Spil in Clickfonds komt niet getuigen
Door onze redacteur JOOST ORANJE
AMSTERDAM, 17 OKT. De kans dat
E. Swaab, de belangrijkste verdachte in de beursfraudezaak ('Operatie
Clickfonds'), nog een verklaring zal afleggen is zo goed als verkeken.
Onderhandelingen tussen hem en het Openbaar Ministerie (OM) over een
getuigenis zijn op niets uitgelopen. De Amsterdamse hoofdofficier H.
Vrakking wilde uiteindelijk geen fiat geven voor een deal.
Dat valt op te maken uit vertrouwelijke correspondentie tussen het OM en
Swaabs raadslieden. Uit de stukken blijkt dat justitie bereid was om,
met de rechter-commissaris, in Zwitserland een verklaring op te nemen.
Swaab, de enige Clickfonds-hoofdverdachte met wie justitie nog nooit
heeft gesproken, heeft de Nederlandse en de Zwitserse nationaliteit.
Hij wist bij de start van Operatie Clickfonds naar dat land te
ontkomen. Zwitserland levert geen eigen staatsburgers uit. Sinds 1998
kan Swaab niet meer reizen omdat hij internationaal door justitie staat
gesignaleerd. Swaabs bijdrage aan het dossier is niet alleen belangrijk
voor zijn eigen zaak,maar ook voor die van een aantal andere
verdachten. Justitie verdenkt Swaab onder meer van omkoping van
personen uit de financiële wereld. Een aantal van hen komt in
november voor de rechter.
Volgens een van zijn raadslieden wil Swaab "graag" een verklaring
afleggen en had officier van justitie H. de Graaff toegezegd dat het
opsporingsbevel van tafel ging: "Maar op het laatste moment is hij tot
zijn spijt teruggefloten door hoofdofficier Vrakking. Dat heeft De
Graaff ons zelf bevestigd."
Een woordvoerder van het Amsterdamse parket erkent dat Vrakking geen
fiat wilde geven aan een overeenkomst: "Hij wilde een behandeling als
van iedere andere verdachte, zonder aparte voorwaarden. Van
terugfluiten is geen sprake. Dit was een regulier
onderhandelingsproces, waarin de hoofdofficier altijd de laatste stem
heeft."
Vrakking zei eerder tegen deze krant dat Swaab desnoods bij verstek zal
worden veroordeeld: "De Bouterse-variant, zeg maar." Zijn raadslieden
achten de kans dat hun cliënt alsnog een verklaring aflegt
"minimaal".