V O O R P A G I N A
|
NIEUWSSELECTIE Academisch Ziekenhuis Maastricht Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
|
Gezonde baby na test in reageerbuis
Door een onzer redacteuren
De gebruikte techniek staat bekend als 'pre-implantatie genetische diagnostiek' (PGD). De PGD-procedure werd uitgevoerd in het Academisch Ziekenhuis Maastricht. Het AZM kreeg in 1995 als enige Nederlandse ziekenhuis van het ministerie van VWS toestemming om PGD uit te voeren. Inmiddels zijn pre-embryo's van vijftien echtparen onderzocht, waaruit tot nu toe twee doorgaande zwangerschappen zijn ontstaan. De PGD-techniek is gebaseerd op een reageerbuisbevruchting (IVF, in vitro fertilisatie) die in dit geval niet wordt toegepast vanwege vruchtbaarheidsproblemen, maar om een embryo in het laboratorium te kunnen onderzoeken op genetische afwijkingen. Bij PGD nemen klinisch genetici een of twee cellen weg van een embryo in het acht- of zestienstellig stadium. Dit stoort, voorzover uit dieronderzoek tot nu toe bekend, de verdere ontwikkeling van het embryo niet. De genetici onderzoeken het erfelijk materiaal (DNA) van de weggenomen cellen op de in de familie voorkomende erfelijke afwijking. Als de afwijking wordt gevonden wordt het pre-embryo vernietigd. Bij sommige ziekten kan het ingewikkelde DNA-onderzoek achterwege blijven omdat kan worden volstaan met het bepalen van het geslacht. Enkele bekende ernstige erfelijke ziekten komen vrijwel alleen bij jongens voor. In Maastricht kunnen genetici momenteel testen op taaislijmziekte (cystische fibrose), enkele ernstige geestelijke afwijkingen en spierdystrofie. Meer testen voor spierziekten zullen naar verwachting binnenkort beschikbaar komen. De duidelijkheid die PGD verschaft over de gezondheid van een nog ongeboren kind kan ook worden verkregen met een vruchtwaterpunctie (rond de zestiende week van de zwangerschap) of een vlokkentest (vanaf de tiende week). Als dan een genetische afwijking wordt gevonden moet een beslissing volgen over abortus. Bij PGD leidt een gevonden afwijking tot vernietiging van een embryo. In een advies van de Gezondheidsraad uit 1989 over erfelijkheidsdiagnostiek koos de raad aarzelend voor de ethiek van de toenemende beschermwaardigheid van het embryo. In vergelijking met de al ingeburgerde vruchtwaterpunctie en vlokkentest noemde de raad PGD 'opnieuw een belangrijke stap in de goede richting, namelijk naar afnemende beschermwaardigheid'. De bewindslieden Hirsch Ballin (Justitie) en Simons (Volksgezondheid) hebben in 1994 de toepassing van PGD beperkt tot paren waarbij een hoog risico bestaat op kinderen met een dodelijke erfelijke aandoening.
|
NRC Webpagina's
25 APRIL 1997
Domicilie, |
Bovenkant pagina |