M E D I A
|
NIEUWSSELECTIE
|
Twee bijzondere Scandinavische films
Door HANS BEEREKAMP
Achter elkaar zag ik op dezelfde dag de vermoedelijk laatste film van de 72-jarige tweevoudige winnaar van de Gouden Palm Shohei Imamura (Kanzo sensei), een door het publiek met luid applaus begroete komedie over de Holocaust van en met Roberto Benigni (La vita è bella), een op video gedraaid televisiedrama van Ingmar Bergman (79) en een opzienbarende Deense film van de 29-jarige Thomas Vinterberg. Zijn de films van Imamura en Benigni, om hun lichte toon en ongebruikelijke benadering van de Tweede Wereldoorlog al een langere beschouwing waard, ze vallen in het niet bij de bijzondere kwaliteiten van de twee Scandinavische films. Hoewel Bergman, vorig jaar bij de 50ste editie van Cannes winnaar van de 'Palm der Palmen', in 1983 met Fanny en Alexander officieel afscheid nam van de filmwereld, kan hij het toch niet laten scenario's te schrijven. Vorig jaar schreef en regisseerde hij het televisiedrama In the Presence of a Clown (Larmar och gör sig till, de Zweedse vertaling van de passage over 'sound and fury' uit Shakespeare's Macbeth). Met uiterst simpele, toneelmatige middelen vertelt Bergman een rijk gelaagd verhaal, zoals gebruikelijk in al zijn late werk, ontleend aan gebeurtenissen in zijn eigen familie. Voor de derde keer speelt Börje Ahlstedt oom Carl, de petomane uitvinder, die dit keer in een psychiatrische kliniek verpleegd wordt, na een moordaanslag op zijn jonge vrouw. Het is slechts de aanleiding voor een literaire en filosofische beschouwing over Bergman-thema's als waanzin, liefde, theater en film. Ook al is In the Presence of a Clown een moeilijk toegankelijke productie, die door vorm en verspreidingsmogelijkheden (alleen video en televisie) gedoemd is een voetnoot te blijven bij Bergmans lange carrière, de hand van de meester is duidelijk herkenbaar. De grootste verwantschap is terug te voeren op een ernstige Bergman-film als Ansiktet (1958). De beste film halverwege de competitie is een complete verrassing. Festen (The Celebration) is pas de tweede film van Thomas Vinterberg en draagt als ondertitel Dogme 1: het is de eerste aflevering in een serie van Deense regisseurs, die het manifest 'Dogma 95' ondertekenden: Dogme 2 volgt later deze week, De idioten van Lars von Trier. Op initiatief van Von Trier legden vier Deense regisseurs uit protest tegen 'een zekere tendens in de moderne cinema' (bijna de titel van François Truffauts manifest uit 1954) een Eed van Kuisheid af. Ze zwoeren zich in hun volgende film aan Tien Geboden te houden, waaronder de plicht alleen maar vanaf de schouder te draaien, geen muziek te gebruiken, de studio te mijden, geluid en beeld niet apart op te nemen, geen belichting toe te voegen en alleen rekwisieten te tonen die al op de locatie aanwezig waren vóór de opnamen. Het lijkt flauw, zo'n dogmatische herhaling van de Nouvelle vague, maar het effect is uitzonderlijk. Festen is een film die echt anders is dan wat we tegenwoordig in de bioscoop gewend zijn (misschien met uitzondering van Von Triers vorige film Breaking the Waves). Een niet eens zo erg origineel verhaal, over de openbaring van dramatische familiegeheimen tijdens de viering van de zestigste verjaardag van de patriarch, wordt in de Dogma-stijl een enerverend authentieke film, waarin stiltes, ruzies en vrijpartijen door een voortreffelijk ensemble acteurs optimaal geëffectueerd worden. Het merkwaardigste van de Tien Geboden is wel het laatste, waarin de regisseur belooft zijn naam niet te vermelden. Dat wordt een moeilijk dilemma, als Vinterberg volgende week zondag een prijs zou winnen.
|
NRC Webpagina's
18 MEI 1998
|
Bovenkant pagina |