere rechtszaak dan ook al aan dat er onderhandelingen geopend
waren. Swaab bleek echter als harde eis te hebben dat het
opsporingsbevel van tafel gaat. Volgens zijn raadslieden was daar eind
deze zomer een akkoord over bereikt. Uit een brief van officier van
justitie H. de Graaff aan een van Swaabs advocaten, prof. P. Baauw,
blijkt in elk geval dat er kennelijk overeenstemming was over een
verhoor. De Graaff schrijft dat de rechter-commissaris een mogelijkheid
in zijn agenda heeft kunnen vinden in de week van 22-25 augustus. "Ik
geef er de voorkeur aan uw cliënt in Zwitserland te horen in het
kader van een door de rechter-commissaris uitgezonden rogatoire
commissie." De Graaff gaat er voorts mee akkoord dat Swaab niet als
getuige zal worden gehoord in de zaken van andere verdachten. Verder
blijkt dat Swaab heeft aangeboden een borgsom te storten voor het geval
hij toch nog in Nederland gehoord zou worden. De Graaff vindt dat niet
nodig: "Ten aanzien van het aanbod van uw cliënt om ter borging van
gemaakte afspraken een zekerheid te stellen heb ik u kenbaar gemaakt dat
ik ervan uitga dat tussen u en mij gemaakte afspraken zullen worden
nagekomen." Over het opsporingsbevel schrijft De Graaff: "Het handhaven
van de internationale signalering van uw cliënt neem ik bij dit
alles in overweging."
Daarmee was volgens Swaabs raadslieden alles in kannen en kruiken. Zij
wijzen erop dat hun cliënt "graag" een verklaring wil afleggen,
"maar wel als vrij man". Volgens de advocaten was vanaf het begin af aan
duidelijk dat het opsporingsbevel ingetrokken moest worden en was dat
ook toegezegd. "Als het OM dat niet had gewild, dan vraag ik me af
waarom er überhaupt onderhandelingen zijn aangegaan", stelt
een van de raadslieden. Toen het echter puntje bij paaltje kwam zou De
Graaff tegen de advocaten hebben gezegd dat tot zijn spijt hoofdofficier
Vrakking niets voelde voor een deal. Een woordvoerder van het OM
bevestigt dat Vrakking geen fiat heeft gegeven, maar ontkent met klem
dat De Graaff buiten zijn boekje zou hebben onderhandeld: "Onzin. Dit
was een regulier onderhandelingssproces waarin de hoofdofficier altijd
de laatste stem heeft. Hij vond dat Swaab als iedere andere verdachte
moest worden behandeld, zonder aparte voorwaarden." Inmiddels achten
Swaabs raadslieden de kans dat hun cliënt alsnog een bijdrage aan
het dossier zal leveren "minimaal".