M E D I A
|
NIEUWSSELECTIE
|
Het einde van de zoete inval
Door DIEDERIK STOLS
De leukste manier van vriendschappen onderhouden vind ik nog steeds het bij elkaar op bezoek gaan. Vooral als dat onverwacht gebeurt: de zoete inval. Wat een prachtige uitdrukking is dat toch. Nog niet zo lang geleden was het huisbezoek, naast de briefwisseling - voor een beetje brief belde de postbode zelfs even aan - de enige vorm van communicatie. Een slimme trendwatcher bij PTT Telecom moet zich op een zonnige ochtend gerealiseerd hebben dat nog niemand in Nederland zich op de deurbellenmarkt gestort had. Zou die man hebben stilgestaan bij de onbedoeld geestige gevolgen van zijn idee? Want een onverwachte doorschakeling kan raar uitpakken. De krantenjongen van de NRC belt aan voor zijn kerstfooi, nèt als je in een slepende vergadering zit. Je ex-vriendin staat op een zorgvuldig afgesproken tijdstip voor de deur; een uur daarvóór heeft je vrouw de bel doorgeschakeld naar je schoonouders, naar wie ze op weg is. En wat te denken van al die kinderen die op woensdagmiddag op de stoep staan om bij je zoontje te komen spelen, terwijl je bij de tandarts een moeilijk moment doormaakt? Alleen al om dit soort situaties te voorkomen zullen gezinnen evenzoveel deurbellen moeten aanschaffen als er gezinsleden zijn. De PTT speelt handig in op dit (bij mijn weten nog niet wetenschappelijk onderzochte) bereikbaarheidssyndroom. Was de draadloze telefoon tot voor kort een verachtelijk apparaat voor snelle zakenjongens, nu heeft ook de captain of industry, de advocaat en een beetje Elfstedenrijder er een. Verder krijgt iedereen dit jaar gratis een digitaal antwoordapparaat. En het allerleukste wordt een nieuwe functie op het telefoontoestel, waarmee je een vervelend telefoongesprek met één druk op de knop kunt onderbreken om een leukere, tweede beller te woord te staan - of andersom, dat blijft een verrassing. Maar dat van die deurbel is anders. Met de doorschakeldeurbel wordt ongemerkt het einde van de zoete inval ingeluid. Niemand zal meer spontaan durven langskomen, bang om plotseling doorverbonden te worden met een restaurant of met het Concertgebouw. Om dat soort pijnlijke situaties te voorkomen zal het bezoek zich vooraf, bij voorkeur telefonisch en tijdens kantooruren, moeten aankondigen. De zondagmiddagen waarop je, al slenterend door de stad, even kijkt wie er toevallig thuis is, zijn definitief voorbij. Het heeft immers geen zin meer om 'even aan te wippen', wat dat ook moge betekenen, in het geval de geadresseerde wel antwoordt, maar heel ergens anders blijkt te zijn. Nee, ik zit net in een café aan de andere kant van de stad. Maar kom vooral even langs, het is hier reuze gezellig. Nee dank je, ik was maar wat aan het rondlopen. Leuk je toch even gesproken te hebben. Toch ga ik de PTT vragen om mijn hypermoderne deurbel zo snel mogelijk te laten installeren. Telecommunicatie is een soort verslaving. Een draadloze telefoon heb ik nog niet, maar dit lijkt me wel wat. Natuurlijk kan ik de doorschakelfunctie uitzetten; maar uit pure nieuwsgierigheid zal ik dat niet snel doen, dat weet ik nu al. Denk eens aan al die handige toepassingen. Nooit meer wachten op de verwarmingsmonteur; de behulpzame buurman kan rustig thuisblijven om hem open te doen. De postbode kan een aangetekende brief nog diezelfde dag naar mijn werk doorsturen, in plaats van zo'n vermanend briefje achter te laten in de brievenbus. En ga zo maar door. Maar het mooiste is nog wel dat het makkelijker wordt om te liegen. Als ik thuis ben, schakel ik de deurbel gewoon door naar mijn eigen telefoon. Belt er iemand aan waar ik even geen zin in heb, dan zit ik toevallig nèt die dag op Schiermonnikoog.
|
NRC Webpagina's
3 FEBRUARI 1997
|
Bovenkant pagina |