|
|
Bibliotheken vrezen gevolgen Europese Databankrichtlijn
Door onze redacteur MARIE-JOSÉ KLAVER De richtlijn vormt daarom een bedreiging voor de openbare bibliotheek, zei Van de Velde, die ook voorzitter is van de Federatie van Organisaties in het Bibliotheek-, Informatie- en Documentatiewezen (FOBID), tijdens een debat over het publieke domein in Paradiso in Amsterdam. Van de Velde is bang dat bibliotheken in de toekomst voor elk artikel dat via een elektronische databank wordt opgevraagd, gelezen of afgedrukt moeten gaan betalen, omdat de Databankrichtlijn het eigenaren van databanken heel gemakkelijk maakt om geld voor de raadpleging van gegevensverzamelingen te eisen. "Toegang bieden tot informatie, de voornaamste taak van openbare bibliotheken, wordt door de invoering van de Databankrichtlijn te duur", zei Van de Velde. Een voorbeeld van informatie die nu nog gratis door bibliotheken kan worden aangeboden en straks wellicht niet meer, is een elektronisch overzicht van de inhoudsopgaven van tijdschriften, aldus Chris Groeneveld, juridisch medewerker van de FOBID en beleidsmedereker van de Koninklijke Bibliotheek. Tijdens de discussie over het publieke domein, waartoe onder meer veel informatie, kunst en cultuur worden gerekend, verweet Van de Velde de Europese Commissie bewust schaarste op de elektronische informatiemarkt te creëren door de invoering van de Databankrichtlijn. "In het spanningsveld tussen informatievoorziening en de handhaving van het auteursrecht delft de vrije toegang tot informatie steeds vaker het onderspit." Volgens Van de Velde doet de overheid burgers die in bibliotheken informatie willen raadplegen tekort door de strenge handhaving van het auteursrecht. "Er wordt steeds meer informatie aan het publieke domein onttrokken omdat er een economische waarde aan wordt toegekend." Als voorbeeld van de kaalslag in het publieke domein noemde Van de Velde het verbod op de Literom, een cd-rom met 50.000 boekbesprekingen. De Literom werd door de rechter verboden op grond van de Auteurswet. Alleen als bibliotheken met de auteurs van de recensies afspraken zouden maken, bijvoorbeeld over betaling voor elke raadpleging van de Literom, mocht de digitale knipselkrant verder gebruikt worden. Volgens het NBLC is het ondoenlijk om te meten hoeveel recensies op de Literom worden geraadpleegd. Het gevolg van het verbod is dat de meeste openbare bibliotheken nu niet meer over recente boekbesprekingen beschikken. Het merendeel van de bibliotheken is namelijk gestopt met het bijhouden van de papieren knipselkranten toen de Literom in 1992 werd ingevoerd, ook al wisten ze dat de cd-rom juridisch omstreden was en verboden zou kunnen worden. "Terwijl informatie steeds gemakkelijker en goedkoper verspreid kan worden door nieuwe technologieën als cd-rom en Internet, wordt informatie op kunstma tige wijze steeds duurder gemaakt door het auteursrecht en de Databankrichtlijn", betoogde Van de Velde. De FOBID bepleit een uitzonderingspositie voor bibliotheken als het gaat om auteursrechten en databanken, gezien de maatschappelijke taak van bibliotheken. Omdat informatie een steeds grotere rol speelt in de samenleving, moet de vrije toegang tot in formatie gegarandeerd blijven. Anders ontstaat er volgens de FOBID een ongewenste maatschappelijke tweedeling tussen 'information haves' en 'information have nots'.
|
NRC Webpagina's
20 april 1998
|
Bovenkant pagina |