|
|
|
NIEUWSSELECTIE Europese Unie
De hele krant op NRC's Webeditie voor het buitenland
|
Prodi maakt zijn beloftes niet waar
BRUSSEL, 9 JULI. De samenstelling van de nieuwe Europese Commissie zou heel anders gaan dan tot nu toe gebruikelijk was. Vanaf zijn benoeming in maart door de regeringsleiders van de Europese Unie is Romano Prodi, de beoogde voorzitter van de Europese Commissie, niet moe geworden om dit te herhalen. De vorming van de nieuwe Commissie, waarvan vandaag de bezetting bekend werd, is echter op de gebruikelijke koehandel uitgelopen. Vorige maand vertelde Prodi de Europese regeringsleiders in Keulen hoe hij in overleg met hen een "top class team" wilde samenstellen. Het besef dat de lidstaten zelf zouden willen bepalen wie zij naar Brussel sturen en dat zij allemaal achter de belangrijkste portefeuilles zouden aanjagen, kwam in zijn betoog niet voor. Prodi wilde eurocommissarissen waarin hij "volkomen vertrouwen" zou hebben. Hij streefde naar meer vrouwen dan de vijf die in de aftredende Commissie zitten. Hij had zeggenschap om kandidaat-eurocommissarissen af te wijzen als zij onvoldoende pasten bij de portefeuilles die hij beschikbaar had. Prodi kondigde aan een Commissie te zullen samenstellen met "een hoog niveau van politieke en economische ervaring". Dat zou voor eurocommissarissen belangrijker zijn dan de politieke kleur, "zoals in het verleden dikwijls het geval is geweest". De Europese regeringsleiders hoorden Prodi beleefd aan. Aanwezigen vertelden dat zij geen enkel commentaar op zijn plannen gaven. Vervolgens is de beoogd voorzitter van de Europese Commissie aan een reis langs de Europese hoofdsteden begonnen. Hij heeft zich snel neergelegd bij de werkelijkheid die onveranderd bleek te zijn. Prodi heeft eurocommissarissen aanvaard die niet aan zijn eisen voldoen. Zo heeft hij eurocommissarissen geslikt die regeringen hem om binnenlandse politieke reden hebben opgedrongen. Hij heeft moeten afzien van kandidaten die zijn eigen voorkeur hadden. Hij heeft tenslotte in strijd gehandeld met zijn eigen uitspraak dat ervaring belangrijker is dan politieke kleur, en dat zijn Commissie steun moest kunnen krijgen van de twee grootste fracties in het Europees Parlement, de christen- democratisch/conservatieve en de socialistische. Prodi heeft in de Europese hoofdsteden bot gevangen en niet anders weten te doen dan zich daarbij neerleggen. In Parijs heeft hij Michel Barnier, de voormalige gaullistische minister van Europese Zaken, voor zijn Commissie aanvaard. Hij had zelf de voorkeur gegeven aan Yves-Thibault de Silguy, de Franse eurocommissaris voor Monetaire Zaken van de aftredende Commissie. Hij heeft ook de Franse socialist Pascal Lamy niet afgewezen, hoewel hij over hem aarzelde. Op Lamy is kritiek te verwachten van het Europees Parlement, omdat hij als ex-kabinetschef van voormalig commissievoorzitter Jacques Delors in het begin van de jaren negentig een belangrijke rol speelde bij het opzetten van projecten zonder dat er voldoende financiële controle was. De Deense regering besloot dat Poul Nielson, minister van Ontwikkelingssamenwerking, naar Brussel moest. Prodi had ondanks haar bijnaam ijskoningin, liever de huidige Deense eurocommissaris van Milieu, Ritt Bjerregaard, gehad om het aantal vrouwen in zijn Commissie te verhogen. Haar vertrek uit Brussel betekent dat Prodi's streven naar meer dan vijf vrouwen in de Commissie op niets is uitgelopen. De Spaanse regering heeft Prodi een vrouw bezorgd, Loyola de Palacio, die hij bij voorkeur niet had gehad. Haar departement van Landbouw in Madrid is verwikkeld in een schandaal met Europese subsidies. De Zweedse Margot Wallström, ex-minister van Sociale Zaken, heeft weliswaar ruime politieke ervaring, maar had onlangs besloten meer tijd aan haar gezin te gaan wijden. Verheugd reageerde Prodi toen hij van België te horen kreeg dat de christen-democratische premier Jean-Luc Dehaene na zijn verkiezingsnederlaag eurocommissaris kon worden. Daarmee zou hij veel Europese ervaring in zijn Commissie krijgen en zou het goed zijn voor zijn betrekkingen met de christen-democraten in het Europees Parlement. Maar België veranderde van mening en stuurde de socialist Philippe Busquin. Ook de Duitse bondskanselier Gerhard Schröder dacht er niet over om aan Prodi's wens tegemoet te komen om een lid van de Duitse christen-democratische oppositie als eurocommissaris voor te dragen. Prodi heeft weten te voorkomen dat de vorming van zijn Commissie zou eindigen met een "nacht van de lange messen", waarbij eurocommissarissen strijd leveren om portefeuilles. Maar gevochten is er als vanouds. De grotere EU-lidstaten namen geen genoegen met plaatsen op de tweede rang. Om schandalen als in het verleden te voorkomen heeft Prodi zijn kandidaat-commissarissen gevraagd af te treden wanneer hij dat nodig acht. Hij heeft de afgelopen weken kunnen leren dat voor aftreden, net als voor de benoemingen, de medewerking van de regeringen van de EU- lidstaten onmisbaar is.
|
NRC Webpagina's
9 JULI 1999
|
Bovenkant pagina |