NIEUWS  TEGENSPRAAK  SUPPLEMENT  DOSSIERS  ARCHIEF  ADVERTENTIES   SERVICE


Dossier Desert Fox

Nieuws

Achtergrond

Documenten

Links

Aanval lijkt sprong in groot zwart gat

Door onze redacteur ROBERT VAN DE ROER
ROTTERDAM, 17 DEC. De aanval op Bagdad is verklaarbaar wegens de onbetrouwbaarheid van Saddam. De vraag is of Clinton en Blair een vervolgstrategie hebben.

Het is een fijne dag voor complotdenkers: Monica strikes again, roepen zij koor. Wie, zoals de Republikeinen, gelooft dat president Clinton met Operatie Desert Fox de aandacht van een dreigende impeachment hoopt af te wenden, heeft immers gelijk. Natuurlijk hoopt Clinton op een dergelijk neveneffect van de Amerikaans-Britse aanval op Irak van vannacht. Welke in eigen land belaagde leider zou zo'n spin off niet mooi meegenomen vinden? Maar Clintons aanval op Irak heeft zeker niet als doel de impeachment te verijdelen. Dat is alleen al praktisch onmogelijk: daarvoor is de haat van de Republikeinen jegens hem te groot en te structureel, zo weet de raspoliticus Clinton als geen ander.

Bovendien is er een internationaal-politieke rechtvaardiging voor de aanval: Saddam Hussein heeft de wereldgemeenschap sinds zijn laatste knieval op 14 november opnieuw in de luren gelegd door de VN-wapeninspecties te saboteren. De Iraakse leider heeft zijn reputatie als ,,seriebreker van beloften'' de afgelopen maand opnieuw gestand gedaan, zoals de Britse premier Blair gisteravond zei. Of zoals Clinton het formuleerde: ,,In plaats van dat de inspecteurs Saddam ontwapenen, heeft Saddam de inspecteurs ontwapend.''

Het formele handvat voor de bombardementen is het rapport van het hoofd van het VN-wapeninspectieteam (UNSCOM), Richard Butler, eergisteren aan de VN-Veiligheidsraad. Na de laatste belofte van Saddam weer met UNSCOM mee te werken en het op de valreep afblazen van Amerikaans-Britse bombardementen op 14 november hebben de wapeninspecteurs een testperiode ingelast om Iraks toezegging op de proef te stellen. De uitkomst daarvan is zonneklaar: geen toegang voor de VN-inspecteurs meer tot de kantoren van de Ba'ath-partij, die in het verleden nog wel controleerbaar waren; het hinderen van UNSCOM bij het maken van foto's, video-opnamen en fotokopieën; het niet willen beantwoorden van vragen door Iraakse functionarissen; het geheel leeghalen van een gebouw vlak voor inspectie; en het niet overhandigen van documenten. Kortom, de bekende Iraakse kuiperijen met massavernietigingswapens.

Clinton had Saddam vorige maand, terwijl de bommenwerpers al in de lucht hingen, alsnog een laatste kans gegeven — volgens velen, ook binnen zijn eigen veiligheidsteam, een bewijs van Clintons zwakte en van Saddams overlevingstalent. Voor deze critici komt de huidige aanval te laat, maar in wezen geldt dat al een heel jaar. Saddam tekende in februari een voornamelijk protocollair akkoord met VN-chef Kofi Annan, dat op dat moment een militaire aanval voorkwam, maar inhoudelijk nauwelijks waarde had en zeker niet leidde tot meer armslag voor UNSCOM.

Saddam schortte eerst in augustus de medewerking met UNSCOM tijdelijk op, en zegde deze eind oktober vervolgens volledig op. Toen Clinton vorige maand zijn vinger alsnog van de trekker haalde, waarschuwde hij de Iraakse president dat hij bij nieuwe schendingen meteen zou schieten, zonder tijding vooraf. Na het Butler-rapport was er geen alternatief meer voor Clinton en Blair dan een dreun uit te delen en te laten blijken dat Saddam niet alleen de zetten bepaalt.

Dat de overige vaste en met Irak sympathiserende leden van de V-raad, vooral Rusland en China, kwaad reageren, lag voor de hand. Zoals vaker: als de nood hoog is in het Amerikaans buitenlands beleid, treden de VS op buiten de VN om. Deze aanval zal de crisissfeer in de V-raad, die in de jaren negentig verdeeld reageert op grote conflicten, niet verbeteren. Frankrijk kreeg gisteren in dit verband alvast een sneer van minister van Buitenlandse Zaken Albright: ,,Het zou goed zijn als degenen die onze benadering niet steunen, een benadering hadden die werkt.'' Onduidelijk is nog hoe groot de internationale en Amerikaans-binnenlandse steun voor het optreden is.

Nog belangrijker is of Clinton en Blair zelf hebben nagedacht over hun volgende zetten. Hebben ze een politieke strategie? Of zijn ze in een groot en diep zwart gat gesprongen? Ook voor hen zijn er ogenschijnlijk meer vragen dan zekerheden, gezien hun weifelende optreden eerder dit jaar. Bovendien is hun manoeuvreerruimte onverminderd klein en het wezenlijke vraagstuk sinds de Golfoorlog onverminderd groot: hoe Saddam aan te lijnen? En: hoe hem te verwijderen?

Als doel noemen Clinton en Blair nu het raken van zijn massavernietingswapens, maar uitschakeling daarvan lijkt een utopie. Clinton zei vorige maand nog dat bombardementen het einde van UNSCOM betekenen. Als hij dat nog steeds vindt, rijst de vraag: wat is de toekomst van UNSCOM en de internationale greep op Iraks verboden wapens? Een bezetting van Irak is uitgesloten. En steun aan de Iraakse oppositie is een proces van zeer lange adem, dat het acute probleem niet oplost. Welbeschouwd lijkt de aanval voorlopig niet meer te behelzen dan een stevig pak slaag, bij gebrek aan structurele oplossingen.

NRC Webpagina's
17 december 1998
    Bovenkant pagina

NRC Webpagina's © NRC Handelsblad