|
|
|
NIEUWSSELECTIE Dossier Olympische Spelen
|
Olympia
De sport zelf, waar het de afgelopen twee weken in Sydney allemaal om ging, was bovendien van een hoog niveau. De wedstrijden hadden nagenoeg alles wat sport boeiend maakt. Er werden records gebroken - hoewel het aantal bij met name het atletiektoernooi tegenviel, er waren onvoorziene winnaars en onverwachte verliezers. De vraag is alleen of er niet te veel sporten worden beoefend. In de oudheid draaide het om de wedlopen, de vijfkamp, het worstelen en het wagenrennen. In Athene in 1896, bij het begin van de moderne Spelen, ging het om negen takken van sport. Dit keer werd er om maar liefst 301 gouden medailles gestreden. Inflatie dreigt. Het Internationaal Olympisch Comité zou komende jaren pas op de plaats moeten maken. Dit kan, nu voorzitter Samaranch vertrekt voor wie 'groter' een ander woord voor 'beter' was. Een smet die zich in Sydney wederom niet liet wegpoetsen was het gebruik van doping. Voor en tijdens deze Spelen werden weer sporters betrapt. Schone Spelen: het is en blijft een illusie. Dat besef mag niet leiden tot een laconieke houding. De inventiviteit op dopinggebied is groot. Niet alleen sportlieden zullen in hun jacht naar records nieuwe grenzen zoeken, hun verzorgers ook. Wat voor middelen worden nu al gebruikt waarvan het bestaan slechts in zeer kleine kring bekend is? Gedogen zou ongetwijfeld het einde van de Olympische Spelen betekenen.
NEDERLAND KIJKT TERUG op de succesvolste Spelen ooit. Nimmer werden zoveel medailles behaald. Nederland heeft menig groter land achter zich gelaten. Twaalf gouden, negen zilveren en vier bronzen medailles zijn een opmerkelijk resultaat. Hoewel een dosis geluk soms een rol speelde, is de conclusie dat Inge de Bruijn, Leontien van Moorsel, Pieter van den Hoogenband, Mark Huizinga, de hockeyers, Anky van Grunsven, Jeroen Dubbeldam en zij die zilver of brons wonnen, sportlieden zijn van uitzonderlijke klasse, getraind volgens moderne inzichten en uitgerust met het beste materiaal. Sporters komen en gaan. Sydney is daarom geen garantie voor nieuw succes. Daarvoor is tijd nodig, en geld en goede ideeën. Deze Spelen hebben, wat een deel van de Nederlandse sport betreft, laten zien dat zulke investeringen de moeite waard zijn. Maar daarbij mag het niet blijven. Internationale successen kunnen nog zo trots stemmen, het gaat eerst en vooral om de sportbeoefening in de breedte. Alles begint op de veldjes of in de zaaltjes, waar jonge mensen voor hun plezier aan sport doen en intussen spelenderwijs sociale vaardigheden opdoen. Het amateuristisch enthousiasme op dit vrijwilligersniveau is de basis voor het professionalisme aan de top. Topsport en recreatieve sport gaan daarom hand in hand. Dat zou, zodra de vreugde tot dagelijks proporties is teruggebracht, de les van Sydney moeten zijn.
|
NRC Webpagina's 2 OKTOBER 2000
|
Bovenkant pagina |
|