|
Tour de France 1998
|
De onzekerheid knaagt aan TVM
Door onze redacteur JAAP BLOEMBERGEN
GRENOBLE, 27 JULI. Valreas is een middeleeuws stadje op het grensgebied van de Drome en de Vaucluse. Golvende lavendelvelden kleuren het landschap in paarse tinten. Op bijna elke heuveltop staat een oude burcht te pronken. Tienduizenden wielerliefhebbers bezoeken de start van de veertiende etappe in de Ronde van Frankrijk. De spandoeken voor Richard Virenque en Laurent Dufaux zijn duidelijk zichtbaar voor de televisiecamera. De aanmoedigingen voor Laurent Jalabert zijn oorverdovend. Temidden van het Franse volksfeest rijden de Nederlandse renners van TVM in alle rust naar de start. Jeroen Blijlevens moet op de foto met oranje gekleurde meisjes. Bart Voskamp deelt handtekeningen uit aan vakantiegangers. Steven de Jongh praat alleen met een vertrouwde journalist. Servais Knaven draagt bewust een zonnebril, hij wil liever niet herkend worden. ,,Ik ben blij dat ik weer een beetje mens ben. En dat is nodig ook, want met een slechte moraal kom ik de bergen niet over.'' Zorgvuldig formulerend vertellen de renners over de hectiek van de afgelopen week. Zichtbaar opgelucht praten ze over de afgenomen aandacht van de media. Maar na vandaag kan alles weer anders zijn. Als ploegleider Cees Priem en ploegarts Andrei Michailov in Reims schuldig worden bevonden aan het toedienen van EPO, zal TVM vermoedelijk naar huis worden gestuurd. In dat geval kan artikel 29 van het reglement van de Société du Tour de France in werking treden: het aanzien van de ronde mag niet in diskrediet worden gebracht. Volgens Blijlevens leven zijn ploeggenoten tussen hoop en vrees. ,,De onzekerheid knaagt. Ik bekijk de situatie van dag tot dag. Morgen kun je een etappe winnen. Overmorgen kun je naar huis worden gestuurd. De Alpen zullen nog zwaarder wegen dan vorig jaar.'' Volgens de kopman van TVM willen de overgebleven zeven renners hun ploegbaas en hun dokter een goede dienst bewijzen. ,,We kunnen weinig anders doen dan een etappe winnen. Brieven en faxen komen niet aan. We hebben alleen contact via de vrouw van Cees. Ze schijnen het naar omstandigheden goed te maken.'' De vier Nederlandse coureurs reageren verschillend op de dopingaffaire die TVM nu al negen dagen achtervolgt. ,,Sommigen zijn binnenvetters, anderen laten hun tranen komen'', zegt Blijlevens, die naar eigen zeggen tot de eerste categorie behoort. ,,Aan mij zullen jullie weinig merken. Ik heb mijn vader verloren toen ik veertien was. Die ervaring heeft mij gesterkt in het verdere leven. Ik ben meer volwassen dan ooit. Daarom was ik de aangewezen persoon om het woord te voeren. Als kopman moet ik er ook staan in slechte tijden.'' Blijlevens maakt zondagmorgen een redelijk opgewekte indruk als hij Jorien van den Herik, voorzitter van Feyenoord, tegen het lijf fietst. Het gesprek tussen de Brabantse coureur en de Rotterdamse zakenman gaat al gauw over NAC en Feyenoord. ,,Jullie hebben goed ingekocht'', zegt Blijlevens tegen Van den Herik. De voetbalbestuurder lacht zijn witte tanden bloot en hij geeft de kopman van TVM zijn visitekaartje. ,,Kom maar eens langs in de Kuip, als je uitgefietst bent.'' Blijlevens reageert enthousiast. ,,In oktober ben ik de eerste.'' Voskamp gaat op de foto met demissionair minister Hans Wijers, die net als Van den Herik op uitnodiging van de NOS naar de Tour is gekomen. Voorzitter Gerrit-Jan Wolffensperger van de omroepstichting bekijkt het circus met een afstandelijke blik. In de ogen van Voskamp schuilt verdriet. ,,Ik heb er weinig lol meer in. Het liefst was ik op de rustdag met vrouw en kinderen naar huis gereden. Het is toch vreselijk om te zien dat twee vrienden zo honds behandeld worden. Wij zijn toch zeker geen misdadigers.''
|
NRC Webpagina's 27 juli 1998
|
Bovenkant pagina |
|