|
|
|
NIEUWSSELECTIE
|
'Ik weet zeker dat Nadia is begonnen'
AMSTERDAM, 25 MAART. Ze waren vriendinnen, de Marokkaanse meisjes Nadia (15) en Amal (15). Een maand geleden kreeg Nadia een vriendje, een Marokkaanse jongen uit hun buurt. Amal wilde dat vriendje ook, ze was jaloers. Nadia en Amal kregen ruzie. Nadia had een groepje Marokkaanse meisjes om zich heen, Amal ook. Al twee keer hadden ze gevochten. In een discotheek, een paar weken geleden, en afgelopen zondag, in een buurthuis in de wijk Osdorp. Dat is het verhaal dat Nadia's klasgenoten vertellen, een dag nadat Nadia door een tram werd overreden bij de halte Jan van Galenstraat in Amsterdam-West. Ze viel op de rails, of ze werd geduwd. Volgens politiewoordvoerder Klaas Wilting was er meer aan de hand dan een 'gewone meidenruzie'. Hij zegt dat hij het verhaal over het vriendje niet kent. Het klopt, zegt hij, dat er twee 'hoofdpersonen' waren die al langer ruzie hadden. De ene, Nadia, is nu dood. De ander zit vast op verdenking van dood door schuld. Meer wil hij er niet over kwijt. Nadia en haar Marokkaanse vriendinnen uit de klas, Elnaz (16) en Loubna (15), waren om drie uur donderdagmiddag bij de halte. Nadia zag Amal, tegen haar vriendinnen zei ze: "Kom, we gaan vechten!" De meisjes scholden elkaar uit. Volgens een andere vriendin van Nadia, Marlous (16), was Nadia de eerste die een duw gaf, tegen Amals schouder. Marlous: "Ik weet zeker dat Nadia is begonnen. Nadia was een vechtertje." Amal duwde terug, zeggen de vriendinnen. Nadia viel op het spoor, ze probeerde op te staan en over de gele balk naast de rails te klimmen. Er kwam een tram aan. Loubna: "Nadia zag die tram, en toen bewoog ze niet meer." Loubna keek niet, ze hóórde alleen maar dat haar vriendin werd doodgereden. De vriendinnen van Nadia, die bij haar in mavo-3 zaten, op de Montessori scholengemeenschap Amsterdam-West, staan de hele vrijdag bij de halte. Ze hebben bloemen op de rails gegooid. Er liggen ook bloemen onder een zuil van glas waarop een foto van Nadia is geplakt en een gedicht van een jongen uit de klas: 'Voor de allerliefste Nadia. Kon ik je nog maar één keer zien.' De hele vrijdagmiddag komen vriendinnen en klasgenoten langs de zuil. Ze huilen, ze omhelzen elkaar. Een jongen zegt: "Dat wijf is vrijgelaten." Hij bedoelt Amal. Wat hij zegt, klopt niet. Amal zit vrijdag nog vast. Een vriendin die samen met haar was gearresteerd, is wel vrijgelaten. Nadia's vriendinnen beginnen te schreeuwen: "Dat kankerwijf! Hoe kan die nou vrij zijn. Die had hier op die rails moeten liggen. Niet Nadia." En: "We maken haar dood!" In zijn kantoor op de Montessori-mavo zegt directeur Wim Ruijsendaal, dat hij niets wist van de ruzie. Amal zat niet op zijn school. Een jaar geleden had Nadia ook gevochten met een meisje van een andere school. Ruijsendaal had er met haar over gepraat. "Ze begreep toen wel dat geweld niet de oplossing was voor een ruzie." Schooldirecteur Ruijsendaal vond dat Nadia de laatste tijd "opmerkelijk positief aanwezig was", een "gouden meid". Volgens hem was Nadia "een betrokken meisje, dat slecht tegen onrecht kon, en ze kon goed voor zichzelf opkomen". Nadia was een 'leiderstype', ze had wat te vertellen op school. Ruijsendaal: "Als er een conflict was op school, en wij wisten er geen raad meer mee, dan praatten we met haar. En zij bemiddelde dan." Volgens de directeur was Nadia gisteren op school nog vrolijker dan anders. Het was mooi weer, ze praatte met iedereen, maakte grappen. Volgens Fatima (17), die een klas hoger zat, was Nadia gisteren "een beetje in de war". "Ze had gezegd dat ze zou gaan vechten. Ze was na school naar huis gegaan om zich te verkleden. Ze droeg een spijkerjasje en een spijkerbroek, misschien dacht ze dat ze in losse kleren beter kon slaan." Vrijdag aan het begin van de middag staan er zo'n vijftien politiemannen bij de halte. Ze hebben gehoord dat er een 'kranslegging' zou zijn. Maar er gebeurt niets. De klasgenoten staan bij de zuil en huilen. Een dag eerder, na het ongeluk, braken er rellen uit in de buurt. De politie moest optreden tegen groepen van vooral Marokkaanse jongeren, de ambulance kon er nauwelijks doorheen komen. Waarom de jongeren de politie en de ziekenwagen hinderden, is onduidelijk. "Ze wilden met hun kop in de krant", zegt een politieman bij de halte, op vrijdagmiddag. "Je wordt doodziek van die jongens hier."
|
NRC Webpagina's
25 MAART 2000
|
Bovenkant pagina |