NIEUWS  TEGENSPRAAK  SUPPLEMENT  DOSSIERS  ARCHIEF  ADVERTENTIES   SERVICE

Dossier Kok / Van Aartsen

Nieuws

Wim Kok

Jozias van Aartsen

Buitenlands beleid

Documenten

Links

Van Aartsen neemt zijn woorden niet terug


Wat de Tweede Kamer hoopte, is niet gebeurd: minister Van Aartsen neemt zijn uitlatingen over Servië niet terug. Misschien bieden de gebeurtenissen in Belgrado uitkomst voor de minister.

Door een onzer redacteuren

DEN HAAG, 5 OKT. Terwijl de toestand in Servië vanochtend de contouren van een revolutie aannam, hebben ook de standpunten in de Tweede Kamer ten aanzien van de jongste uitlatingen van minister Van Aartsen (Buitenlandse Zaken) zich verder verhard.

"Van Aartsen moet zijn woorden terugnemen", aldus de woordvoerders van de oppositiepartijen CDA en GroenLinks. En wanneer de minister vanmiddag niet zou terugkomen op zijn aansporing aan de Servische oppositie zondag aanstaande niet de tweede ronde van de Joegoslavische presidentsverkiezingen te boycotten, wil de Kamer alsnog vanavond het interpellatiedebat, waaraan Van Aartsen gisteren ontsnapte omdat de financiële beschouwingen zozeer uitliepen dat het een nachtelijke vergadering zou zijn geworden.

"Misschien hadden we toch moeten doorzetten , desnoods na middernacht", zegt Hoekema (D66). Want ook bij de regeringspartijen, met uitzondering misschien van de discreet zwijgende VVD waartoe de minister behoort, was er eigenlijk stilletjes op gerekend dat de minister na zijn spectaculaire standpuntbepaling - hij was de eerste prominente bewindsman binnen de Europese Unie die in het openbaar twijfel aan de strategie van de Servische oppositie ventileerde - eigenlijk wel een veilige uitweg zou kiezen.

Maar niets daarvan. Van Aartsen herhaalde zijn standpunten tegenover de pers, daarmee - in de visie van menig Kamerlid - andermaal de Servische oppositie een mes in de rug stekend, of in ieder geval de eenheid van het standpunt van de EU inzake Joegoslavië ondergravend. En nu de minister zelf heeft laten weten dat zijn uitlating geen vergissing is geweest - zoals Kamerleden aanvankelijk hadden gehoopt of gevreesd - moet hij vanmiddag de Kamer tenminste uitleggen wat hem dan wel heeft bewogen.

Van Aartsen redeneert dat de Europese Unie komende maandag in een moeilijk parket zou raken indien de zittende Joegoslavische president Milosevic zondag de tweede ronde van de presidentsverkiezingen wint doordat oppositiekandidaat Kostunica niet meedeed. Bovendien wordt het voor het in Belgrado invloedrijke Rusland dan veel moeilijker om Milosevic te vragen plaats te maken voor Kostunica, de winnaar van de eerste ronde.

Voor de minister telde ook dat Kostunica, die informeel onder internationale druk staat om wèl mee te doen, niet te lang meer kan wachten om zijn aanhang alsnog op te roepen nog eens naar de stembus te komen. Want dan zou hij, vooral op het platteland, zijn kiezers niet meer tijdig kunnen mobiliseren. Van Aartsen is niet de enige die in de EU zo denkt, aldus bronnen binnen Buitenlandse Zaken. Maar hij is totnutoe wel de enige die de situatie in Joegoslavië op wat langere termijn in zoverre belangrijker vindt dan de officiële eenheid van de hieromtrent feitelijk verdeelde EU, dat hij tot zijn openlijke oproep kwam.

Er zijn zeker vijf andere EU-landen die zijn redenering op zichzelf delen. De kritiek op Van Aartsens oproep aan Kostunica betreft dan ook niet zozeer de inhoud ervan maar dat het feit dat hij zich openlijk heeft uitgelaten. Zijn Franse collega Védrine heeft hem dat gisteren telefonisch met zoveel woorden gezegd. Namelijk dat hij Van Aartsens opvatting officieel zal blijven afvallen zolang het niet is gelukt Kostunica van gedachten te laten veranderen. Op Buitenlandse Zaken werd vanmorgen gezegd dat Van Aartsens opvatting op de toestand van de eerste dagen van deze week in Joegoslavië gebaseerd was. Nu het Joegoslavische Constitutionele Hof gisteravond een deel van de uitslagen van de eerste ronde ongeldig heeft verklaard en de oppositionele betogingen tegen Milosevic verder aan kracht winnen is er "veel veranderd, al weet nog niemand hoe die gebeurtenissen precies moeten worden gewogen".

Op Van Aartsens ministerie wordt erop gewezen dat er in de EU totnutoe in feite slechts overeenstemming was dat Kostunica zoveel mogelijk ruimte moest hebben om zelf te bepalen wat hij aangaande de tweede stemmingsronde wilde doen. Ook overigens wilden de EU-ministers "de bal in Belgrado laten liggen". Veel meer hadden zij niet afgesproken.

NRC Webpagina's
5 oktober 2000

Den Haag

    Bovenkant pagina

NRC Webpagina's © NRC Handelsblad