|
|
![]() ![]() ![]() ![]() ![]() ![]() ![]() |
![]()
NIEUWSSELECTIE ![]() Rapport Orgaanverzameling (Liverpool)
|
Pathologen: nabestaanden beter informeren over
sectie
Door een onzer redacteuren
De NVVP reageert op patholoog R. Veldhuizen, die gisteren zei dat ook in Nederland veel nabestaanden niet weten dat een overledene op wie sectie is verricht, wordt begraven terwijl organen nog voor onderzoek in het lab liggen. Veldhuizen is een directe collega van D. van Velzen die in Groot-Brittannië onder vuur ligt wegens een verzameling van 800 potten met organen en weefsel van overleden kinderen. De Nederlandse Wet op de lijkbezorging eist dat nabestaanden toestemming voor obductie wordt gevraagd, tenzij de overledene die al had gegeven. Toestemming is niet nodig als een officier van justitie voor een strafrechtelijk onderzoek sectie eist. Ook de inspectie van de volksgezondheid heeft geen toestemming nodig. De meeste ziekenhuizen nemen aan dat wanneer toestemming is gegeven voor obductie, tegen het anoniem bewaren van organen voor onderwijs of onderzoek geen bezwaar bestaat. "De reacties maken duidelijk dat het publiek niet op de hoogte is van onze manier van werken", zegt prof.dr. A.C. Gittenberger-De Groot, hoogleraar anatomie en embryologie in Leiden. "Ziekenhuizen en artsen hebben hier een taak." De zeven Nederlandse academische ziekenhuizen verrichten jaarlijks elk 200 tot 400 obducties. Uitgenomen organen moeten na uiterlijk drie maanden worden gecremeerd. Of nabestaanden dit weten, is niet altijd duidelijk. "Goed uitleggen is niet altijd goed begrijpen", zegt woordvoerder R. Verhagen van het Academisch Ziekenhuis Groningen. De omvang van de onderwijs- en onderzoekcollecties loopt uiteen. In Leiden bestaat een grote onderwijscollectie van 2.000 hart-longpreparaten van kinderen, in verband met de specialisatie in kinderhartchirurgie. Daarnaast is er een algemene onderwijscollectie van 200 organen.
Zie ook:
'Ik heb mezelf overschat' (10 februari 2001) |
NRC Webpagina's 10 FEBRUARI 2001
|
Bovenkant pagina |
|