|
Tour de France 1998
|
Blijlevens ziet contouren van complottheorie
Door onze redacteur JAAP BLOEMBERGEN
PAMIERS, 24 JULI. De vrachtwagen van subsponsor Farm Frites staat pontificaal in het weiland. In de koelcel liggen bevroren mosselen, klaar om terug te keren naar Zeeland. De gebruikelijke vismaaltijd op de rustdag van de Tour de France is dit jaar voortijdig afgeblazen. De renners, verzorgers, mecaniciens en ploegleiders van TVM hebben geen trek in mosselen nu zes collega's in de binnenstad van Pamiers worden verhoord. In het begin van de avond wordt een viertal vrijgelaten. Ploegleider Cees Priem en ploegarts Andrei Michailov overnachten in de plaatselijke politiecel. De zeven overgebleven renners maken 's morgens de gebruikelijke trainingsrit. ,,Een verplicht uurtje trappen'', zegt Bart Voskamp terwijl hij zijn kinderen uit de buurt van het zwembad houdt. Aan de andere kant van het bassin is Steven de Jongh, gehuld in wielerkleren, even daarvoor in het water gejonast door twee ploeggenoten. Volgens routinier Voskamp reageert elke renner verschillend op de gebeurtenissen. ,,Sommigen worden depressief en blijven op de hotelkamer. Anderen worden juist hyperactief en gaan geintjes uithalen. Ik zit er een beetje tussenin.'' De rustdag in de Tour is traditiegetrouw een familiedag. De renners verlangen naar hun echtgenotes en omgekeerd. Maar van een huiselijke sfeer is dit jaar op de rustdag geen sprake. De meeste mannen lopen met een starre blik door de lobby van het hotel. De meeste vrouwen zitten verveeld in een tuinstoel. Ze doden de tijd met het aaien van twee honden. Aan het eind van de middag vertrekken de rennersvrouwen naar hun verschillende vakantieadressen. Nagewezen door persmuskieten en paparazzi. Nagestaard door de lokale bevolking van Pamiers, een klein plaatsje ten zuiden van Toulouse. Enkele oude mannen schudden met hun hoofd en bekritiseren de media. ,,Nu begrijp ik waarom prinses Diana gek werd van jullie gespuis'', zegt een pijprokende toeschouwer. Aan het begin van de middag fungeert Jeroen Blijlevens als woordvoerder van de renners. Hij vervangt directeur Ad Bos van TVM Verzekeringen, die met zakenrelaties een toeristische rondrit maakt. Een van zijn gasten is Johan Stekelenburg, burgemeester van Tilburg. Hij spreekt van 'crisismanagement' bij TVM. ,,Ik had me een leukere Tour voorgesteld.'' Blijlevens maakt een professionele indruk met zijn betoog. ,,Ik kwam om negen uur naar beneden en toen waren Cees en de andere twee al meegenomen naar het bureau. Ik zag het even helemaal niet zitten. Nu gaat het wel weer een beetje. Je moet toch door. Maar waarom stond er een Franse cameraploeg bij het hek? Die waren natuurlijk getipt. Allemaal voorgekookt. Een heel laffe streek.'' Blijlevens heeft er begrip voor dat de Franse justitie het dopinggebruik wil aanpakken. Maar de manier waarop zint hem niet. ,,Waarom gebeurt dit niet voor de Tour of na de Tour? Omdat ze Festina niet als enige willen laten bloeden. We zijn toch in Frankrijk, of niet soms.'' De sprinter is overtuigd van de onschuld van TVM. ,,Als ze ons naar huis sturen, krijgen ze een juridisch probleem. Die auto met ampullen is vóór de Tour aangehouden. Als er geen Festina-affaire was geweest, hadden jullie hier niet gezeten.'' Volgens Blijlevens hebben de renners de afgelopen koersdagen niet veel hinder ondervonden van alle geruchten over EPO-gebruik. ,,Gelukkig reden we in de bergen en hoefden we niet te presteren.'' Zijn collega Voskamp mijmert over de zin van het leven. ,,De wereld zit rot in elkaar. Wij zijn het slachtoffer van een politieke daad. Maar we moeten ook realistisch blijven. Als we later in een bejaardenhuis zitten, lachen we om deze slapstick.'' In de loop van de middag wordt assistent-ploegleider Hendrik Redant met twee medewerkers door de politie via de achterdeur uit het hotel geleid. Het journaille heeft niets opgemerkt. Als het drietal, samen met de eerder ondervraagde mecanicien, aan het begin van de avond terugkeert, staan de camera's wel op scherp. De vier werknemers van TVM zitten als boeven in hun kooi. Ze verlaten de auto's en worden, door jassen geblindeerd, naar de ingang van het hotel geleid. Vragen genoeg, reacties blijven uit. Tegen de avond wordt duidelijk dat Priem en Michailov niet worden vrijgelaten. De renners eten met frisse tegenzin een bord spaghetti. De begeleiders van TVM gaan stevig aan de drank. Perschef Guido van Calster leest een korte verklaring voor. Hij noemt geen namen van de mecaniciens en verzorgers die zijn vrijgelaten. ,,Namen hebben we niks aan, rugnummers moeten we hebben'', grapt een verveelde verslaggever.
|
NRC Webpagina's 24 juli 1998
|
Bovenkant pagina |
|