K U N S T
|
NIEUWSSELECTIE
|
In 85 theaters.
In 32 theaters. Remake Disney-film voer voor hondenliefhebbers
Door PIETER STEINZ
Zo verdient Roger, het baasje van de dalmatiner reu Pongo, zijn geld niet met het schrijven van 'hitliedjes' maar met het ontwerpen van computerspelletjes. Anita, het vrouwtje van de teef Perdy, is geen huissloof maar een getalenteerd modetekenaar. En als de puppy's van Pongo en Perdy voor de tv zitten, dan kijken ze niet naar de avonturen van de Lassie-achtige held Superwoef, maar naar de 'Disney-classic' The Aristocats. Vanzelfsprekend vallen al deze verschillen in het niet bij het basisgegeven van Stephen Hereks jaren-negentigversie van 101 Dalmati ans: alle rollen - op die van een paar 'animatronic creatures' uit de studio van Jim Henson na - worden gespeeld door levende wezens; de cast bestaat uit mensen, katten, varkens, vogels, wasberen, en niet te vergeten 101 rijst-met-krentenhonden. Het maakt de film tot een van de eerste geslaagde live action-versies van een tekenfilm, en, gezien het commerciële succes in Amerika, ongetwijfeld niet de laatste - al zal het Disney nog moeite kosten om een sprekende muis en een vliegende olifant te vinden voor de remake van Dombo. Voor honden- en andere dierenliefhebbers is 101 Dalmatians, te zien in 117 theaters, een feest; wie niet al overstag gaat bij de eerste scène, waarin de perfect gedresseerde Pongo Roger helpt met opstaan, doet dat wel in de volgende: Pongo die op jacht naar zijn liefde-op-het-eerste-gezicht zijn baasje op de fiets door Londen met zich meesleept, en zo uiteindelijk niet alleen zichzelf maar ook Roger (een droefogige Jeff Daniels, met de minuut meer lijkend op zijn huisdier) aan de vrouw brengt. En dan hebben we het nog niet eens over het adembenemende beeld van acht dozijn jonge dalmatiërs in een zwarte akker met een dun laagje sneeuw. Voor de fans van het getekende origineel is het even wennen. Het tempo van de live action is lager dan dat van de klassieke animaties, en in plaats van de superieure liedjes klinkt non-descripte achtergrondmuziek; we moeten tot de credits wachten voordat we de beroemde shuffle 'Cruella De Vil' horen - in een overigens mooie versie van Dr. John. Ook de kat Luitenant Tipps, die in zijn eentje 99 gestolen dalmatiner puppy's uit het gotische kasteel van het aartsserpent Cruella De Vil weet te krijgen, wordt in de remake node gemist. Tipps' rol wordt nu vervuld door een bouvier, waarschijnlijk omdat katten te eigenwijs zijn om zich te laten trainen en regisseren. Twee andere artistieke misrekeningen zorgen ervoor dat 101 Dal matians (duur: 103 minuten) niet is wat het had kunnen zijn: de beslissing om de dieren, en vooral Pon go, anders dan in de tekenfilm niet te laten spreken, iets wat na Babe geen problemen had hoeven opleveren, en de keuze voor Glenn Close als Cruella De Vil. Op papier lijkt de Amerikaanse Close, de furie uit onder meer Fatal Attraction en Dangerous Liaisons, de perfecte belichaming van de boze modekoningin die met alle geweld een jas wil van dalmatiërbont; maar vooral haar onbeholpen Engelse accent verhindert dat ze behalve campy ook griezelig overkomt. Je kunt je afvragen waarom Herek en zijn scenarist John Hughes (bekend van Home Alone) de handeling niet gewoon hebben verplaatst naar Amerika; of anders waarom de casting director voor de dragende rol van Cruella niet heeft gekozen voor Joan Crawford of de Absolu tely Fabulous-heks Joanna Lum ley. Het werkelijke komische middelpunt van deze Disney-remake is Hugh Laurie, de tv-komiek uit onder meer Blackadder die als de slijmerige kruimelboef Jasper zowel Cruella als de schattige zwart-witpuppy's van het doek speelt. Uit zijn mond klinken de beste teksten, uit zijn lichaam komt de beste slapstick; híj zorgt ervoor dat het wat saaie laatste halfuur van de film - die om praktische redenen ook de uitzinnige auto-achtervolging van het origineel moet missen - het aanzien waard blijft. Als Disney besluit tot een live action remake van Aladdin, dan mag Laurie de geest spelen.
|
NRC Webpagina's
19 FEBRUARI 1997
|
Bovenkant pagina |