Ondernemers krijgen stelsel met gebreken
Ondernemers zien op tegen de
extra administratieve lasten die het gevolg zijn van de
belastingherziening per 1 januari. Alleen 'echte' ondernemers hebben
voordeel bij het nieuwe fiscale stelsel.
Door onze redacteur EGBERT KALSE
DEN HAAG, 5 DEC. Eigenlijk is het belastingplan voor ondernemers nog
lang niet af. Tot ver in 2001 zullen nog wijzigingen worden doorgevoerd.
Dat neemt niet weg dat ook de ongeveer 500.000 ondernemers in Nederland
komende maand te maken krijgen met een drastisch gewijzigd fiscaal
stelsel. Het Ondernemerspakket, ofwel de belastingherziening 2001 voor
bedrijven, wordt per 1 januari gewoon ingevoerd - inclusief
onvolkomenheden.
De belangrijkste wijzigingen voor ondernemers lopen grotendeels parallel
met de wijzigingen voor particulieren. Resumerend: er komen drie
belastingboxen. Box 1, voor inkomen uit werk en woning. Hierin geldt
een progressief tarief, waarbij de belastingdruk toeneemt naarmate het
inkomen stijgt (toptarief: 52 procent). In deze categorie vallen ook de
zogenoemde IB-ondernemers, die voor eigen rekening en risico werken en
daar geen BV of NV voor hebben. Box 2 is bedoeld voor mensen die 5
procent of meer (een 'aanmerkelijk belang') bezitten van een besloten
of naamloze vennootschap. Zij betalen over dividend een heffing van 25
procent; de winst van de vennootschap wordt belast met 35 procent. In
Box 3 ten slotte valt inkomen uit vermogen; de heffing hierop komt neer
op 1,2 procent van dat vermogen.
Tot de nieuwigheden voor ondernemers behoort de zogenoemde
ondernemersaftrek. Dat is een samenstel van aftrekposten uit het
huidige systeem, waaronder de zelfstandigenaftrek, de meewerkaftrek en
de stakingsvrijstelling.
Een andere wijziging is dat alleen 'echte' ondernemers van alle
aftrekposten mogen profiteren. Voor wat een echte ondernemer is gelden
criteria. Zo moet hij ten minste 1.225 uur per jaar aan zijn
onderneming besteden en ten minste de helft van het aantal werkzame
uren aan het ondernemerschap. Ook moet een ondernemer winst genieten
uit de onderneming en moet hij ondernemersrisico lopen.
Deze voorwaarden scheiden ondernemers van bijvoorbeeld werknemers met
nevenactiviteiten. De ambtenaar die in de avonduren een
automatiseringsbedrijfje runt voldoet niet aan alle criteria en kan
slechts een deel van de aftrekposten gebruiken.
In het huidige stelsel profiteren te veel 'schijnondernemers' van de
belastingvoordelen van het ondernemerschap, vindt de fiscus. Een
voorbeeld daarvan zijn de commanditaire ('stille') vennoten. Zij bieden
slechts financiële ondersteuning aan een bedrijf, en hun risico is
niet groter dan het bedrag dat zij hebben geïnvesteerd. Voor hen
is het aantal typische ondernemersaftrekposten vanaf 1 januari dan ook
beperkt. Hierdoor komt bijvoorbeeld een eind aan de populaire
scheepvaart- en (per 2002) film-CV's. Voor 'echte' ondernemers brengt
het nieuwe stelsel overigens niet alleen verbeteringen. Zo is daar de
veelbesproken meesleep- en meetrekregeling, officieel de
'terbeschikkingstellingsregeling'. Ze is bedoeld om te voorkomen dat
ondernemers bijvoorbeeld onroerend goed op naam van iemand anders
zetten, puur en alleen om fiscaal voordeel te behalen. Daartoe heeft de
fiscus een onderscheid aangebracht tussen overdracht aan familie en aan
derden. Dat is discriminatie, vindt ondernemersorganisatie MKB-
Nederland.
Ook voor de 'doorschuifregeling' gelden strenge voorwaarden. Een bedrijf
kan alleen belastingvrij worden overgedragen aan een opvolger als deze
al drie jaar mede-ondernemer is. Naar alle waarschijnlijkheid zal deze
regeling volgend jaar veranderen, zodat ook medewerkers in aanmerking
komen voor deze 'geruisloze bedrijfsoverdracht'.
Staatssecretaris Wouter Bos (Financiën) zei het vorige week zelf
nog in de Tweede Kamer: "Ik heb de scherpe kantjes er zo goed mogelijk
afgevijld, maar er blijven nog wel wat puntjes over." Hij weigert op
korte termijn grote ingrepen te doen in het stelsel, omdat dat tot
"systeemschade" zou leiden. Van een overgangsregime tussen 1 januari en
de dag dat alle onvolkomenheden zijn aangepast is geen sprake. Dat
betekent dat ondernemers te maken krijgen met regels die in eerste
instantie slecht voor een aantal van hun kunnen uitpakken, terwijl ze
weten dat de regels later soepeler worden.
Een belangrijk negatief effect van het nieuwe belastingstelsel is
volgens ondernemers de toename van de administratieve druk. De
striktere criteria die de wet aan het ondernemerschap stelt nopen tot
veel meer registratie. Weliswaar dient een overheidscommissie onder
leiding van oud-staatssecretaris Linschoten iedere wet te beoordelen op
administratieve lasten, maar het belastingplan passeerde zonder deze
toets.
Daardoor kon het gebeuren dat voor bedrijfsauto's op grijs kenteken
straks een nauwkeurige rittenadministratie moet worden overlegd om de
gebruikskosten te kunnen aftrekken. Nu is dat niet nodig. En ook
zakelijke diners krijgen een bijsmaak. Per werknemer mogen straks nog
tachtig etentjes worden vergoed. Betaalt de werkgever meer dan tachtig
diners, dan moet hij dat melden bij de fiscus en over dat meerdere
belasting betalen. Ten slotte is daar het urencriterium, op basis
waarvan de ondernemer zijn aftrekposten kan binnenhalen. Hij moet dan
wel vanaf 1 januari 2001 aantonen dat hij het benodigde aantal van
1.225 uren heeft gewerkt. Runt hij een zogeheten man-vrouw-firma, dan
moeten beide partners aantonen dat ze een substantieel deel van hun
tijd in de onderneming hebben gestoken.
Dit is deel 2 in een serie over het nieuwe belastingstelsel. Het
eerste artikel verscheen op 2 december.