O P I N I E
|
NIEUWSSELECTIE
|
H O O F D A R T I K E L :
Democraten gaan...
Glorieus valt de overstap van Wolffensperger van D66 naar de NOS niet te noemen. Hij was uitgespeeld in Den Haag en conform de beste politieke tradities hebben zijn partijgenoten in het kabinet vervolgens voor hem gezorgd. Door zijn 'mededemocraat' Wolffensperger naar voren te schuiven handelde D66-staatssecretaris Nuis van omroepzaken zoals al zijn voorgangers handelden bij het vergeven van het NOS-voorzitterschap. Het was in de jaren zestig KVP-minister Klompé die de KVP'er Emile Schüttenhelm in Hilversum neerzette als hoogste NOS-baas, PPR-minister Van Doorn benoemde op zijn beurt partijgenoot Eric Jurgens als opvolger van Schüttenhelm, CDA-minister Brinkman maakte met de benoeming van respectievelijk Piet van Dijke en Joop van der Reijden van het NOS-voorzitterschap een CDA-post, terwijl PvdA-minister d'Ancona de post vergaf aan haar partijgenoot André van der Louw. TOT ZOVER DUS niets nieuws. Alleen was het nu juist de bedoeling dat in de nieuwe bestuursstructuur het Hilversumse publieke omroepbestel op wat meer afstand van de Haagse politiek zou worden geplaatst. Vanuit die optiek bezien is de benoeming van de uitgebluste fractievoorzitter Wolffensperger precies het verkeerde signaal. Extra treurig is het dat ook D66 voor de verleiding van de politieke benoemingen is bezweken. Paars zou er toe leiden dat er nieuwe kanalen naar de macht gegraven werden, zei D66-leider Van Mierlo bij het aantreden van het huidige kabinet. Geconstateerd moet worden dat die macht als het even kan graag de vertrouwde kanalen opzoekt om de eigen politieke vrienden buiten Den Haag te vestigen. Er is wel een lichtpuntje: als mediawoordvoerder had Wolffensperger indertijd verfrissende gedachten over het opschonen van het vermolmde omroepbestel. Wat dat betreft wacht hem een schone taak. Het is te hopen dat hem die als NOS-voorzitter ook gegeven zal zijn. Democraten komen... VOOR D66 BETEKENT de overstap van Wolffensperger dat de partij wederom een nieuwe leider kan verwelkomen. Weliswaar is Thom de Graaf formeel tot de verkiezingen van volgend jaar gekozen als fractievoorzitter, maar binnen D66 wordt deze benoeming alom als meer dan een interimfunctie beschouwd. In feite heeft de fractie daar ook naar gehandeld. Zou het slechts een tijdelijke vervanging zijn geweest, dan had de huidige vice-voorzitter van de fractie, Roger van Boxtel, voor de nog resterende maanden kunnen doorschuiven. Aangezien dit niet is gebeurd kan de keuze voor De Graaf gezien worden als een investering in de toekomst. De Graaf staat nu allereerst voor de taak zich te bewijzen. Slechts een bescheiden meerderheid van de fractie gaf aan hem de voorkeur boven Van Boxtel. Met de politieke koers van beiden had de 'race' tussen De Graaf en Van Boxtel overigens niets te maken. Het was louter een keuze tussen temperamenten en daarmee is D66 - de partij die toch vooral een gevoel uitstraalt - zichzelf gebleven. Wel ligt het interessegebied van de jurist en staatsrechtdeskundige De Graaf dichter bij het oorspronkelijke gedachtengoed van D66. Wat dat betreft is hij meer de zoon van Van Mierlo dan Van Boxtel dat zou zijn. HET VREEMDSOORTIGE, om niet te zeggen paradoxale, van de thans ontstane situatie is dat D66, vaak aangeduid als de lijst-Van Mierlo, nu opeens met drie leiders zit: vice-premier Van Mierlo, die maar geen afscheid kan nemen, lijsttrekker Borst , die in de verkiezingen het redelijk alternatief voor Bolkestein en Kok moet vormen, en fractievoorzitter De Graaf als virtueel leider. Op zich lijkt een brede politieke top een kwestie van luxe, maar het electoraat kan meerhoofdig leiderschap ook uitleggen als onduidelijkheid. Vroeg of laat zal bij D66 de echte leider moeten opstaan. Ervaringen bij andere partijen hebben geleerd dat dit beter vroeg kan zijn.
|
NRC Webpagina's
24 NOVEMBER 1997
|
Bovenkant pagina |