V O O R P A G I N A
|
NIEUWSSELECTIE Dossier Technolease
|
'Kok stemde in met eenmalige regeling technolease'
Door onze redacteuren CEES BANNING en TOM-JAN MEEUS
Van Amelsvoort stuurde op 13 juli 1993 een vertrouwelijke brief aan Kok, premier Lubbers en minister Andriessen (Economische Zaken) waarin hij na eerder verzet instemde met een technolease voor Philips. In de brief kondigde Van Amelsvoort echter maatregelen aan om technolease in het vervolg onmogelijk te maken. Technolease is een constructie die het een bedrijf mogelijk maakt zijn technologische kennis aan een bank te verkopen en daarna van de bank terug te leasen. In dit geval ging het om technologie met een waarde van 2,8 miljard gulden, waarbij Philips een financieel voordeel boekt en de tegenpartij (de Rabobank) een fiscaal voordeel heeft. Volgens Van Amelsvoort was de constructie een vorm van ,,fiscale grensverkenning''. Letterlijk schreef hij aan Kok: ,,Ook op die manier zal ik inhoud geven aan de bij alle betrokkenen bestaande overeenstemming over het 'eens maar nooit weer''', aldus Van Amelsvoort op 13 juli 1993. De toenmalige staatssecretaris schreef zijn brief naar aanleiding van politiek overleg onder leiding van Lubbers op 9 juli waarbij ook Kok aanwezig was. Niet eerder is bekend geworden dat Kok als minister van Financiën een dergelijke stellingname zou hebben ingenomen. Van Amelsvoort zei eerder dat Kok zich afzijdig hield van de discussie. ,,Ik heb van alles geprobeerd, maar het is me niet gelukt met Kok hierover in gesprek te komen'', aldus Van Amelsvoort in februari. Zelf zei Kok overigens in reactie daarop dat hij ,,tijd genoeg'' had voor de discussie over technolease. De brief van Van Amelsvoort is vertrouwelijk ter inzage gelegd bij de Tweede Kamer. Voor Europees commissaris Van Miert (mededinging), die deze week een onderzoek naar de Philips-technolease begon, kan de brief van belang zijn omdat Van Miert vermoedt dat Nederland technolease niet heeft toegestaan aan alle ondernemingen. In dat geval zijn de concurrentieregels van de EU overtreden. Uit de vertrouwelijke stukken die bij de Tweede Kamer ter inzage liggen, blijkt niet dat Kok of enige andere minister destijds afwijzend heeft gereageerd op de brief waarin Van Amelsvoort de gemaakte afspraken vastlegde. De directeur van de Rijksvoorlichtingsdienst (RVD) zei gisteren dat Kok niet wil ingaan op nadere vragen over zijn betrokkenheid bij het technolease-dossier. De RVD verwees naar eerdere antwoorden op Kamervragen. Daarin wordt aangegeven dat Kok ,,van de gang van zaken op de hoogte is gehouden'' en dat hij enkele vergaderingen over het onderwerp bijwoonde. Eveneens wordt echter gemeld dat Kok ten aanzien van technolease ,,geen beslissing [heeft] genomen''. In de brief van Van Amelsvoort van 13 juli 1993 staat ook dat prof.dr. J. van Dijck over ,,een onvolledig dossier'' beschikte toen hij op 9 juli het kabinet adviseerde over de technolease. Dit advies gaf het kabinet de doorslag de technolease van Philips toe te staan ondanks een afwijzing tot driemaal toe door de belastinginspectie. De Tweede-Kamerleden Van Rey (VVD) en Rabbae (GroenLinks) houden ondanks de antwoorden van het kabinet-Kok het vermoeden dat de Tweede Kamer onjuist is ingelicht over technolease. In het openbaar wordt gezegd dat iedereen gebruik zou kunnen maken van deze fiscale constructie, maar er zijn aanwijzingen dat het kabinet Lubbers-Kok de technolease alleen wilde beperken tot Philips, aldus de Kamerleden. Zij bepleiten een aanvullend onderzoek. De fracties van PvdA en D66 voelen niets voor het verzoek van coalitiegenoot VVD. CDA-afgevaardigde Terpstra wil het VVD-verzoek echter niet blokkeren. Begin volgende week wordt het verzoek voor een aanvullend onderzoek voorgelegd aan de Tweede Kamer. Als de CDA-fractie het advies van Terpstra overneemt is het afhankelijk van de kleine fracties in de Kamer of er een aanvullend onderzoek komt. Overigens heeft minister Zalm (Financiën) de Tweede Kamer afgelopen dinsdag in een besloten overleg gemeld dat Van Amelsvoorts schrijven van 13 juni 1993 niet relevant zou zijn omdat het een 'blauwe brief' betrof. 'Blauwe brieven' zijn persoonlijke brieven die bewindslieden elkaar schrijven buiten hun ambtenaren om. Omdat de brief van Van Amelsvoort geen kabinetsstandpunt betreft, hoeft Zalm geen verantwoording af te leggen over de inhoud van deze brief, zo liet hij de Kamer in het vertrouwelijk overleg weten. Dr. J. van den Berg, hoogleraar parlementaire geschiedenis in Leiden, noemt dit argument desgevraagd ,,onzin''. ,,Als blauwe brieven in de openbaarheid komen moet de bewindsman of zijn opvolger er verantwoording over afleggen'', aldus Van den Berg. Als voorbeeld noemt hij een brief die toenmalig minister Bukman (Landbouw) in 1994 aan zijn partijgenoot Andriessen stuurde. In deze brief bepleitte Bukman een lage gasprijs voor tuinders in de hoop de afkalvende steun voor het CDA onder tuinders een halt toe te roepen. Een Kamerdebat volgde waarin premier Lubbers deze brief omschreef als ,,staatsrechtelijk niet juist en overbodig''. Van den Berg: ,,In dit geval ging het niet om een privé-kwestie, maar een beleidsrelevant onderwerp. Het kabinet is dan gehouden om daar desgevraagd een reactie op te geven wanneer zo'n brief bij een groter publiek bekend wordt.''
|
NRC Webpagina's
26 APRIL 1997
Domicilie, |
Bovenkant pagina |