|
|
|
NIEUWSSELECTIE Dossier Tour de France
De hele krant op NRC's Webeditie voor het buitenland
|
Armstrong wacht nieuwe krachtproef
Door onze redacteur JAAP BLOEMBERGEN
Armstrong hield gisteren in Metz een aantal slagen om de arm. Hij heeft weinig ervaring met de bergetappes in de Tour. Hij heeft weinig ervaring om de gele trui te verdedigen. En hij heeft in theorie weinig goede helpers in de Alpen en de Pyreneeën. Zijn vriend en trainingspartner Jonathan Vaughters is vorige week uitgevallen. Van de overige teamleden bij US Postal wordt betwijfeld of ze wel goed bergop kunnen fietsen. Over de klimcapaciteiten van Armstrong zijn de meningen verdeeld. Hij stond jarenlang bekend als krachtpatser die vooral uitblonk in vlakke, eendaagse wedstrijden. Met zijn brede dijen leek hij ongeschikt voor het hooggebergte. Toen Armstrong in het najaar van 1996 bekendmaakte dat hij aan teelbalkanker leed, waren de reacties van de insiders eenduidig: "Lance wordt misschien wel beter, maar hij zal nooit meer kunnen uitblinken in een grote ronde." De realiteit leerde anders. Armstrong overleefde liefst drie operaties en nog eens vier kuren chemotherapie. Hij werd in de steek gelaten door zijn Franse werkgever Cofidis die hem slechts een kwart van het contractueel toegezegde salaris uitkeerde. Hij vertrok in 1997 naar US Postal en verbaasde in 1998 met een aantal mooie uitslagen. Hij werd vierde in de Ronde van Spanje en twee keer vierde bij het wereldkampioenschap in Valkenburg. Dit voorjaar verloor hij met banddikte verschil van Michael Boogerd in de Amstel Goldrace. Opnieuw een nederlaag, volgens de buitenwereld. Maar de pas genezen patiënt was al lang blij dat hij weer kon hardfietsen. In de Tour-proloog in Le Puy du Fou proefde Armstrong ruim een week geleden de zoete smaak van de overwinning. In de tijdrit leverde hij gisteren een verbluffende prestatie. "Ik ben nu dood", sprak de winnaar na afloop. "Ik ben nog nooit zo moe geweest in mijn leven. Gelukkig heb ik maandag een rustdag om te herstellen." Armstrong had het zware, winderige parcours afgelegd met een gemiddelde snelheid van bijna vijftig kilometer per uur. Hij versloeg de Zwitser Alex Zülle, die zich door een eerdere valpartij in de Tour kansloos waande voor de gele trui, met een verschil van 58 seconden. Armstrong passeerde onderweg de Spanjaard Abraham Olano, die uit de bocht vloog en in slow motion tegen een stootkussen botste. Van de overige concurrenten stelden de Oost-Europeanen Pavel Tonkov en Alexandre Vinokourov diep teleur. Zij realiseren zich nu dat de Tour niet valt te vergelijken met de Dauphiné Libéré of de Ronde van Zwitserland. Armstrong legde de basis voor zijn krachtsexplosie in het vroege voorjaar. Twee dagen voor de Amstel Goldrace verkende hij het parcours van de tijdrit. Hij kwam tot de conclusie dat de twee klimmetjes loodzwaar waren en de twee afdalingen levensgevaarlijk. Hij waarschuwde zijn ploeggenoten en hij verzuimde zijn landgenoot Bobby Julich te attenderen op "die steile bocht naar links". De nieuwe kopman van Cofidis, vorig jaar derde in Parijs en dit jaar een grote kanshebber, vloog in volle vaart uit de bocht. Julich brak zijn elleboog en moest de wedstrijd staken. Op hetzelfde moment, maar op een ander gedeelte van het parcours, overkwam Armstrong bijna een soortgelijk ongeluk als Julich. Hij ontdekte net op tijd dat een overstekend jongetje in een flauwe bocht zijn pad kruiste. Met een snelle stuurbeweging werd een ongeluk voorkomen. Armstrong hekelde na afloop de gevaarlijke situaties in de Tour. "Er komen steeds meer auto's en caravans op onze weg. Heel curieus." De Fransman Richard Virenque werd tot zijn grote woede zelfs bijna een halve minuut opgehouden door auto's van sponsors met belangrijke en (vooral) onbelangrijke gasten. Armstrong heeft in de tijdritten veel baat bij zijn nieuwe, aerodynamische houding op de fiets. Op advies van de Spaanse wielerheld Miguel Indurain, een tijdritspecialist van het zuivere soort, zit hij tegenwoordig meer voorovergebogen. Maar de grootste winst boekte Armstrong op de weegschaal. Hij torst morgen in de Alpen nog slechts 65 kilo mee naar boven. Hij weegt tien kilo minder dan in 1996. "Ik heb dunne benen nodig om de Tour te winnen", luidde zijn grootspraak in het voorjaar. In de Route du Sud en de Dauphiné Libéré deed hij de critici versteld staan van zijn souplesse. Die proeve van bekwaamheid belooft weinig goeds voor de concurrentie. Het grootste gevaar voor Armstrong schuilt de komende dagen uit onverwachte hoek. De Spanjaarden Alvaro Gonzalez en Santos Gonzales (geen familie) kunnen wellicht voor een verrassing zorgen. Van de bekende namen lijkt de Zwitser Laurent Dufaux de grootste outsider. Hij staat zevende en hij heeft een achterstand van ruim vier minuten op de klassementsleider. Maar Dufaux is geen Pantani, stelden een aantal ingewijden vast. Zij verwachten een voorspelbaar koersverloop in de resterende veertien dagen. "Het wordt tijd dat de Franse justitie ingrijpt", sprak een van de cynische commentatoren in de karavaan.
|
NRC Webpagina's
12 JULI 1999
|
Bovenkant pagina |