|
|
|
NIEUWSSELECTIE Dossier Suriname
Ministerie van Buitenlandse Zaken
|
Herfkens en Suriname
Gelukkig stak minister Herfkens (Ontwikkelingssamenwerking) daar een stokje voor. Op de voor haar karakteristieke manier veegde ze de vloer aan met de voorbarigheid van de Kamerleden. Suriname, aldus de minister, is volstrekt corrupt en ze moest er niet aan denken ook maar een cent belastinggeld aan dat land te zullen spenderen. Ferme taal en de halve waarheid. Want Suriname krijgt jaarlijks nog steeds Nederlands belastinggeld in de vorm van 150 miljoen gulden aan humanitaire hulp. Herfkens heeft uitgesproken voor- en antipathieën wat ontwikkelingslanden betreft. Jemen en Macedonië kunnen bij haar niet stuk (afgelopen vrijdag hield ze nog een pleidooi voor Macedonië op de opiniepagina van de International Herald Tribune), van Suriname moet ze niets hebben. Haar voordeurdeler op het departement, Van Aartsen, zei vorig jaar dat Suriname niet langer in het centrum van het buitenlandse beleid zal staan zoals onder Van Mierlo het geval was.
HET RISICO ZIT ELDERS. Herfkens is bezig met de 'ontpronking' van de waslijst van landen waarmee Nederland een ontwikkelingsrelatie heeft. Dat is een hoognodige, welkome operatie. Het ligt voor de hand dat de Antillen (te rijk) van haar begroting verdwijnen en dat Suriname er vooralsnog niet op komt (te corrupt, geen behoorlijk bestuur). Maar de indruk bestaat dat de lijst meer wordt bepaald door persoonlijke voorkeuren van de minister dan door objectieve criteria. In het geval van Suriname levert dat overigens geen bezwaar op. Er is daar echt meer nodig dan de verzending van een gelukstelegram voor Koninginnedag. Zie ook: 'Herfkens blijft hulp Suriname afwijzen' (3 mei 1999)
|
NRC Webpagina's
4 MEI 1999
Domicilie,
|
Bovenkant pagina |