S P O R T
|
NIEUWSSELECTIE S c h a k e l s |
Lastpak van Amsterdam haalt haar gelijk
Door onze redacteur MARK HOOGSTAD
Wouters draagt het stempel van een notoire lastpak die slechts oog heeft voor haar eigen belangen. Die typering lijkt geen toeval voor wie de carrière overziet van de 28-jarige hockeyster van Amsterdam. Een lange reeks van conflicten kenmerkt de loopbaan van het enfant terrible van de Nederlandse kunstgrasvelden. Wouters kwam in aanvaring met coaches, trainers en bestuurders. ,,Omdat ik altijd mijn mond durfde open te doen als de situatie daar om vroeg. Niet in het belang van Mieketine Wouters, maar in het belang van de ploeg en de club. Als ik mezelf aan een team verbind, doe ik daar alles voor.'' Het mondige optreden van Wouters leidde tot geruchtmakende affaires, bijvoorbeeld met de toenmalige bondscoach Bert Wentink. Ruim drie jaar geleden verwijderde Wentink haar uit de selectie toen Wouters zijn functioneren aan de kaak stelde in een gesprek onder vier ogen. ,,In mijn ogen is Wentink niet alleen als bondscoach incapabel, maar hij blijkt ook niet te vertrouwen'', sprak Wouters later in de pers. Wentink sloeg terug. Hij noemde Wouters ,,gestoord'' en ,,de weg kwijt''. De verbannen international dreigde daarop met een juridische procedure wegens laster, maar zag daar bij nader inzien van af. Drie jaar later heeft Wouters nog altijd geen goed woord over voor de voormalige bondscoach. ,,Wat ik hem toen voorspelde, is allemaal uitgekomen. Het WK liep uit op een mislukking omdat de onderlinge verhoudingen helemaal scheef lagen. Speelsters gunden elkaar het licht in de ogen niet en Wentink werkte dat in de hand.'' Sindsdien kwam Wouters nooit meer in actie voor de nationale ploeg. Haar interlandcarrière lijkt inmiddels voorgoed verleden tijd, al vragen velen zich de laatste weken hardop af waarom bondscoach Tom van 't Hek haar negeert. Volgens Wouters speelt haar imago een rol in het keuzebeleid van Van 't Hek. ,,Het kan bijna niet anders of het heeft met mijn verleden te maken. Waar zou het anders aan moeten liggen? Met alle respect voor de anderen, maar deze ouwe taart kan nog makkelijk een balletje meeslaan met de besten.'' Het is alweer twee jaar stil rond Wouters. Geen ruzie, geen rel, geen conflict. Anno 1997 slalomt de spits zorgeloos door vijandelijke defensies. ,,Misschien is alle ellende dan toch nog ergens goed voor geweest. Blijkbaar heb ik al die confrontaties nodig gehad om mijn persoonlijke ontwikkeling meer richting te geven. Als mens én als hockeyster. Dingen gebeuren niet voor niets. Daar ben ik van overtuigd.'' Vooral dit seizoen doet Wouters van zich spreken. De oud-international verkeert in de vorm van haar leven en voert met twintig doelpunten de topscorerslijst aan. Met haar doelgerichte spel vormt ze het speerpunt van de ploeg die in de zondag afgesloten reguliere competitie op de eerste plaats eindigde. Morgen staat Wouters met Amsterdam tegenover Laren in het eerste halve-finaleduel om de nationale hockeytitel. Zelfbewuster dan ooit tevoren, beweert ze. ,,Op mijn 28ste weet ik precies wat ik wil en tegenwoordig moeten ze van hele goede huize komen om mij van mijn doel af te houden. Zo sta ik in het veld, zo sta ik in het leven.'' Haar sportieve revival schrijft Wouters grotendeels toe aan de bezielende leiding van coach Carina Benninga, de voormalige international die sinds twee jaar de vrouwenploeg van Amsterdam onder haar hoede heeft. De overgang van Benninga naar de club uit het Wagener-stadion, destijds niet meer dan een grauwe middenmoter, werd mogelijk gemaakt door de inspanningen van Wouters. ,,Carina en ik zijn vriendinnen, oké, maar dat staat los van mijn pogingen om haar naar Amsterdam te halen. Carina beschikt over een karrenvracht aan ervaring en twee jaar geleden was zij de enige kandidate die beschikbaar was.'' Wouters bleek de enige met een voorkeur voor Benninga. Zowel binnen de club als binnen de selectie bestond verzet tegen een komst van de recordinternational. ,,Ze wilden geen vrouw en meer van dat soort onzin-argumenten. Ik ken Carina uit mijn tijd als international en wist dat zij Amsterdam er bovenop kon helpen. Dat beeld heb ik altijd voor ogen gehad. Ooit moest het weer goed komen met Amsterdam en Carina was daarvoor de aangewezen persoon.'' Halverwege het seizoen 1994-'95 stond Amsterdam onder leiding van interim-coach Eric Groenhart, de opvolger van de kort daarvoor afgezette Marjolijn Bianchi. Boze tongen beweren dat Wouters ook daarin een groot aandeel had. Het blijkt een zoveelste misvatting. ,,Ik was Marjolijn Bianchi juist veel dank verschuldigd. Na alle ellende met het Nederlands team heeft zij mij op het veld gehouden, want ik overwoog voorgoed te stoppen. In het begin van het seizoen heb ik tegenover Bianchi één opmerking gemaakt over een bepaalde tekortkoming in haar coaching. Vanaf dat moment dacht ze dat ik haar eruit probeerde te werken. Uiteindelijk heeft Daniëlle Koenen de telefoon gepakt, alle speelsters gebeld en het ontslag van Bianchi ingeleid.'' Interim-coach Groenhart was volgens de Wouters de verkeerde man op het verkeerde moment. ,,Onder Bianchi was hij onze looptrainer, hij gaf prima looptrainingen. Maar daarmee was alles gezegd. Meer kon hij niet, al weigerde hij dat in te zien.'' In een gesprek met het bestuur wees Groenhart de spits aan als de bron van het kwaad. ,,Hij drong aan op mijn vertrek. Ik zat echt te shaken op mijn stoel toen ik dat hoorde. Ik dacht: het zal me toch niet gebeuren, hè? Eerst uit het Nederlands elftal gezet en vervolgens ook bij mijn eigen cluppie op straat gegooid.'' Het bestuur koos uiteindelijk voor Wouters en stuurde de interim-coach de laan uit. ,,In zijn afscheidsspeech heeft Groenhart me daarna nog vergeleken met Hitler. Dat zegt genoeg.'' Bleef de kwestie-Benninga. Op last van het bestuur moest de selectie zich in een geheime stemming uitspreken over het aanstellen van Benninga. Wouters reageerde furieus, maar vond geen enkele medestandster en richtte zich in een laatste verwoede poging tot de voorzitter. ,,Meisjes van achttien, negentien jaar die nog nooit van Carina Benninga hadden gehoord en amper een bal konden raken, mochten plotseling hun mening geven. In de bestuurskamer ben ik bijna letterlijk op mijn knieën gegaan voor de voorzitter en heb hem alle zuivere argumenten opgesomd. Na anderhalf uur zei hij: geweldig zoals jij je voor de zaak inzet. Je hebt me overtuigd. Ik zal een veto uitspreken.'' Het voorval illustreert de directe aanpak die Wouters zegt voor te staan. Nee, ze is geen verwend kind dat koste wat het kost haar zin wil doordrijven. De spits heeft een uitgesproken mening over de omstandigheden waarin zij haar sport wil bedrijven. ,,En die mening is grotendeels gebaseerd op ervaring. Ik heb al zo vaak meegemaakt hoe het niet moet, dat ik denk te weten hoe het wel moet. Natuurlijk, hockey is een teamsport, maar dat betekent toch niet dat ik me alles maar moet laten welgevallen?'' Spijt zegt Wouters niet te hebben van de conflicten waarbij zij betrokken was. ,,Misschien heb ik fouten gemaakt, niet altijd de juiste woorden gebruikt. Mijn woorden werden ook niet altijd gedragen door goed spel. Wie goed speelt, heeft veel te vertellen. Maar omdat ik me vaak niet lekker voelde, kon ik niet goed spelen. Maar spijt, nee, spijt heb ik niet. Alles wat ik heb gedaan en heb gezegd, deed ik met mijn volle verstand en altijd met goede bedoelingen. Nooit met de intentie om anderen te beschadigen. En bovendien: ik sta nog steeds op het veld en zij niet. Althans lang niet allemaal. Dus helemaal ongelijk had ik niet.'' Wat blijft zijn de hatelijke opmerkingen. Wouters haalt de schouders op bij alle vooroordelen. ,,Het raakt me niet meer. Leuk is anders, maar wat moet ik ermee? Verdriet heb ik genoeg gehad, al willen sommigen zelfs dat niet geloven. Vaak werd de indruk gewekt alsof ik bewust de confrontatie zocht en in stilte genoot van alle ellende. En als ik heel eerlijk ben, het rumoer streelde mij ook wel. Kennelijk heb ik de afgelopen jaren toch veel teweeg gebracht. Liever de bitch van de hoofdklasse dan iemand zonder verhaal en zonder verleden. Wat ze ook mogen zeggen en denken, ze kunnen nooit zeggen dat ik een saaie trut ben.''
|
NRC Webpagina's
26 APRIL 1997
|
Bovenkant pagina |